Aanlegdiepte van funderingen volgens het Bouwbesluit: Factoren en keuzes

Bij het aanleggen van een fundering voor een aanbouw of nieuwbouw is de juiste diepte van essentieel belang voor de stabiliteit en duurzaamheid van het bouwwerk. De aanlegdiepte hangt af van meerdere factoren, zoals de bodemgesteldheid, de belasting die de fundering moet dragen, de grondwaterstand en klimatologische omstandigheden. Bovendien speelt het Bouwbesluit een rol bij het bepalen van minimale eisen aan een fundering. In dit artikel wordt ingegaan op de relevante aspecten die bepalen hoe diep een fundering moet worden aangelegd, met aandacht voor zowel praktische toepassing als de technische achtergronden.

Factoren die de aanlegdiepte van funderingen bepalen

Bodemgesteldheid

De bodemgesteldheid is een van de meest bepalende factoren bij het bepalen van de diepte van een fundering. Een zachte, minder stabiele grond vereist over het algemeen een diepere fundering om te voorkomen dat de constructie verzakt of verschuift. Daarentegen kan een harde, stevige bodem vaak met een minder diepe fundering worden belast. Dit geldt bijvoorbeeld voor zand- of leemgronden, die een relatief goede drukverdeling bieden.

Schroeffunderingen zijn een veelgebruikte methode voor aanbouwen, omdat ze zich goed aanpassen aan verschillende bodemtypen, waaronder zand, klei, veen en leem. Dit maakt schroeffunderingen een universele oplossing ongeacht de ondergrond. Bovendien is de installatie snel en eenvoudig, zonder dat er ingrijpende graafwerkzaamheden nodig zijn.

Belasting

Het gewicht dat de fundering moet dragen, bepaalt ook de benodigde diepte. Voor lichtere constructies, zoals een woonhuis of een aanbouw, is vaak een minder diepe fundering voldoende. Echter, bij zwaardere constructies, zoals industriële gebouwen of hoogbouw, is een diepere fundering noodzakelijk om de belasting te kunnen dragen zonder risico op instorting of scheefstand.

Ook de grootte van de aanbouw speelt een rol. Een grote, zware aanbouw veroorzaakt meer druk op de ondergrond dan een kleine, lichte aanbouw. Dit betekent dat een diepere en sterkere fundering vaak noodzakelijk is. Het is daarom belangrijk om hierover adviseur te raadplegen, zodat de juiste funderingsmethode en diepte worden gekozen.

Grondwaterstand

De hoogte van het grondwater is een belangrijke parameter bij het bepalen van de diepte van een fundering. In gebieden waar de grondwaterstand dicht bij de oppervlakte ligt, kan een diepere fundering noodzakelijk zijn om te voorkomen dat het grondwater de stabiliteit ondermijnt. Dit is van belang om verzakkingen of schade aan de fundering te voorkomen. Bovendien dient rekening te worden gehouden met seizoensgebonden schommelingen in de grondwaterstand.

Klimatologische omstandigheden

Hoewel minder direct zichtbaar, hebben klimatologische omstandigheden ook een invloed op de aanlegdiepte. In regio’s met extreme temperatuurvariaties kan de bodem uitzetten of krimpen, wat een grotere belasting op de fundering kan veroorzaken. In dergelijke gevallen is het verstandig om rekening te houden met mogelijke expansie en contractie van de grond bij het ontwerpen van de fundering.

Funderingsopties en hun toepassing

Er zijn drie hoofdtypes funderingen die worden onderscheiden:

  1. Fundering op staal (ondiep aangelegde fundering)
    Dit type is vaak geschikt voor lichtere constructies en aanbouwen. Het voordeel is de relatief korte bouwtijd en de minder ingrijpende aanlegmethode.

  2. Fundering op palen (diep aangelegde fundering)
    Voor zware of grotere constructies is een fundering op palen vaak nodig. Dit type fundering dringt dieper de bodem in en biedt extra stabiliteit, vooral in minder geschikte grondsoorten.

