Petroleumkelders in Genemuiden: Geschiedenis, Functie en Huidige Toepassing

In de rijke historie van Genemuiden speelt de petroleumkelder een unieke rol. Deze ondergrondse opslagruimte werd oorspronkelijk gecreëerd als maatregel om branden te voorkomen, maar heeft zich in de loop van de tijd ontwikkeld tot een historische en culturele attractie. In dit artikel wordt ingegaan op de ontstaansgeschiedenis van de petroleumkelders, hun technische functie, en hun huidige rol in de stad. Daarnaast worden relevante bouwtechnische en milieuaspecten besproken, inclusief de moderne regelgeving rond het opslaan van vloeibare aardolieproducten.

Ontstaansgeschiedenis van de petroleumkelder

De petroleumkelder in Genemuiden is een directe reactie op de stadsbrand van 1868, die zware gevolgen had voor de stad. Deze brand leidde tot een ommekeer in de verlichting: van kaarsen naar petroleumlampen. De opslag van petroleum vond plaats in het Weeshuis, wat in 1875 niet meer als verantwoord werd beschouwd. Hierop werd in de dijk tussen de binnen- en buitenhaven een kelder gegraven, waar elke vergunninghouder zijn petroleum gratis kon opslaan. Dit was een maatregel om branden te voorkomen, aangezien het verkopen en opslaan van petroleum in particuliere huishoudens verboden werd. De petroleumkelder was dus een maatregel om het open vuur binnen huizen te elimineren, wat in die tijd een grote brandveiligheid risico was.

Rond 1920 werd Genemuiden geëlektrificeerd, waardoor de petroleumkelder overbodig werd. Toch is de kelder niet gesloopt, maar is er later een historische expositie in opgezet. In tegenwoordigheid is de petroleumkelder een museum, waar de geschiedenis van Genemuiden via vier korte films wordt vertoond. De kelder ligt op een strategische plek, pal naast de haveningang en de sluis, wat het een belangrijke locatie maakt voor zowel inwoners als toeristen.

Bouwtechnische kenmerken en functie

De petroleumkelder is een ondergrondse constructie die speciaal ontworpen werd voor de opslag van vloeibare aardolieproducten. In de historische context was dit een maatregel om branden te voorkomen en de brandveiligheid te verhogen. Technisch gezien is het belangrijk om dergelijke opslagruimtes te ontwerpen met voldoende vloeistofdichtheid en stevigheid, zoals uitgemeld wordt in CPR-richtlijnen zoals 15-1 en 15-2. Deze richtlijnen zijn vanuit de jaren 1990 ontwikkeld en geven richtsnoeren voor de constructie en het gebruik van opslagcapaciteiten voor vloeibare aardolieproducten.

De petroleumkelder in Genemuiden is echter een historische constructie, die niet volgens moderne technische standaarden is gebouwd. Toch is de kelder voldoende stevig en veilig om als expositieruimte te dienen. De kelder is opnieuw in gebruik genomen voor culturele doeleinden, maar de oorspronkelijke functie als opslagruimte is verdwenen. In tegenstelling tot moderne petroleumopslaginstallaties, die meestal uitgerust zijn met kunststof tanks en vloeistofdichte constructies, is de petroleumkelder in Genemuiden een historische opslagruimte die met de tijd is aangepast aan andere doeleinden.

Huidige toepassing en culturele betekenis

De petroleumkelder is tegenwoordig niet langer een functionele opslagruimte, maar is omgevormd tot een culturele expositie. De kelder is onderdeel van een bredere inzet van de gemeente om de historische geschiedenis van Genemuiden zichtbaar te maken. In de petroleumkelder zijn drie musea gevestigd: het Tapijtmuseum, het Historisch Centrum Genemuiden en het Stoomgemaal Mastenbroek. Daarnaast zijn er informatieborden geplaatst over de biezen-, kokos- en tapijtindustrie, de visserij en de keersluis de Sas.

De expositie Petroleumkelders is een initiatief van Stichting Promotie Genemuiden en is een levendige weergave van de industriële geschiedenis van de stad. Het Tapijtmuseum heeft een actieve rol gespeeld in het realiseren van het project en heeft ook een expositie opgesteld met bossen kokosgarens. De expositie Petroleumkelders werd officieel geopend in mei 2014 door burgemeester E. Bilder. Deze gebeurtenis benadrukte de rol van de petroleumkelder als historisch en cultureel erfdeel van Genemuiden.

