Ondergrondse bebouwing in het omgevingsplan van Zandvoort: Mogelijkheden, beperkingen en toezicht

De regels rond ondergrondse bebouwing in het omgevingsplan van Zandvoort vallen onder een reeks wet- en regelgevingen, waaronder het Bouwbesluit, de Omgevingswet en het bestemmingsplan. De toegestane ondergrondse bebouwing, zoals kelders, kelderkoekoeken en kelderingangen, is onderworpen aan bepaalde voorwaarden, waaronder het niet hoger liggen van de bovenzijde ten opzichte van het straatpeil. Binnen het plan is het mogelijk om ondergrondse bebouwing te realiseren, mits aan deze voorwaarden is voldaan.

In het omgevingsplan van Zandvoort is het gebruik van ondergrondse ruimtes, zoals kelders, toegestaan, mits de bovenzijde van de kelder niet hoger ligt dan het straatpeil. Dit is een beperking die bedoeld is om de visuele impact van de bebouwing te beperken en de harmonie met de omgeving te waarborgen. Ondergrondse bebouwing wordt hierbij niet als zichtbaar beschouwd en heeft geen negatieve invloed op de kwaliteit van de leefomgeving. Daarnaast wordt door de gemeente geen bezwaar geuit tegen het realiseren van ondergrondse ruimtes, mits deze niet in het verlengde van de bebouwing liggen en geen negatieve effecten hebben op de kwaliteit van de leefomgeving.

Bij het realiseren van ondergrondse bebouwing is het belangrijk dat er aan bepaalde technische eisen wordt voldaan. Zo moet er een isolerende en dampremmende laag worden aangebracht, en moet er een pompinstallatie worden geplaatst om het grondwater te zuiveren. Deze eisen zijn bedoeld om de levensduur van de ondergrondse ruimtes te verzekeren en de milieueisen te voldoen. Daarnaast moet er in het geval van bodemverontreiniging een saneringsplannen worden opgesteld en uitgevoerd, mits het omgevingsplan dat vereist. Dit is van belang om de milieubelasting te beperken en de veiligheid van de gebruikers van de ondergrondse ruimtes te waarborgen.

In het omgevingsplan is ook een regeling opgenomen voor de mogelijkheid tot het realiseren van een dakterras bij een strandpaviljoen. Dit is onderzocht en bezien welke randvoorwaarden hiervoor moeten gelden. Hierbij is het belangrijk om te rekening te houden met de belemmeringshoek en de afstand tot de buren. Voor de bouw van een dakterras moet aan de voorschriften van de Omgevingswet worden voldaan, waaronder het opstellen van een bouwplan en het inwerken van de voorschriften in het omgevingsplan.

Een ander aspect dat in het omgevingsplan is opgenomen is de mogelijkheid tot het realiseren van een ondergrondse WKO-installatie (Warmte-koude opslag). Hierbij is het belangrijk dat aan de voorschriften van de duurzaamheid worden voldaan. De GPR-score van het gebouw moet minimaal een acht zijn, wat een maatstaf is voor de duurzaamheid van het gebouw. Daarnaast moet het gebouw aan de voorschriften van de Energielabelregeling voldoen.

In het omgevingsplan is ook een regeling opgenomen voor de mogelijkheid tot het realiseren van een strandbungalow bij een strandpaviljoen. Hierbij is het belangrijk dat de strandbungalow ondergeschikt is aan de hoofdfunctie van het strandpaviljoen. Dit is een regeling die bedoeld is om de kwaliteit van de strandpaviljoens te waarborgen en de invloed op de omgeving te beperken.

Voor de bouw van een strandpaviljoen is het belangrijk dat er aan de voorschriften van de Omgevingswet wordt voldaan. Hierbij moet worden gekeken naar de afstand tot de buren, de belemmeringshoek en de hoogte van het gebouw. Daarnaast moet het gebouw aan de voorschriften van het Bouwbesluit voldoen, waaronder de voorschriften voor de brandveiligheid en de toegankelijkheid.

In het omgevingsplan is ook een regeling opgenomen voor de mogelijkheid tot het realiseren van een ondergrondse bebouwing in de vorm van een kelder ten behoeve van bijvoorbeeld een magazijn (opslag). Hierbij is het belangrijk dat de ondergrondse bebouwing niet zichtbaar is en in het verlengde daarvan geen negatieve effecten heeft op de kwaliteit van de leefomgeving. Dit is een regeling die bedoeld is om de kwaliteit van de leefomgeving te waarborgen en de invloed op de omgeving te beperken.

