Geduodeerde grondbeheersing: de rol van gedoogplichten bij rioleringen en openbare infrastructuur
In de regelgeving rondom de Omgevingswet (Ow) speelt de gedoogplicht een cruciale rol bij het aanleggen en onderhouden van openbare infrastructuur, waaronder rioleringen. Deze wettelijke bepaling stelt het mogelijk om werken van algemeen belang uit te voeren op andermans grond, zonder dat de eigenaar of rechthebbende hierin verplicht wordt om dit te accepteren. De gedoogplicht is daarbij een grondbeleidsinstrument dat de onteigeningsprocedure kan vervangen, waarbij het bevoegd gezag de verantwoordelijkheid draagt om de juiste balans te vinden tussen het algemeen belang en de belangen van de rechthebbende.
Wat is een gedoogplicht?
Een gedoogplicht is een wettelijk instrument dat het toelaat om een werk van algemeen belang op andermans grond aan te leggen en in stand te houden. Het kan gaan om zowel werken bovengronds, zoals hoogspanningsmasten, als ondergronds, zoals rioleringen, gasleidingen en drinkwaterleidingen. De gedoogplicht geldt wanneer de initiatiefnemer geen overeenstemming kan bereiken met de eigenaar van het perceel waar het werk op, in of boven de onroerende zaak wordt uitgevoerd. De eigenaar moet dan het werk op zijn grond accepteren, maar mag eventuele schade daarvan vergoed krijgen.
De wetgever ziet de mogelijkheid tot het opleggen van een gedoogplicht als een alternatief voor onteigening, omdat het niet als ‘ultimum remedium’ wordt beschouwd. De gedoogplicht biedt dus een manier om het gebruik van grond te beperken, maar niet volledig te onteigenen. Dit is vooral van belang bij infrastructuurprojecten zoals rioleringen, waarbij de werken vaak via openbare gronden lopen en niet alleen op particulier grondgebied.
Gedoogplichten onder de Omgevingswet
De Omgevingswet stelt een duidelijk kader voor het opleggen van gedoogplichten. Hierin staat het werk van algemeen belang centraal, en wordt de gedoogplicht vooral ingezet als het om openbare infrastructuur gaat, zoals rioleringen, waterleidingen en elektriciteitsleidingen. In hoofdstuk 10 van de Ow worden de verschillende soorten gedoogplichten geregeld. Hieronder vallen zowel de gedoogplichten die van rechtswege gelden (zoals bij onderhoud van openbare infrastructuur), als de gedoogplichten die via een besluit moeten worden opgelegd.
Gedoogplichten van rechtswege
Gedoogplichten van rechtswege zijn automatisch geldend, mits aan de voorwaarden is voldaan. Deze gelden bijvoorbeeld voor het onderhouden van openbare infrastructuur. Voor rioleringen geldt dat de beheerder van het watersysteem in bepaalde gevallen automatisch een gedoogplicht kan opleggen, zonder dat er een aparte beschikking nodig is. De beheerder moet hiervoor minstens 48 uur vooraf de eigenaar of rechthebbende informeren, tenzij de werkzaamheden een spoed vereisen.
Gedoogplichten op grond van een besluit
Voor andere soorten werken, zoals het aanleggen van nieuwe rioleringen, is een gedoogplicht beslist nodig. In dat geval moet de minister van Infrastructuur en Waterstaat een gedoogbeschikking verlenen, zodat de gedoogplicht kan worden opgelegd. Dit is belangrijk bij projecten waarbij de werken op particulier grond gebieden, maar op grond van het algemeen belang van toepassing zijn.
Wettelijke vereisten voor een gedoogbeschikking
Voor het verlenen van een gedoogbeschikking moeten er meerdere voorwaarden aan worden voldaan. De wetgever stelt duidelijk dat een gedoogplicht uitsluitend kan worden verleend voor een werk van algemeen belang. Dit moet duidelijk zijn in het besluit, en het moet worden geïntegreerd in een omgevingsrechtelijk besluit. Daarnaast moet er sprake zijn van een redelijke poging om tot minnelijke overeenstemming te komen met de rechthebbende. Dit is een essentieel onderdeel van de rechtspraak, en de rechter zal dit in de praktijk nauwlettend in de gaten houden.
Minnelijk overleg
De wetgever stelt dat het minnelijk overleg een belangrijke rol speelt bij het opleggen van een gedoogplicht. In de praktijk betekent dit dat de initiatiefnemer een aantal keren de rechthebbende moet benaderen en een aanbod moet doen, gebaseerd op een modelovereenkomst. De schadeloosstelling moet worden berekend aan de hand van standaardvergoedingen. Als er op deze manier geen overeenstemming is, kan het bevoegd gezag een gedoogbeschikking verlenen.