Daarnaast zijn de video’s in de petroleumkelder ook onderdeel van een stadswandeling. QR-codes zijn geplaatst op de ANWB-borden langs de route, waardoor bezoekers meer kunnen leren over de geschiedenis van de stad. De video’s vertellen het verhaal van Genemuiden, inclusief de stadsbrand van 1868, de ontwikkeling van de tapijtindustrie en de demping van het Veergat en Drecht. Deze digitale expositie maakt de geschiedenis toegankelijker en beter begrijpelijk voor zowel jonge als oude inwoners en bezoekers.

Milieu- en bouwtechnische aspecten van petroleumopslag

Hoewel de petroleumkelder in Genemuiden niet meer als functionele opslagruimte wordt gebruikt, zijn er in andere contexten duidelijke regelgevingen voor de opslag van vloeibare aardolieproducten. In de jaren 1990 zijn richtlijnen ontwikkeld die het algemeen beschermingsniveau voor dergelijke opslagruimtes beschrijven. Deze richtlijnen zijn gebaseerd op CPR-richtlijnen zoals 15-1 en 15-2, die richtsnoeren geven voor de constructie, gebruik en overslag van vloeibare aardolieproducten.

Bij opslag van aardolieproducten in emballage is een bepaald minimum aan vloeistofdichtheid en stevigheid vereist. Voor opslagcapaciteiten tot 250 liter is geen bodemonderzoek nodig, maar voor grotere hoeveelheden gelden striktere regels. In grondwaterbeschermingsgebieden is de opslag van vloeibare aardolieproducten bijzonder risicovol, omdat één liter olie 1 miljoen liter grondwater kan verontreinigen. Daarom zijn er extra maatregelen voorzien, zoals het gebruik van vloeistofdichte verhardingen, regelmatige keuringen en een nulsituatie-onderzoek. De CPR-richtlijnen bepalen ook dat het gebruik van kunststof tanks in grondwaterbeschermingsgebieden pas toegestaan is als onderzoek heeft uitgewezen dat dit veilig is.

Beperkingen en verbod op uitbreiding

Onder de huidige regelgeving is het uitbreiden of vervangen van bestaande ondergrondse opslagcapaciteiten voor vloeibare aardolieproducten grotendeels verboden. Bestaande opslagcapaciteiten mogen alleen worden vervangen als de nieuwe tanks gelijk of kleiner zijn in volume. Deze bepaling is vanwege milieubeschermingsmaatregelen genomen, aangezien het uitbreiden van de opslagcapaciteit het risico op grondwaterverontreiniging verhoogt. Burgemeester en wethouders kunnen in sommige gevallen een vergunning verlenen voor het uitbreiden of vervangen van een opslagcapaciteit, maar dit gebeurt uiterst zelden.

Conclusie

De petroleumkelder in Genemuiden is een historisch monument dat oorspronkelijk bedoeld was om branden te voorkomen. Na de elektrificatie van de stad in de jaren 1920 verloor de kelder haar oorspronkelijke functie, maar werd omgevormd tot een expositieruimte. Deze kelder is nu een belangrijk onderdeel van de culturele geschiedenis van Genemuiden en draagt bij aan het behoud van de stadsgeschiedenis. Daarnaast zijn er in andere contexten duidelijke bouw- en milieuaspecten vastgelegd voor de opslag van vloeibare aardolieproducten, zoals uitgemeld wordt in CPR-richtlijnen. Deze richtlijnen stellen eisen aan vloeistofdichtheid, stevigheid, keuring en milieubescherming. In grondwaterbeschermingsgebieden zijn extra maatregelen vereist om het risico op grondwaterverontreiniging te verkleinen. De petroleumkelder in Genemuiden is een voorbeeld van hoe een historische opslagruimte zich kan ontwikkelen naar een culturele expositie, terwijl tegelijkertijd milieubeheer en bouwtechnische regelgevingen een rol spelen in het beheer van dergelijke ruimtes.

Bronnen

  1. Bedrijven en organisaties: Petroleumkelder
  2. Lokale regelgeving voor opslag van vloeibare aardolieproducten
  3. Expositie petroleumkelders in Genemuiden geopend
  4. Statistiek en berekening van ruimtebehoefte
  5. Nieuws uit Vrijsselland
  6. Openstelling petroleumkelder Genemuiden
  7. Historisch overzicht Genemuiden
  8. Expositie petroleumkelders geopend
  9. Werkgroep presenteert lokale historie in beeld

Related Posts