Funderingen op kleigrond: Uitdagingen, oplossingen en aanbevelingen

Funderen op kleigrond is een complexe en uitdagende opdracht binnen de bouwsector. Kleigrond is vochtgevoelig, instabiel en heeft een lage draagkracht, wat maakt dat traditionele funderingstechnieken vaak ongeschikt zijn of extra risico’s met zich meebrengen. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de problemen die optreden bij funderen op klei, de mogelijke oplossingen en de aanbevolen methoden om stabiele funderingen te realiseren op dit type grond. Alle informatie is gebaseerd op actuele bronnen uit de bouwsector, met nadruk op schroeffunderingen, paalfunderingen en specifieke aandachtspunten bij het ontwerp van funderingen op kleigrond.


Wat is kleigrond en waarom is het een uitdaging voor funderingen?

Kleigrond is een soort zand- en kleivermengde bodem die weinig drainagekwaliteiten heeft en zich sterk gedraagt onder invloed van vocht. Het is bekend om zijn vochtgevoeligheid en zijn neiging om zowel uit te zetten als in te klinken. Bij droge perioden kan kleigrond inklinken, wat leidt tot scheuren en instabiliteit in de ondergrond. Bij natte perioden daarentegen kan het uitzetten, wat ook funderingen en muren onder druk zet.

Omdat kleigrond een lage draagkracht heeft, is het vaak noodzakelijk om de fundering dieper te leggen of te ondersteunen met palen. Kleigrond is daarom minder geschikt voor traditionele funderingstechnieken zoals massieve betonfunderingen, tenzij deze extra maatregelen worden genomen. De combinatie van vochtfluctuaties en lage draagkracht maakt het dus belangrijk om een geschikte funderingsoplossing te kiezen.


Funderen op kleigrond: Oplossingen en technieken

1. Schroeffundering op kleegrond

Schroeffundering is een van de meest gebruikte en betrouwbare methoden bij funderen op kleigrond. Dit is een grondverdringende techniek waarbij stalen schroefpalen met een hydraulische machine in de grond worden gedraaid. Deze palen worden tot een stabiele laag onder de klei gedraaid, meestal in de vaste zandlaag, waardoor de fundering een stevige ondersteuning krijgt.

Deze methode heeft meerdere voordelen:

  • Snelle uitvoering: Schroeffunderingen kunnen relatief snel worden uitgevoerd zonder het gebruik van zware machines of opengravingen.
  • Minimale verstoring van de omgeving: De installatie gebeurt zonder trillingen, wat schade aan omliggende structuren voorkomt.
  • Duurzaamheid en stabiliteit: Schroefpalen blijven sterk verbonden met de grond, vooral op kleegrond, omdat de klei aan de palen “kleft”. Dit zorgt voor extra stabiliteit.
  • Toepassing op lichte constructies: Bij lichtere bouwprojecten, zoals vrijstaande overkappingen of houten schuren, is funderen op de bovenste kleilaag vaak voldoende. In dit geval zijn schroefpalen 1,5 tot 2 meter diep genoeg.

2. Paalfundering op kleegrond

Een alternatief voor schroeffunderingen is een paalfundering, waarbij palen worden gegraven of geboord in de grond en tot een stevige ondergrond worden gebracht. Dit kan zand, klei of een andere stabiele laag zijn. De palen kunnen uit beton, hout of stalen elementen bestaan.

Paalfunderingen zijn vaak nodig bij zwaardere constructies of bij complexe grondomstandigheden. De keuze voor de juiste paalafstand, lengte en materiaal hangt af van de belasting van het gebouw en de eigenschappen van de kleigrond. Een paalroosterfundering is een veelgebruikte methode waarbij de palen op regelmatige afstanden worden geplaatst om een stabiele structuur te vormen.

De volgende stappen zijn typisch bij paalfunderingen op kleigrond:

  • Terreinverkenning en bodemonderzoek: Voor de fundering begint, is het essentieel om een grondverkenning uit te voeren. Dit helpt bij het bepalen van de juiste diepte en het aantal benodigde palen.
  • Paalberekening: De aannemer gebruikt paalberekeningen van de constructeur om te bepalen hoeveel en welke soort palen nodig zijn.
  • Installatie van de palen: Palen worden op de hoeken van het gebouw en op kruisingen van muren geplaatst. De afstand tussen de palen is meestal ongeveer 2 meter.
  • Afwerking en verbinding met de constructie: Nadat de palen zijn geïnstalleerd, wordt de fundering afgebakeld en verbonden met het bouwwerk.