Belangen van de rechthebbende
Een belangrijk criterium is dat de belangen van de rechthebbende redelijkerwijs geen onteigening vorderen. Dit is een bepalende factor bij de toepassing van gedoogplichten. Als de belangen van de rechthebbende wel onteigening vorderen, dan is het gebruik van een gedoogplicht niet toegestaan. De wetgever wil hiermee de balans houden tussen het algemeen belang en de rechten van de individuele rechthebbende.
Voorbeeld: riolering en de mate van gebruiksbeperking
Bij het aanleggen van rioleringen kan de mate van gebruiksbeperking een cruciale factor zijn. In de rechtspraak is gebleken dat het percentage van het grondoppervlak dat door de werken wordt beïnvloed, een belangrijke rol speelt. Bijvoorbeeld, bij een verbreding van een watergang die het perceeloppervlak met 2,26% vermindert, is een gedoogplicht voldoende. Maar bij een herinrichting van een watergang waarbij het perceeloppervlak met 16,7% afneemt, is een onteigeningsprocedure nodig.
Dit toont aan dat de mate van gebruiksbeperking een cruciaal aspect is bij de toepassing van gedoogplichten. Bij rioleringen is het belangrijk dat het gebruik van de onroerende zaak niet meer wordt belemmerd dan redelijkerwijs nodig is. Dit is een van de kernbepalingen van de wetgeving.
Schadeloosstelling bij gedoogplichten
Een ander belangrijk aspect is de schadeloosstelling bij gedoogplichten. De wetgever stelt dat schade, die een direct en noodzakelijk gevolg is van de opgelegde gedoogplicht, voor volledige vergoeding in aanmerking komt. Dit geldt zowel voor gedoogplichten van rechtswege, als voor bij beschikking opgelegde gedoogplichten. De rechthebbende kan dus volledig worden vergoed, mits er sprake is van een directe schade door de werken.
Schade bij gedoogplichten van rechtswege
Voor de gedoogplichten van rechtswege geldt dat schade uitsluitend voor vergoeding in aanmerking komt indien deze boven het normaal maatschappelijk risico uitstijgt. Dit is van toepassing bijvoorbeeld bij het onderhouden van rioleringen, waarbij de werken op de onroerende zaak kunnen worden uitgevoerd zonder dat de eigenaar hierin verplicht wordt. De schadeloosstelling moet dan worden gecorrigeerd op het maatschappelijke risico.
Schade bij gedoogbeschikkingen
Voor de meer ingrijpende, bij beschikking opgelegde gedoogplichten geldt het beginsel dat schade die een rechtstreeks en noodzakelijk gevolg is van de opgelegde gedoogplicht, voor volledige vergoeding in aanmerking komt. Dit geldt ook voor rioleringen, waarbij de werken op het perceel kunnen worden uitgevoerd. De schadeloosstelling is dan volledig, mits de schade direct is ontstaan door de werken.
Toetsing en beoordeling van gedoogplichten
De beoordeling van een gedoogverzoek is van belang, en wordt vaak door de rechter gekeurd. De rechter moet toezien op de naleving van de wettelijke vereisten, zoals de redelijke poging tot minnelijke overeenstemming en de belemmering van het gebruik van de onroerende zaak. De rechter kan de gedoogplicht ook afwijzen als blijkt dat de belangen van de rechthebbende redelijkerwijs geen onteigening vorderen.
Conclusie
De gedoogplicht is een belangrijk grondbeleidsinstrument binnen de Omgevingswet, en speelt een centrale rol bij het aanleggen en onderhouden van rioleringen. Deze regeling biedt een alternatief voor onteigening, waarbij de belangen van de rechthebbende worden gerespecteerd, terwijl het algemeen belang wordt gerealiseerd. De wettelijke vereisten zijn duidelijk, en de toepassing is gebaseerd op een grondige beoordeling van de situatie. De rechtspraak speelt hierbij een belangrijke rol, en de toetsing van de gedoogplichten gebeurt op basis van een zorgvuldige afweging tussen het algemeen belang en de belangen van de rechthebbende.
Bronnen
Related Posts
-
Asbestverwijdering en riolering: Veiligheid, kosten en technieken
-
Riolering aanleggen in Zwolle: Een duurzame oplossing voor moderne woningen
-
Riolering Kapot in Zwijndrecht: Oorzaken, Oplossingen en Verantwoordelijkheden
-
Riolering in Zwijndrecht: Oorzaken, Oplossingen en Onderhoud
-
Riolering in de Eikeboomstraat: Herstel, uitdagingen en toekomstplannen
-
Zwembad aanleggen in de tuin: een handleiding voor ouders en educatoren
-
Zwarte vliegjes bij riolering: oorzaken, herkenning en bestrijding
-
Zwart water in de riolering: Wat betekent het en hoe wordt het afgevoerd?