Grondwerken in Exploitatieplan Sweensstraat-West: Kosten, Toepassingen en Indexontwikkeling

In het kader van woningbouwprojecten speuren gemeenten en ontwikkelaars continu naar efficiënte en duurzame oplossingen voor grondwerken. Deze werkzaamheden vormen een essentieel onderdeel van de infrastructuurontwikkeling en kunnen aanzienlijk invloed hebben op de totale bouw- en exploitatiekosten van een project. In dit artikel wordt ingegaan op grondwerken binnen het exploitatieplan Sweensstraat-West, een woningbouwproject in de gemeente Loon op Zand, met een focus op de aangegeven kostenposten, toepassingsgebieden en de indexontwikkelingen die relevant zijn voor de sector.

Grondwerken in Exploitatieplan Sweensstraat-West

Het exploitatieplan Sweensstraat-West, fase 1, is ontwikkeld door de gemeente Loon op Zand en is onderdeel van een groter woningbouwproject ten westen van de kern Kaatsheuvel. Het plan is opgesteld conform de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro), waarbij bouwplannen worden vastgesteld in samenhang met exploitatieplannen. Het exploitatieplan omvat een aantal specifieke kostenposten, waaronder onderzoekskosten, bodemsanering, riolering en verharding. Deze posten zijn in het plan uitgebreid toegelicht en gerelateerd aan de civieltechnische ramingen.

Bodemsanering en Grondwerken

Een van de aangegeven kostenposten in het plan is gericht op bodemsanering en grondwerken. Hieronder vallen werkzaamheden die nodig zijn voor het herstellen van de kwaliteit van het grondoppervlak of de ondergrond, vooral in gebieden waar vroeger ongeoorloofde activiteiten plaatsvonden of waar de bodem verontreinigd is. Voor Sweensstraat-West zijn de toerekenbare kosten voor deze werkzaamheden geschat op € 9.983. Deze post wordt genoemd in artikel 6.2.4 b Bro en valt onder de categorie "overige kostensoorten".

De totale overige kosten in het plan bedragen € 7.319.729, waarvan de civieltechnische kosten zijn gebaseerd op een raming van Akertech, gedaan in 2014. Deze kosten zijn vervolgens geïndexeerd naar het prijspeil van 1 januari 2015. Bij de indexering is gebruik gemaakt van de BDB-indexcijfers, die specifiek gericht zijn op civieltechnische activiteiten. De indexering is belangrijk om de inflatie en prijsstijgingen in de sector correct te verwerken in de exploitatieplanning.

Riolering

Een andere aangegeven kostenpost is de aanleg van riolering. In het plan is sprake van de verlegging van een rioolpersleiding, een maatregel die meestal wordt genomen in gebieden waar de bestaande rioolnetwerken niet meer aansluiten op de nieuwe wijkontwikkeling of waar verhoging van de afvoerkapaciteit nodig is. De kosten voor deze aanleg zijn geschat op € 200.819. Binnen deze post is ook de nadeelcompensatie meegenomen, wat wijst op mogelijke negatieve gevolgen voor buurpartijen of omwonenden, die op hun beurt gecompenseerd worden.

Verharding en Kunstwerken

Verharding en kunstwerken vormen ook een belangrijk onderdeel van de grondwerken in het plan. Deze werkzaamheden omvatten het aanleggen van wegen, fietspaden, trottoirs, en eventuele bruggen of tunnelconstructies. Hoewel het plan geen specifieke toelichting geeft op de verhardingskosten, is het duidelijk dat deze maatregelen essentieel zijn voor de toegankelijkheid en de functie van het gebied. Het verharden van wegen en andere openbare ruimtes is een investering die langdurige waarde toevoegt aan de wijk.

Indexcijfers en Kostenontwikkeling

De civieltechnische kosten die in het plan zijn opgenomen, zijn gerelateerd aan indexcijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Deze indexcijfers geven een indicatie van de ontwikkeling van de bouwkosten in de sector. In de bronnen zijn meerdere indexcijfers vermeld, die gericht zijn op specifieke activiteiten zoals weg- en waterbouw, elektrische installaties en het bouwrijp maken van terreinen.

