Hoe diep moet de fundering voor een aanbouw zijn? Factoren, regelgeving en praktische aanbevelingen

Published by Redactie on juli 21, 2025 | Category fundering

De fundering van een aanbouw speelt een cruciale rol in de stabiliteit en duurzaamheid van het nieuwe bouwwerk. Zowel bij houten bijgebouwen als bij zwaardere constructies zoals garages of uitbouwen, moet de funderingsdiepte zorgvuldig bepaald worden, rekening houdend met meerdere factoren zoals bodemgesteldheid, klimaat, belasting en lokale bouwvoorschriften. In dit artikel worden de bepalende elementen bij het bepalen van de funderingsdiepte voor een aanbouw besproken, met nadruk op praktische richtlijnen en aanbevelingen.

Belasting en bouwtype bepalen de funderingsdiepte

Een van de eerste factoren die bepalen hoe diep de fundering moet worden, is het type bouw en het gewicht dat de fundering moet dragen. Lichte constructies, zoals houten aanbouwen, vereisen in principe een minder diepe fundering in vergelijking met zware constructies, zoals een betonnen garage of een uitgebouwde woonruimte.

Houten aanbouw: In sommige gevallen kan een houten aanbouw zelfs zonder fundering worden geplaatst, mits het bouwwerk licht genoeg is en het risico op verzakking wordt uitgesloten.
Zware constructies: Voor zware constructies, zoals een garage of een uitbouw van beton, wordt vaak een funderingsdiepte van minstens 60 cm aanbevolen om de stabiliteit te waarborgen.

De keuze voor een houten constructie biedt flexibiliteit, maar vereist toch een stevige basis, vooral bij grotere afmetingen. In de praktijk wordt vaak een funderingsdiepte van minimaal 60 cm aanbevolen voor houten aanbouwen, vooral in combinatie met een zand- of kleigrond.

Klimaat en vorstgrens

In regio’s met strenge winters, waar de grond kan bevriezen, moet rekening worden gehouden met de vorstgrens. Bij bevriezen kan de grond opzwellen en eventueel de fundering beschadigen. In dergelijke gevallen is het noodzakelijk om de fundering dieper te leggen dan de vorstgrens.

Vorstgrens van 60 cm: Voor een aanbouw in een regio met een vorstgrens van bijvoorbeeld 60 cm is het aan te raden om de fundering ten minste 70 cm of dieper te graven om schade te voorkomen.

De vorstgrens is een kritisch aspect in de funderingsplanning, omdat verkeerde diepte kan leiden tot opheffen van de fundering en daarmee structurele schade. In Nederland is de vorstgrens afhankelijk van de regio en het klimaat, maar vaak ligt deze tussen de 40 en 80 cm.

Bouwvoorschriften en normen

Elke regio heeft specifieke bouwvoorschriften en normen die moeten worden nageleefd. Deze bepalen vaak de minimale funderingsdiepte en andere technische eisen. Het is daarom altijd aan te bevelen om deze regels te raadplegen of advies in te winnen bij een bouwkundig deskundige of gemeente.

Minimale diepte volgens bouwvoorschriften: Volgens de Nederlandse bouwvoorschriften moet een fundering minimaal 80 centimeter diep zijn om onder de vorstgrens te komen. Dit is belangrijk omdat grond in de winter kan bevriezen en uitzetten, wat kan leiden tot het opheffen van de fundering en structurele schade.

In sommige gevallen kan deze minimale diepte echter aanzienlijk groter zijn, afhankelijk van de bodemgesteldheid en andere lokale factoren. Het is daarom verstandig om een grondonderzoek uit te voeren voordat men een funderingsplan maakt.

Bodemgesteldheid

De bodemgesteldheid is een van de belangrijkste factoren die bepalen hoe diep een fundering moet zijn. In Nederland komen diverse bodemtypen voor, zoals klei, veen, zand en leem. Elk van deze bodems heeft unieke eigenschappen die invloed hebben op de benodigde funderingsdiepte.

