Cao Groen, Grond en Infrastructuur: Wat betekent het voor grondwerkers in de bouwsector?
De collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) Groen, Grond en Infrastructuur (GGI) speelt een cruciale rol in de sector land- en tuinbouw, grondwerken en infrastructuur. Voor grondwerkers in de bouw- en renovatiebranche is het van belang om te begrijpen hoe deze cao werkt en welke afspraken en regels er voor hen gelden. In dit artikel worden de relevante aspecten van de CAO GGI toegelicht aan de hand van de meest recente en betrouwbare informatie uit betrouwbare bronnen. Het doel is om een duidelijk overzicht te geven van loonregels, arbeidstijden, functiewaardering en andere relevante voorwaarden.
De CAO Groen, Grond en Infrastructuur is van toepassing op bedrijven waar de activiteiten overwegend bestaan uit het uitvoeren van grondwerken, landbouwambachten, meststoffenwerkzaamheden of infrastructuurprojecten met machines en werktuigen. Deze cao is een van de belangrijkste collectieve overeenkomsten binnen de sector land- en tuinbouw en wordt onderhandeld door onder andere CUMELA Nederland enerzijds en FNV, CNV Vakmensen en Vakvereniging Het Zwarte Corps anderzijds. De huidige cao loopt van 1 januari 2025 tot en met 30 september 2026, wat betekent dat de afspraken actueel en relevant zijn voor grondwerkers in 2025.
Loonregels en loonsverhogingen
Een van de belangrijkste onderdelen van de CAO GGI zijn de loonregels. In de CAO is bepaald dat werknemers ingedeeld in functiegroepen A tot en met E vanaf 1 januari 2021 een loonsverhoging krijgen. Deze verhoging is in twee stappen ingevoerd:
- Op 1 januari 2021 wordt het loon met 1,0 procent verhoogd.
- Op 1 juli 2021 volgt een tweede loonsverhoging van 0,5 procent.
Deze loonsverhogingen zijn ook van toepassing op de vergoedingen. Bovendien zijn de loonschalen B0 en B1 vervallen, wat betekent dat de laagste lonen iets hoger starten. Dit maakt de loonstructuur eenvoudiger en duidelijker.
Voor parttimers gelden de loonsverhogingen op dezelfde manier: per vier weken worden de lonen aangepast, respectievelijk op 4 januari en 19 juli 2021.
Arbeidstijden: 38 en 40 uur mogelijk
Een belangrijke verandering in de CAO GGI vanaf 2021 is de mogelijkheid om te kiezen tussen een arbeidstijd van 38 of 40 uur per week. Deze wens was onder andere van CUMELA en is ingevoerd om flexibiliteit te bieden aan zowel werkgevers als werknemers. Het uurloon blijft hetzelfde voor beide arbeidstijden, wat betekent dat er geen extra vergoeding is voor het werken van 40 uur in plaats van 38.
In de CAO zijn loontabellen opgenomen voor beide arbeidstijden, zodat werkgevers en werknemers duidelijk weten welk loon bij welke arbeidstijd hoort. Deze aanpassing maakt het makkelijker voor werknemers om hun werk- en privéleven te balanceren, terwijl werkgevers de mogelijkheid krijgen om flexibel te reageren op de vraag naar arbeid.
Overwerk en maximum arbeidstijd
In de CAO GGI is bepaald dat overwerk alleen is toegestaan als het niet anders kan. Onder overwerk wordt verstaan het werken van meer dan 38 of 40 uur per week, afhankelijk van de gekozen arbeidstijd. Het maximum aantal overuren wordt bepaald door de Arbeidstijdenwet, die een maximum van 48 uur per week en 136 uur per kalendermaand stelt. Deze regels zijn van toepassing op zowel voltijds als deeltijds personeel.
Het is belangrijk om te weten dat er in de nieuwe CAO geen aparte afspraken meer zijn voor overwerk op zaterdagmiddag, zoals in eerdere versies. Dit betekent dat alle overwerk binnen de grenzen van de Arbeidstijdenwet moet plaatsvinden, zonder extra vergoeding of verplichte compensatie.
Functiewaardering en inzet
Een essentieel onderdeel van de CAO GGI is de functiewaardering. Werkgevers zijn verplicht om functies binnen hun bedrijf volgens de richtlijnen van een handboek in te delen in functiegroepen. Vanaf 1 januari 2021 geldt een nieuw handboek functiewaardering met bijgewerkte en nieuwe functieomschrijvingen. Dit maakt het mogelijk om functies in het huidige bedrijf aan te passen aan de werkelijke situatie.
Werkgevers worden geadviseerd om de bestaande functies te toetsen aan de nieuwe richtlijnen, vooral als de functiewaardering in het verleden niet zorgvuldig is uitgevoerd. Dit is een goed moment voor een inhaalslag. De functieomschrijvingen zijn beschikbaar als Word- of PDF-bestanden en kunnen worden aangepast aan de situatie in het bedrijf.
