De juiste diepte van de fundering bij het bouwen van een muur: richtlijnen, factoren en uitvoering
Bij het bouwen van een muur, of het nu gaat om een tuinmuur, een schouwmuur of een muur voor een aanbouw, is de fundering van uiterste belang voor de stabiliteit en duurzaamheid van de constructie. Een onvoldoende of verkeerd uitgevoerde fundering kan leiden tot verzakkingen, scheuren of zelfs tot een volledige instorting van de muur. In dit artikel bespreken we de richtlijnen en aanbevolen dieptes voor funderingen bij muren, factoren die de diepte bepalen, en de praktische uitvoering.
Factoren die bepalen hoe diep een fundering moet zijn
De diepte van de fundering is niet willekeurig bepaald. Het is afhankelijk van verschillende factoren die samen bepalen hoe zwaar en langdurig de belasting op de fundering zal zijn. De belangrijkste factoren zijn:
- Soort bouwconstructie: Een enkelsteens muurtje vereist een andere funderingsdiepte dan een zware betonnen muur of een muur als onderdeel van een aanbouw.
- Bodemgesteldheid: De stabiliteit van de ondergrond speelt een grote rol. Zandgrond, kleigrond, veengrond en leemgrond gedragen zich anders onder belasting.
- Vorstgrens: Om vorstschade te voorkomen, moet de fundering onder de vorstgrens liggen.
- Belasting van de muur: Hoe zwaar een muur is, en of er bijvoorbeeld vloeren of daken op komen te staan, heeft invloed op de benodigde diepte en stevigheid van de fundering.
- Aanwezige waterstand: Bij hoge grondwaterstand moet extra rekening worden gehouden met drainage en waterafvoer in de fundering.
- Aanbouw in de buurt van bestaande gebouwen: In dergelijke gevallen is een constructieberekening aan te raden om schade aan aangrenzende funderingen te voorkomen.
Aanbevolen funderingsdiepte voor verschillende types grond
De funderingsdiepte moet minimaal liggen onder de vorstgrens, wat in Nederland meestal ongeveer 60 tot 80 centimeter onder het maaiveld is. Naast deze minimale diepte is er ook een aanbevolen diepte afhankelijk van de ondergrond. Hieronder staan de richtlijnen volgens de meest voorkomende bodemsoorten in Nederland:
Zandgrond
Bij zandgrond is een funderingsdiepte van minimaal 80 centimeter aan te raden. Zandgrond is vrij stabiel en draagt goed, maar kan door het losse karakter snel verzakken als de fundering ondiep is. Een diepere fundering helpt om stabiliteit te waarborgen.
Kleigrond
Kleigrond is dichter dan zand en houdt water langer vast. Een funderingsdiepte van 90 centimeter is hier aan te raden. Kleigrond kan in de winter meer uitzetten, waardoor een diepere fundering extra veiligheid biedt.
Leemgrond
Leemgrond is een mengsel van klei, zand en silt en heeft een relatief goede drager. Ook hier wordt een funderingsdiepte van 90 centimeter aanbevolen.
Veengrond
Veengrond is onstabiel en neemt snel af onder belasting. Bij veengrond is het vaak noodzakelijk om een fundering op palefunderingen uit te voeren. Dit betekent dat de fundering niet op de grond, maar op palen die in de ondergrond worden geslagen, rust.
Voorbeeld: Enkelsteens muurtje
Voor een enkelsteens muurtje, zoals vaak gebruikt voor een tuinmuurtje of een klein muurtje om een terrein af te bakenen, is een fundering van 60 centimeter diep en 30 centimeter breed meestal voldoende. In zandgrond is deze diepte onder de vorstgrens en voldoet aan de minimale eisen. Geen bekisting of bewapening is nodig bij dergelijke lichte constructies.
Funderingsdiepte en vorstbestendigheid
Vorst is een belangrijke factor bij het bepalen van de funderingsdiepte. In Nederland is de vorstgrens meestal tussen de 60 en 80 centimeter onder het maaiveld. Als de fundering hieronder ligt, wordt voorkomen dat de grond rondom de fundering bevriest en uitzet, wat kan leiden tot opheffen van de fundering en eventuele schade aan de constructie.
Een fundering die niet onder de vorstgrens ligt, kan in koude winters beschadigd raken. Dit is vooral van toepassing bij zware constructies of muren waarop vloeren of daken komen te staan.