  3. Tussenvormen, zoals fundering op putten of grondverbetering
    Deze tussenvormen kunnen worden gebruikt wanneer de bodem niet ideaal is voor een klassieke funderingsmethode. Ze bieden vaak een goede compromis tussen diepte en stabiliteit.

Schroeffunderingen vallen technisch gezien onder het eerste type, maar ze zijn flexibel in toepassing en kunnen worden gebruikt voor diverse grondsoorten. Dit maakt ze bijzonder geschikt voor aanbouwen, waarbij snelle en efficiënte uitvoering vaak belangrijk is.

Grondonderzoek: Essentieel voor een juiste funderingskeuze

Voor het bepalen van de juiste funderingsdiepte is een grondonderzoek vaak onmisbaar. Dit onderzoek omvat zowel veld- als laboratoriumonderzoek, waarbij de ondergrond wordt geanalyseerd op draagvermogen, diepte van draagkrachtige lagen en eventuele obstakels.

Het doel van het grondonderzoek is om de geschiktheid van de ondergrond voor een fundering vast te stellen. Op basis van de resultaten kan een bouwkundig constructeur of ingenieur een advies geven over het type en de diepte van de fundering. Dit advies vormt daarna de basis voor de fundamentberekening, die niet alleen als bouwhandleiding dient, maar ook vaak nodig is voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning.

Bouwbesluit en minimale eisen aan funderingen

Het Bouwbesluit legt de minimale eisen vast aan funderingen. Onder andere is het verplicht om aan te tonen dat de fundering voldoet aan de normen voor draagvermogen en stabiliteit. Dit geldt ook voor bouwwerken die onder de vergunningsvrije bouw vallen.

Een fundamentberekening, gemaakt door een bouwkundig constructeur, is daarom vaak een noodzakelijke stap. Deze berekening geeft duidelijk aan welk type fundering wordt gebruikt, hoe dik het fundament moet zijn en welk beton gebruikt moet worden. Deze informatie is ook essentieel voor de aannemer, die op basis van de berekening de fundering kan uitvoeren.

De rol van de aannemer en bouwkundig constructeur

De bouwkundig constructeur speelt een centrale rol in het funderingsproces. Zij voert de statische berekening uit en adviseert over de juiste funderingsmethode, het benodigde beton en de dikte van het fundament. Daarnaast kan de constructeur ook adviseren over materiaalkeuze en eventuele grondverbetering.

De aannemer is verantwoordelijk voor de uitvoering van de fundering op basis van de berekening. Het is belangrijk dat de aannemer over de juiste expertise beschikt en dat de fundering op de juiste manier wordt aangelegd. Dit voorkomt mogelijke problemen in de toekomst, zoals verzakking of scheefstand.

Conclusie

De aanlegdiepte van een fundering is van groot belang voor de stabiliteit en duurzaamheid van een bouwwerk. De keuze van de juiste diepte hangt af van meerdere factoren, zoals de bodemgesteldheid, de belasting die de fundering moet dragen, de grondwaterstand en de klimatologische omstandigheden. Daarnaast speelt het Bouwbesluit een rol bij het vastleggen van minimale eisen aan funderingen.

Schroeffunderingen zijn een populaire keuze voor aanbouwen vanwege hun snelheid, efficiëntie en flexibiliteit. Ze zijn geschikt voor diverse grondsoorten en vereisen minder ingrijpende aanlegmethoden. Voor grotere of zwaardere constructies is een diepere fundering, zoals een fundering op palen, vaak noodzakelijk.

Het is daarom raadzaam om bij het aanleggen van een fundering te rekenen met een bouwkundig constructeur en een ervaren aannemer. Zij kunnen een grondonderzoek laten uitvoeren en een fundamentberekening maken die de basis vormt voor een stevige, duurzame fundering.

Bronnen

  1. Van Aken Schroeffunderingen
  2. HB-Betonwerken
  3. Kroftman
  4. Joost Devree
  5. KCAF

Related Posts