Zandgrond: Zandgrond is een stabiele grondsoort met een goed draagvermogen. In zandgrond is een funderingsdiepte van 60 cm vaak voldoende, mits er geen last is van hoog grondwater. In het geval van een aanbouw op zandgrond is een funderingsdiepte van 60 cm vaak voldoende, zoals aangegeven in meerdere bronnen.
Klei: Klei is een grondsoort die veel vocht vasthoudt en kan krimpen of uitzetten bij droge en natte periodes. Dit maakt de grond instabiel, waardoor de fundering diep genoeg moet worden gelegd om voorbij deze bewegingen te reiken.
Veen: Veen is een losse grondsoort met een lage draagkracht. Een aanbouw op veengrond vereist meestal een diepere fundering of een alternatief funderingstype, zoals een stokfundering of fundering op palen.
Leem: Leemgrond heeft de eigenschap om veel vocht vast te houden en kan krimpen of uitzetten bij droge en natte periodes. Dit maakt de grond instabiel, waardoor de fundering diep genoeg moet worden gelegd om voorbij deze bewegingen te reiken.

Funderingsdiepte in de praktijk

In de praktijk worden funderingsdieptes vaak bepaald aan de hand van de volgende richtlijnen:

Minimale diepte: Een fundering moet ten allen tijde op vaste grond en minimum 60 cm diep zijn.
Fundering op staal: Bij funderen op staal worden traditioneel sleuven gegraven tot op circa 80 cm beneden het maaiveld. De aanleg van de fundering is op deze diepte vorstvrij.
Fundering voor houtskeletconstructies: Voor houtskeletconstructies, zoals een houten bijgebouw, is een funderingsdiepte van 60 cm vaak voldoende, mits het bouwwerk licht genoeg is en het risico op verzakking wordt uitgesloten.

Een funderingsdiepte van 60 cm is in de meeste gevallen voldoende voor een houten bijgebouw, maar het is verstandig om rekening te houden met de specifieke omstandigheden op de bouwlocatie. In gevallen waarin het grondoppervlak sterk ongelijk is, kan het noodzakelijk zijn om de fundering in stappen uit te graven en af te werken.

Funderingsmateriaal en techniek

Het gebruik van stortbeton en betonblokken is een veelgebruikte methode bij het aanleggen van een fundering voor een aanbouw. In sommige gevallen wordt de fundering vanaf de maaiveldniveau gegraven en met betonblokken gemetseld, waarna er een betonplaat bovenop komt. In andere gevallen wordt een stortbetonfundering gebruikt, die direct in de gegraven sleuf gegoten wordt.

Stortbeton: Stortbeton wordt vaak gebruikt voor lichte constructies, zoals houten bijgebouwen. De sleuf wordt gegraven, met stortbeton gevuld en daarna eventueel een betonplaat of metselwerk erop geplaatst.
Betonblokken: Betonblokken worden vaak gebruikt in combinatie met stortbeton. Ze vormen een stevige basis en kunnen in meerdere lagen gemetseld worden om de fundering extra sterk te maken.

De keuze voor funderingsmateriaal hangt af van het gewicht van de constructie, de bodemgesteldheid en de wens van de bouwer. In zandgrond is een funderingsdiepte van 60 cm vaak voldoende, mits er geen last is van hoog grondwater.

Praktische richtlijnen

Bij het aanleggen van een fundering voor een aanbouw zijn er enkele praktische richtlijnen die kunnen worden gevolgd:

Funderingsdiepte: De fundering moet minimaal 60 cm diep zijn, afhankelijk van de bodemgesteldheid en klimaatvoorwaarden.
Breedte van de fundering: Voor een enkele muur is een breedte van 25 cm voldoende. Voor een spouwmuur wordt een breedte van 40 cm aanbevolen.
Voorzichtig werken in ongelijk terrein: Bij een aanbouw met hoogteverschillen in het terrein kan het noodzakelijk zijn om de fundering in stappen uit te graven en af te werken. Dit vereist extra aandacht voor de stabiliteit van de fundering.
Advies van een expert: Het is verstandig om advies in te winnen bij een bouwkundig deskundige of gemeente om ervoor te zorgen dat de fundering voldoet aan de lokale bouwvoorschriften.

Conclusie

De diepte van de fundering voor een aanbouw hangt af van meerdere factoren, waaronder het type bouw, de belasting, de bodemgesteldheid, de klimaatvoorwaarden en de lokale bouwvoorschriften. In de meeste gevallen is een funderingsdiepte van 60 cm voldoende voor lichte constructies zoals houten bijgebouwen, maar het is verstandig om rekening te houden met de specifieke omstandigheden op de bouwlocatie. Een stevige fundering is essentieel voor de stabiliteit en duurzaamheid van het bouwwerk en dient daarom zorgvuldig te worden bepaald en uitgevoerd.