Praktische uitvoering van de fundering
De uitvoering van de fundering vereist een nauwkeurige aanpak. De volgende stappen zijn aan te raden bij het aanleggen van een fundering voor een muur:
- Bepaling van de afmetingen en diepte: Bepaal eerst de breedte en diepte van de fundering op basis van de soort muur en de bodemgesteldheid.
- Uitschakelen van de grond: Zet paaltjes op de uithoeken van de fundering en span een metselkoord. Zorg dat de sleuf strak langs dit koord loopt.
- Graven van de sleuf: Graaf een sleuf met de benodigde breedte en diepte. Zorg ervoor dat de sleuf waterpas is.
- Afwatering en grindlaag: Laag een laag grind aan van minimaal 20 centimeter in de sleuf. Dit draagt bij aan de afwatering en vermindert het risico op wateraanhouding.
- Bekisting en bewapening: Bij zwaardere constructies is het nodig om bekisting en eventueel bewapening toe te passen.
- Storten van de fundering: Stort beton in de sleuf en zorg dat het beton goed uitgelijnd en waterpas is.
- Afwerking en afstel: Laat het beton drogen en controleer of de fundering waterpas en sterk genoeg is.
Veelgemaakte fouten bij fundering van muren
Bij het aanleggen van een fundering zijn er een aantal veelvoorkomende fouten die leiden tot problemen later. De belangrijkste fouten zijn:
- Te ondiepe fundering: Een fundering die niet onder de vorstgrens ligt, kan in de winter beschadigd raken.
- Slechte drainage: Als er geen goede afwatering is, kan er water in de fundering blijven zitten, wat leidt tot vochtproblemen en mogelijke schade.
- Verkeerde breedte: Een te smalle fundering kan niet genoeg druk verdragen en leidt tot instorting of scheuren.
- Geen rekening houden met aangrenzende constructies: Een fundering van een muur in de buurt van een bestaand gebouw kan invloed hebben op de fundering van dat gebouw. Laat dan een constructieberekening maken.
Wanneer is professionele hulp nodig?
Hoewel het aanleggen van een fundering voor een enkelsteens muurtje of een klein vloertje vaak zelf te doen is, is het bij zware of complexe constructies verstandig om professionele hulp in te schakelen. Dit geldt vooral bij:
- Aanbouwen of uitbreidingen van bestaande woningen.
- Muren waarop vloeren of daken komen te staan.
- Projecten op onstabiele grond of veengrond.
- Constructies in de buurt van bestaande gebouwen.
Een bouwkundige of funderingsdeskundige kan een constructieberekening maken en advies geven over de juiste diepte, breedte en materialen voor de fundering.
Conclusie
De fundering van een muur speelt een cruciale rol in de stabiliteit en duurzaamheid van de constructie. De diepte van de fundering is afhankelijk van de soort muur, de bodemgesteldheid, de belasting en de vorstgrens. In Nederland is een funderingsdiepte van minimaal 60 tot 80 centimeter aan te raden, afhankelijk van de ondergrond. Bij zandgrond is een diepte van 80 cm voldoende, terwijl bij veengrond een palenfundering nodig kan zijn.
De juiste uitvoering van de fundering vereist aandacht voor afwatering, breedte, diepte en eventuele bewapening. Veelgemaakte fouten bij fundering van muren kunnen leiden tot scheuren, verzakkingen of schade aan aangrenzende constructies.
Bij zware of complexe projecten is het verstandig om professionele hulp in te schakelen om schade en extra kosten te voorkomen. Met de juiste aanpak en richtlijnen is het mogelijk om een stevige, functionele en duurzame muur te bouwen die jarenlang meegaat.
Bronnen
Related Posts
-
Het opzetten van een empirisch onderzoek: essentiële stappen voor betrouwbare resultaten
-
Stalen fundering op zandgrond: Toepassing, voordelen, nadelen en ervaringen
-
Erker bouwen: aandachtspunten voor fundering, vergunning en uitvoering
-
Erfafscheiding: regels voor plaatsing, hoogte en grensbeheer
-
Fundering en bouwrichtlijnen voor de ErePrijsStraat in Krommenie: Welstandsrichtsnoeren en beeldkwaliteit
-
Funderingspraktijk in Historische Constructies: Inzichten uit Historische Bouwactiviteiten
-
Wat te doen als er ijzer uit je fundering steekt
-
Er loopt water onder mijn fundering: oorzaken, gevolgen en oplossingen