Funderingsproblematiek bij woningen uit de jaren 50: Risico’s en aanpak

Woningen die zijn gebouwd in de jaren 50 zijn vaak het resultaat van de snelle wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog. Tijdens deze periode werd er vaak snel en met minimale middelen gebouwd, wat gevolgen heeft voor de kwaliteit van de fundering. Volgens KCAF zijn er in Nederland circa 1 miljoen woningen met funderingsproblematiek, waarvan een aanzienlijk deel dateert uit de jaren 50. Deze woningen staan vaak op houten palen of staalsoortige funderingen, die gevoelig zijn voor bodemdaling, klimaatverandering en veroudering. Het is daarom belangrijk dat eigenaren en bouwprofessionals zich bewust zijn van de risico’s en de mogelijke oplossingen.

Funderingsproblematiek: Oorzaken en risico’s

De funderingsproblematiek bij woningen uit de jaren 50 kan verschillende oorzaken hebben. Een belangrijke factor is de manier waarop deze woningen zijn gebouwd. In de jaren 50 was de houten palenfundering nog een veelvoorkomende methode, vooral in veen- en kleigebieden. Deze fundering bestond uit houten palen die in de grond werden geheid, waarna het huis op deze palen werd gebouwd. Een nadeel van deze methode is dat hout gevoelig is voor schimmel en rottingsprocessen. Dit wordt verder verergd door een dalend grondwaterpeil, wat in de loop van de jaren een gevolg is geweest van klimaatverandering en droogteperioden.

Een andere oorzaak van funderingsproblematiek is wat bekend staat als "negatieve kleef". Dit is een verschijnsel waarbij de grond rondom de houten palen inklinkt en daardoor extra belasting op de palen legt. Hierdoor kan het hout verder beschadigd raken, wat uiteindelijk leidt tot funderingsverzakkingen.

Daarnaast zijn er ook woningen uit de jaren 50 die zijn gebouwd op een fundering met ondiepe stenen muren of metselwerken. Deze soort fundering is minder stabiel dan de houten palenfundering en kan ook leiden tot verzakkingen, vooral in zand- en kleigrond. Deze funderingsmethoden worden tegenwoordig niet meer gebruikt, omdat ze niet voldoen aan huidige bouwvoorschriften en standaarden.

Signalen van funderingsproblematiek

Het herkennen van funderingsproblematiek is belangrijk om mogelijke schade en risico’s op te vangen. Er zijn verschillende indicatoren die wijzen op eventuele funderingsproblemen. Enkele van de duidelijkste signalen zijn:

  • Scheuren in de gevel of wanden: Dit kan wijzen op beweging in de structuur van het huis.
  • Klemmende deuren en ramen: Wanneer deuren en ramen plotseling klemmen of niet meer goed open- en dichtgaan, kan dit duiden op veranderingen in de structuur van het huis.
  • Scheve of verende vloeren: Dit is vaak het gevolg van verzakkingen in de fundering.
  • Verzakte of scheve stoepen: Dit is een duidelijk teken dat de grond rondom het huis verandert.
  • Voorvallen van vocht en schimmel: Dit kan het gevolg zijn van funderingsproblematiek, omdat de structuur van het huis verandert en vocht zich makkelijker kan ophopen.

Wanneer deze signalen optreden, is het aan te raden om een bouwkundig onderzoek te laten uitvoeren. Dit onderzoek kan vaststellen of er daadwerkelijk sprake is van funderingsproblematiek en welke maatregelen nodig zijn om eventuele schade te voorkomen of te beheersen.

Risico’s per bouwjaar

Woningen uit de jaren 50 zijn niet de enige huizen die funderingsproblematiek kunnen ondervinden. Volgens KCAF lopen circa 1 miljoen woningen in Nederland een risico op funderingsproblematiek, waarvan de meeste huizen zijn gebouwd voor 1970. Dit is een aanzienlijk percentage van de woningvoorraad in Nederland en benadrukt de urgentie van funderingsherstelprojecten in deze periode.