Onderhandelingsresultaten en loonverhogingen in andere cao's
Hoewel de CAO GGI zich richt op grondwerken en landbouw, is het ook interessant om te kijken naar andere collectieve overeenkomsten in de bouwsector, zoals de CAO KLM Grondpersoneel. Deze cao, onderhandeld door FNV, heeft geleid tot een loonsverhoging van gemiddeld 13,7% voor KLM-werknemers. Deze verhoging is opgebouwd uit een eenmalige uitkering van € 500 en een loonsverhoging in percentages.
Het interessante van dit onderhandelingsresultaat is dat lagere inkomens relatief meer profiteren: het laagste inkomen gaat er 15,8% op vooruit, terwijl hogere inkomens gemiddeld 10,6% meer verdienen. Dit zorgt voor meer gelijkheid in het loon en een leefbaar minimumloon van €16,- aan het einde van de looptijd.
Het resultaat van deze cao is gezien als positief in vergelijking met andere cao’s in de luchtvaart en het land. Deze verhoging is het resultaat van actie en onderhandelingen, waarbij massale steun van werknemers een grote rol heeft gespeeld.
Voucherregeling voor scholing
De CAO GGI bevat ook een regeling voor scholing. Sinds 2017 is er een individueel scholingsbudget beschikbaar voor werknemers, en deze regeling is in 2021 voortgezet. Dit betekent dat grondwerkers recht hebben op opleidingen en scholingsactiviteiten die gericht zijn op het verbeteren van de kwalificaties en het werkvermogen.
Deze regeling is een waardevolle ondersteuning voor werknemers die willen groeien in hun beroep en voor werkgevers die een beter gekwalificeerd personeel willen aantrekken. Het scholingsbudget maakt het mogelijk om aan te sluiten op de snel veranderende eisen in de bouw- en renovatiebranche, zoals duurzaamheid, technologie en veiligheid.
Praktische toepassing in de bouwsector
Voor grondwerkers die werken in de bouwsector, zijn de afspraken in de CAO GGI van directe betekenis. De loonregels en arbeidstijden bepalen niet alleen de financiële situatie van de werknemer, maar ook de werkdruk en mogelijkheden voor scholing en groei. Bovendien zijn de richtlijnen voor functiewaardering en inzet belangrijk voor het bepalen van de juiste functiegroep en loonklasse.
Het is belangrijk dat zowel werkgevers als werknemers deze afspraken goed begrijpen en toepassen. Voor werkgevers betekent dit dat ze de functieomschrijvingen en loontabellen moeten gebruiken bij de inzet van personeel. Voor werknemers is het belangrijk om te weten welke regels gelden rondom overwerk, loonverhogingen en scholing.
Conclusie
De CAO Groen, Grond en Infrastructuur speelt een centrale rol in de sector landbouw, grondwerken en infrastructuur. Voor grondwerkers in de bouwsector is deze cao van directe betekenis, omdat ze de regels rondom loon, arbeidstijd, overwerk, functiewaardering en scholing bepalen. De meest recente CAO is van toepassing vanaf 1 januari 2025 tot en met 30 september 2026 en biedt duidelijke richtlijnen voor zowel werkgevers als werknemers.
De loonsverhogingen zijn klein, maar geven toch een zekere richting en stabiliteit. De mogelijkheid om te kiezen tussen 38 of 40 uur per week is een positieve verandering die flexibiliteit biedt. Bovendien maakt de aanpassing van de functiewaardering het mogelijk om de werkelijke waarde van functies beter te benaderen, wat weer kan leiden tot eerlijker loonverdeling.
In de bredere context van de bouwsector is het ook interessant om te kijken naar andere cao's, zoals die van KLM, waarbij hogere loonsverhogingen zijn afgesproken. Deze verschillen tonen aan dat de onderhandelingen tussen vakbonden en werkgevers een grote rol spelen in het bepalen van de arbeidsvoorwaarden.
Voor zowel werkgevers als werknemers is het van belang om zich op te werpen in de CAO-onderhandelingen en hun wensen en voorstellen in te brengen. Dit draagt bij aan een eerlijke en duurzame arbeidsrelatie en helpt bij het voortbestaan van een sterke en betrouwbare bouwsector in Nederland.
Bronnen
Related Posts
-
Grondwerken in Helmond: Expertise en betrouwbaarheid van Gebr. Swinkels B.V.
-
Gebruik en Uitdagingen van Loon- en Grondwerken in de Agrarische Sector
-
Gebr. Kanters: Loon- en Grondverzetbedrijf in Beek en Donk voor Agrarisch Loonwerk en Civieltechnische Werkzaamheden
-
Grondwerken en Bestrating in Friesland: Expertise van Locale Bedrijven in Boomrooierij, Grondwerk en Zandhandel
-
Gebr. Coremans Grondwerken B.V.: Grondwerken in Breda en de regio
-
Grondwerken en Stratenaanleg in Exploitatiegebieden: Verantwoordelijkheden en Financiële Kaders
-
Grondwerk: Essentiële Stappen en Technieken bij Bouw- en Renovatieprojecten
-
Grondwerken bij G. van den Bos: Innovatie en professionaliteit in de grondverzetsector