Tongewelfkelders in Nederland: geschiedenis, constructie en huidige toepassing

Tongewelfkelders zijn een bijzondere vorm van historische kelders die grotendeels hun oorsprong vinden in de 18e en 19e eeuw. Deze kelders worden vaak geassocieerd met landbouw, ambachtelijke bedrijven en de opslag van voedsel. In tegenstelling tot ijskelders met een koepelgewelf, zijn tongewelfkelders minder diep en vaak op of net onder het maaiveld gelegen. Ze worden opgebouwd uit steen of baksteen en vertonen een specifieke constructie die de krachten van het gewelf opvangt via dikke muren.

Deze artikel biedt een overzicht van de geschiedenis, bouwtechniek en huidige toepassing van tongewelfkelders. Aan de hand van verschillende bronnen uit archieven en archeologisch onderzoek wordt ingegaan op de vorm, functie en bewaring van deze kelders.

Geschiedenis en context

Tongewelfkelders ontstonden meestal in agrarische gebieden en langs waterwegen. In de 18e eeuw verspreidde het type zich, mede doordat het goed was geschikt voor het opslaan van groenten en aardappelen. Aangezien deze kelders vaak half onder de grond lagen, was de temperatuur binnen redelijk laag, wat ideaal was voor de opslag van voedsel. In de winter werden ze soms ook gebruikt als ijskelder, maar hun hoofdfunctie was vooral het opslaan van producten.

Een voorbeeld is de ijskelder in Mill, die half verdiept in het maaiveld ligt en tot ongeveer 1930 als opslagruimte werd gebruikt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog fungeerde de kelder ook als schuilkelder. De afmetingen zijn 220 cm hoog, 360 cm breed en 400 cm lang. De wanden zijn gemaakt van steenmetselwerk en het gewelf is afgedekt met een laag aarde. De ingang ligt op het noorden om zoveel mogelijk schaduw en zo weinig mogelijk zonlicht binnen te laten.

Bouwtechniek en constructie

Het karakteristieke kenmerk van een tongewelfkelder is natuurlijk het gewelf, dat bestaat uit halve cirkels boven rechthoekige of vierkante ruimtes. De krachten die ontstaan door het gewelf worden opgevangen door de dikke keldermuren, die de belasting geleiden naar de bodem. Deze bouwtechniek zorgt voor stabiliteit en duurzaamheid.

In de bronnen wordt verder uitgelegd dat de bakstenen vaak rood zijn en van het type dat voor het eerst in de 16e eeuw werd gebakken. De afmetingen van deze bakstenen zijn ongeveer 220 x 115 x 50 mm. Omdat deze stenen vroeger vaak hergebruikt werden, zegt de leeftijd van de bakstenen weinig over de ouderdom van de kelder zelf.

Een typische tongewelfkelder kan een lengte en breedte van 217 cm hebben, met een recht opstaande hoogte van 190 cm. De bovenkant van het gewelf is ongeveer 250 cm. Een ander voorbeeld is een kelder met de volgende maatvoering: 206 cm lang, 120 cm breed en 206 cm hoog. Deze kelder is opgedeeld in twee compartimenten.

Typologie en toepassing

Tongewelfkelders worden vaak ingedeeld in type 4, een subcategorie binnen de bredere klasse van ijs- en opslagkelders. Deze kelders zijn meestal minder diep dan ijskelders met koepelgewelven en worden vaak gebruikt als aardappel- of groentekelder. Ze zijn dan ook vaak te vinden in boerenbedrijven en ambachtelijke bedrijven.

In tegenstelling tot koepelgewelven, die vaak met aarde zijn afgedekt, zijn tongewelfkelders soms slechts gedeeltelijk ondergronds. Ze bevinden zich meestal op het niveau van het maaiveld of er iets onder. Het gewelf kan boven de ingang geplaatst zijn en wordt vaak beschut door bomen of struiken, om schaduw te bieden en de temperatuur binnen te reguleren.

Bewaring en restauratie

Tongewelfkelders verkeren vaak in een slechte of matige conditie, vooral als ze niet meer actief worden gebruikt. Een voorbeeld is de ijskelder van de Ommerschans, die is ingedeeld als een tongewelfkelder van type 4. De huidige staat van deze kelder is matig; de houten deuren en kozijnen klemmen en lijden onder de hoge vochtigheid. Ook zijn er binnenmuren aangebracht die de ruimte verdelen in drie compartimenten.

Restauratie van dergelijke kelders vereist een zorgvuldige aanpak. In de bronnen wordt aangeraden om vleermuiskasten op te hangen in plaats van muren te metselen. Het metselen van muren tast namelijk de cultuurhistorische waarde van de kelder aan. Bovendien kan de hoge vochtigheid leiden tot uitgezette deuren en kozijnen, waardoor regelmatig onderhoud nodig is.

Een plan van aanpak is belangrijk, vooral voor unieke kelders zoals die in Salland. Het is aan te bevelen om deze kelders in te richten als verblijfplaats voor vleermuizen, mits aan de basisvoorwaarden is voldaan. Daarnaast kan het opnemen van foto’s van dergelijke kelders in een beeldbank helpen bij het behoud van het culturele erfgoed en het versterken van de regionale identiteit.

Huidige toepassing en toekomst

Hoewel tongewelfkelders vroeger vooral als opslagruimte dienst deden, zijn ze tegenwoordig vaak in onbruik geraakt door de komst van vriesapparatuur en elektriciteit. Toch blijven ze waardevolle historische getuigen van het verleden. In sommige gevallen worden ze herbestemd, bijvoorbeeld als schuilkelders tijdens oorlogen of als opslagruimte voor vleermuizen.

De huidige toepassing van tongewelfkelders hangt sterk af van hun staat van behoud en locatie. In bepaalde gevallen kunnen ze ook herbestemd worden voor andere doeleinden, zoals een ondergrondse woonruimte of een onderdeel van een renovatieproject. In dat geval is het belangrijk om de structuur en historische waarde te behouden, zodat de kelder niet alleen functioneel, maar ook cultureel betekenisvol blijft.

Conclusie

Tongewelfkelders zijn een unieke vorm van historische kelders die vaak gemaakt zijn van steen of baksteen en gebouwd zijn om de opslag van voedsel mogelijk te maken. Ze verspreidden zich vooral in agrarische regio’s en langs waterwegen, waar ze werden gebruikt als aardappel- of groentekelders. Door hun specifieke bouwtechniek zijn ze sterk en duurzaam, maar verkeren ze vaak in een slechte of matige staat vanwege ouderdom en ongebruik.

Restauratie en bewaring van deze kelders vereist een zorgvuldige aanpak die rekening houdt met de historische waarde en de technische uitdagingen. Het herbestemmen van dergelijke kelders kan bijdragen aan hun behoud en het behoud van het culturele erfgoed. Voor zowel historisch onderzoek als voor toekomstige toepassing zijn tongewelfkelders een waardevolle bron van informatie en inspiratie.

Bronnen

  1. Ijskelder Mill
  2. De Beekstraat - Archeologie
  3. De vier ijskelders in de gemeente Omme
  4. Historische informatie over keldergewelven

Related Posts