Tijdens het bouwen van een gebouw is het belangrijk dat er aan de voorschriften van de Omgevingswet wordt voldaan. Hierbij moet worden gekeken naar de afstand tot de buren, de belemmeringshoek en de hoogte van het gebouw. Daarnaast moet het gebouw aan de voorschriften van het Bouwbesluit voldoen, waaronder de voorschriften voor de brandveiligheid en de toegankelijkheid.

In het omgevingsplan is ook een regeling opgenomen voor de mogelijkheid tot het realiseren van een dakterras bij een strandpaviljoen. Hierbij is het belangrijk dat de dakverdieping aan de voorschriften van de Omgevingswet wordt voldaan. Dit is een regeling die bedoeld is om de kwaliteit van de strandpaviljoens te waarborgen en de invloed op de omgeving te beperken.

In het omgevingsplan is ook een regeling opgenomen voor de mogelijkheid tot het realiseren van een ondergrondse bebouwing in de vorm van een kelder ten behoeve van bijvoorbeeld een magazijn (opslag). Hierbij is het belangrijk dat de ondergrondse bebouwing niet zichtbaar is en in het verlengde daarvan geen negatieve effecten heeft op de kwaliteit van de leefomgeving. Dit is een regeling die bedoeld is om de kwaliteit van de leefomgeving te waarborgen en de invloed op de omgeving te beperken.

Bij de bouw van een gebouw is het belangrijk dat er aan de voorschriften van de Omgevingswet wordt voldaan. Hierbij moet worden gekeken naar de afstand tot de buren, de belemmeringshoek en de hoogte van het gebouw. Daarnaast moet het gebouw aan de voorschriften van het Bouwbesluit voldoen, waaronder de voorschriften voor de brandveiligheid en de toegankelijkheid.

In het omgevingsplan is ook een regeling opgenomen voor de mogelijkheid tot het realiseren van een dakterras bij een strandpaviljoen. Hierbij is het belangrijk dat de dakverdieping aan de voorschriften van de Omgevingswet wordt voldaan. Dit is een regeling die bedoeld is om de kwaliteit van de strandpaviljoens te waarborgen en de invloed op de omgeving te beperken.

Tijdens het bouwen van een gebouw is het belangrijk dat er aan de voorschriften van de Omgevingswet wordt voldaan. Hierbij moet worden gekeken naar de afstand tot de buren, de belemmeringshoek en de hoogte van het gebouw. Daarnaast moet het gebouw aan de voorschriften van het Bouwbesluit voldoen, waaronder de voorschriften voor de brandveiligheid en de toegankelijkheid.

In het omgevingsplan is ook een regeling opgenomen voor de mogelijkheid tot het realiseren van een ondergrondse bebouwing in de vorm van een kelder ten behoeve van bijvoorbeeld een magazijn (opslag). Hierbij is het belangrijk dat de ondergrondse bebouwing niet zichtbaar is en in het verlengde daarvan geen negatieve effecten heeft op de kwaliteit van de leefomgeving. Dit is een regeling die bedoeld is om de kwaliteit van de leefomgeving te waarborgen en de invloed op de omgeving te beperken.

Conclusie

In het omgevingsplan van Zandvoort is de mogelijkheid tot het realiseren van ondergrondse bebouwing opgenomen, mits aan de voorschriften van de Omgevingswet en het Bouwbesluit wordt voldaan. Hierbij is het belangrijk dat de ondergrondse bebouwing niet zichtbaar is en in het verlengde daarvan geen negatieve effecten heeft op de kwaliteit van de leefomgeving. Daarnaast moet er aan de technische eisen worden voldaan, waaronder de voorziening van een isolerende en dampremmende laag en een pompinstallatie om het grondwater te zuiveren. De regels zijn bedoeld om de kwaliteit van de leefomgeving te waarborgen en de invloed op de omgeving te beperken.

Bronnen

  1. Bestemmingsplan Strand en Duin
  2. Lokale regelgeving
  3. Ruimtelijke plannen IMRO2008

Related Posts