Woningen die zijn gebouwd met houten palen zijn het meest gevoelig voor funderingsproblematiek. In totaal zijn er in Nederland 3,8 miljoen woningen van voor 1970, waarvan circa 750.000 woningen een risico lopen op schade aan de houten palen. Daarnaast zijn er ook 300.000 woningen die zijn gebouwd op ondiepe stenen muren of metselwerken. Deze huizen kunnen ook verzakken, ook al zijn ze soms relatief nieuw.

Woningen die zijn gebouwd met betonnen heipalen hebben daarentegen minder kans op verzakkingen. Huizen van na 1980 lopen bijna geen risico op funderingsproblematiek, omdat deze huizen zijn gebouwd met modernere funderingstechnieken en bouwmaterialen.

Aanpak van funderingsproblematiek

Het herstellen van funderingsproblematiek is een ingrijpende en kostbare maatregel. De aanpak kan verschillen afhankelijk van de ernst van het probleem en de omstandigheden op de locatie. In sommige gevallen is het mogelijk om de fundering te herstellen zonder dat de woning leeg hoeft te worden genomen. In andere gevallen is het noodzakelijk om de woning tijdelijk leeg te nemen tijdens de werkzaamheden.

Woonstad Rotterdam is een voorbeeld van een organisatie die grootschalig funderingsherstel uitvoert. De corporatie werkt op dit moment aan projecten met 50 tot 100 woningen per keer, waarbij maximaal 150 woningen per jaar worden hersteld. Het is volgens Saskia de Vries, procesmanager bij Woonstad Rotterdam, geen exacte wetenschap wanneer funderingsherstel nodig is, wat voor bewoners soms lastig kan zijn. In sommige gevallen wordt er gekozen voor een aanpak in bewoonde staat, omdat het marktgevoegelijkheid in de regio beperkt is.

Een belangrijk aspect van funderingsherstel is de communicatie met de bewoners. Ongeveer een jaar voordat de werkzaamheden beginnen, worden de huurders geïnformeerd en wordt er tijdens huisbezoeken en informatieavonden besproken wat de gevolgen zijn voor hen. Huurders die op de begane grond wonen, moeten vaak tijdelijk elders wonen tijdens de werkzaamheden.

Funderingsherstel: Opties en kosten

De manieren waarop funderingsproblematiek kan worden aangepakt, zijn afhankelijk van de oorzaak en de ernst van het probleem. Een mogelijke aanpak is het herstellen van de houten palen of het vervangen van deze palen door betonnen palen. Dit is een ingrijpende maatregel, maar het is vaak nodig om de stabiliteit van het huis te waarborgen.

Een andere optie is het aanbrengen van een betonoplagger op de bestaande houten palen. Dit is een minder ingrijpende maatregel, maar het is niet altijd voldoende om funderingsproblematiek volledig te voorkomen.

De kosten van funderingsherstel variëren afhankelijk van de omstandigheden. Volgens KCAF is het een risico dat eigenaars vaak pas opmerken als er duidelijke schade aan het huis zichtbaar is. Dit betekent dat de kosten van herstel in de meeste gevallen aanzienlijk zijn. Daarom is het aan te raden om funderingsproblematiek vroegtijdig te onderzoeken en te voorkomen.

Conclusie

Funderingsproblematiek bij woningen uit de jaren 50 is een veelvoorkomend probleem dat gevolgen kan hebben voor de veiligheid en de waarde van een woning. De oorzaken zijn meestal gerelateerd aan de bouwmethodes van de tijd, zoals houten palenfundering en ondiepe stenen muren. Het herkennen van funderingsproblematiek is belangrijk om eventuele schade en risico’s op te vangen. Wanneer er sprake is van funderingsproblematiek, is het aan te raden om een bouwkundig onderzoek te laten uitvoeren. De aanpak van funderingsproblematiek kan variëren afhankelijk van de ernst van het probleem en de omstandigheden op de locatie. Het herstellen van funderingen is een ingrijpende en kostbare maatregel, maar het is vaak noodzakelijk om de stabiliteit en de veiligheid van een woning te waarborgen.

Bronnen

  1. KCAF - Funderingszorgen in een veranderend klimaat
  2. Duurzaam010 - Thema Jaren 50
  3. KCAF - Help, mijn huis verzakt
  4. Business Insider - Levensduur woning
  5. Bouwwereld - Nationale funderingsramp
  6. Verhuur Zeker - Bouwjaar woning

Related Posts