Belangrijke aandachtspunten bij funderen op kleigrond

1. Grondwaterstand en percolatie

De grondwaterstand speelt een grote rol bij het funderen op kleigrond. Een lage grondwaterstand kan leiden tot inklinking van de veen- of kleilaag, wat op zijn beurt gevolgen heeft voor het bouwwerk. Het is daarom belangrijk om te zorgen voor voldoende percolatie zodat de ondergrond niet droog raakt en vertering van het veen wordt voorkomen.

Een goed drainageplan is daarom essentieel. Dit kan bereikt worden door onder andere een grindvulling te maken of een percolatieput aan te leggen.


2. Losstaande versus vaste constructies

Een specifieke aanbeveling bij funderen op kleigrond is om losstaande constructies te kiezen voor bouwwerken die afzonderlijk staan van het hoofdbouwwerk, zoals vrijstaande schuren, overkappingen of bijgebouwen. Wanneer deze constructies los worden gemaakt van het hoofdbouwwerk, vermijd je de risico’s van scheefstand of verzakking.

Als je een constructie vastmaakt aan je hoofdbouw, kan het hoofdbouwwerk wel staan, maar de bijgebouw kan scheef of verlaagd raken als de kleigrond inklinkt. Dit is vooral van toepassing bij funderingen op de bovenste kleilaag.


3. Stabielere fundering op vaste zandlagen

In gevallen waarin het bouwproject zwaarder is of waar extra stabiliteit gewenst is, is het aan te raden om de fundering te leggen op een vaste zandlaag. Schroefpalen of boorgewapende palen worden dan dieper in de grond gedraaid tot die laag bereikt wordt. Dit zorgt voor een betere draagkracht en minder risico op verzakking.


Risico’s van funderen op kleigrond

1. Verzakkingen en scheefstand

Een van de grootste risico’s bij funderen op kleigrond is verzakking. Dit kan gebeuren als de kleilagen inklinken of als het veen droog raakt en vertert. Het resultaat kan zijn dat de fundering of het bouwwerk scheef staat, scheurt of zelfs volledig instort. Dit is vooral een probleem bij oudere bouwwerken of monumenten.

2. Scheuren in muren en fundamenten

Scheuren in muren en fundamenten zijn een veelvoorkomend gevolg van instabiliteit in de ondergrond. Bij kleigrond is het risico op scheuren groter, vooral als de fundering niet diep genoeg is of niet goed bevestigd is aan een stabiele ondergrond. Dit kan leiden tot aanzienlijke schade en hoge herstelkosten.


Conclusie

Funderen op kleigrond is een complexe aangelegenheid die extra aandacht en professionele beoordeling vereist. Kleigrond is instabiel, vochtgevoelig en heeft een lage draagkracht, wat betekent dat traditionele funderingstechnieken vaak niet voldoende zijn. Schroeffunderingen en paalfunderingen zijn daarom vaak de meest geschikte oplossingen. Schroefpalen zijn vooral geschikt voor lichte constructies, terwijl paalfunderingen vaak nodig zijn bij zwaardere bouwprojecten of bij complexe grondomstandigheden.

Het is belangrijk om rekening te houden met de grondwaterstand, de stabiliteit van de ondergrond en het ontwerp van de fundering. Terreinverkenning en bodemonderzoek zijn essentieel om de juiste keuze te maken. Losstaande constructies verminderen het risico op scheefstand, terwijl vaste constructies extra maatregelen vereisen. In beide gevallen is het aan te raden om de fundering op een stabiele ondergrond te plaatsen, zoals een vaste zandlaag.

Door de juiste keuze te maken in funderingstechniek en het betrokken risico’s goed te beheren, is het mogelijk om een stabiele en duurzame constructie te realiseren op kleigrond.


Bronnen

  1. Aken Schroeffunderingen
  2. Constructieshop
  3. IhouseTop
  4. Schroeffundering Holland
  5. Let's Rebuild
  6. Cultureel Erfgoed

Related Posts