Wegbouw en Open Verharding

Een van de vermeldde indexcijfers betreft "Wegen met open verharding" (code 4211a). De indexcijfers tonen een aanzienlijke stijging tussen 2012 en 2024. In 2012 was de index 97,7, terwijl deze in 2024 oktober op 143,4 staat. Dit betekent dat de kosten voor open verharding gemiddeld met ongeveer 46,7% zijn gestegen in die periode. Dit maakt duidelijk dat de kosten voor weg- en verhardingswerkzaamheden aanzienlijk kunnen variëren afhankelijk van de tijd van uitvoering.

Bouwrijp Maken van Terreinen

Een andere relevante index betreft het "bouwrijp maken van terreinen" (code 4312). Ook hier is een aanzienlijke stijging te zien. De index was in 2012 op 105,4 en stijgt in 2024 oktober tot 146,0. Dit wijst op een toename van ongeveer 40% in de kosten voor het voorbereiden van grond voor bouwdoeleinden. Deze index is vooral relevant voor projecten zoals Sweensstraat-West, waarbij het terrein vooraf moet worden gemaakt voor woon- of bedrijfsbouw.

Overige Kosten en Indexering

De totale civieltechnische kosten in het plan Sweensstraat-West zijn berekend op basis van de indexcijfers van de BDB. Deze index is specifiek gericht op civieltechnische werkzaamheden en wordt gebruikt om de inflatiecorrectie te bepalen voor de investeringen. De indexering is uitgevoerd vanuit de peildatum 1 januari 2012 naar 1 januari 2015, wat betekent dat alle kosten zijn aangepast aan het prijspeil van 2015.

Het gebruik van indexering is een standaardprocedure in exploitatieplannen om ervoor te zorgen dat de financiële voorzieningen realistisch zijn en rekening houden met de inflatie. In het plan Sweensstraat-West is hier expliciet melding van gemaakt, wat duidelijk aantoont dat het plan is opgesteld op basis van een goed begrip van de marktontwikkelingen en de kostenstijging in de bouwsector.

Invloed op Exploitatieplannen

De kosten die in het plan zijn opgenomen, hebben directe invloed op de exploitatieplannen en daarmee op de mogelijke verkoop en bouwactiviteiten in het gebied. Door de kosten voor grondwerken, riolering en verharding te verwerken in het plan, kan de gemeente Loon op Zand beter inschatten welke middelen beschikbaar moeten zijn voor de uitvoering van het project. Ook wordt duidelijk waar eventuele financieringskansen moeten worden gezocht, bijvoorbeeld via subsidies of andere financieringsinstrumenten.

Daarnaast is het exploitatieplan ook van belang voor ontwikkelaars en particuliere partijen die betrokken zijn bij de bouw van woningen in het gebied. Het plan geeft duidelijkheid over de verantwoordelijkheden, de kostenverdeling en de fasering van de werkzaamheden. Dit is essentieel om eventuele juridische of financiële complicaties te voorkomen en om ervoor te zorgen dat het project in overeenstemming met de plannen en wensen van de gemeente en de betrokken partijen wordt uitgevoerd.

Conclusie

Grondwerken vormen een onmisbaar onderdeel van elk woningbouwproject, zoals Sweensstraat-West. De aangegeven kostenposten in het exploitatieplan, inclusief bodemsanering, riolering en verharding, geven een goed beeld van de benodigde investeringen en de toepassing van civieltechnische werkzaamheden. Door gebruik te maken van indexering en indexcijfers van het CBS, wordt ervoor gezorgd dat de kosten realistisch zijn en in lijn staan met de marktontwikkelingen. Deze aanpak zorgt voor een beter beheer van de financiële voorzieningen en een duidelijkere planning van de werkzaamheden.

Het plan Sweensstraat-West is daarom een goed voorbeeld van hoe grondwerken en exploitatieplanningen kunnen worden gecombineerd om een duurzame en toekomstbestendige wijk te creëren. Voor zowel de gemeente als de betrokken partijen is het belangrijk dat dergelijke plannen zorgvuldig worden opgesteld en geïndexeerd, zodat de uitvoering van het project op een efficiënte en juridisch aantoonbare manier kan plaatsvinden.

Bronnen

1. Bedrijven in Nederland
2. Exploitatieplan Sweensstraat-West, fase 1
3. Bedrijfsgids Haastrecht
4. Indexcijfers CBS