Fundering vernieuwd: nog kans op nieuwe problemen?

De fundering van een woning is de basis van de gehele constructie. Een slechte of verouderde fundering kan leiden tot aanzienlijke schade, kosten en onzekerheid voor huiseigenaren. In Nederland is de funderingsproblematiek al jaren aan de orde, maar tot nu toe is er weinig tot geen nationale aanpak geweest. Nu de druk opbouwt – mede door klimaatverandering en de groeiende schade – is het essentieel dat zowel particulieren als overheden en marktpartijen serieus overwegen hoe funderingsherstel en preventie het beste kunnen worden aangepakt. In deze artikel wordt ingegaan op de huidige situatie, de risico’s bij funderingsherstel, mogelijke oplossingen en aanbevelingen.

Inleiding

De funderingsproblematiek in Nederland is niet nieuw. Het is een langdurig bestaand probleem dat zich al jaren opbouwt, met als gevolg dat steeds meer woningen en gebouwen risico lopen op schade. Echter, de aandacht en actie zijn tot nu toe grotendeels ontbroken. Dit heeft geleid tot een opstapeling van maatschappelijke, financiële en technische problemen. De Stichting Kennis Centrum Aanpak Funderingsproblematiek (KCAF) schat dat er tussen de 487.000 en 537.000 panden zijn met een verhoogd funderingsrisico. Dit betekent dat het probleem niet beperkt is tot enkele stadsdeel of regio’s, maar dat het landelijke karakter heeft.

Een fundering is vaak pas onder de aandacht gekomen als schade zichtbaar is geworden. Tijdens het herstelproces is het echter mogelijk dat nieuwe problemen ontstaan, waardoor het risico op terugkeer van schade niet volledig wordt uitgesloten. Het is daarom belangrijk om zowel het hersteltraject als de langdurige stabiliteit van de fundering goed in kaart te brengen. Deze artikel beoogt duidelijkheid te verschaffen over de huidige staat van funderingen in Nederland, de risico’s bij funderingsherstel, en mogelijke richtlijnen voor preventie en oplossingen.

Funderingsherstel: een traject met risico’s

Een fundering die is vernieuwd, biedt op papier de belofte van stabiliteit en duurzaamheid. Echter, zelfs een goed uitgevoerde funderingsreparatie kan geen garantie geven op langdurige schadevrijheid. Daarom is het belangrijk om te begrijpen dat funderingsherstel een traject is met inherent risico’s.

1. Onvolledige kennis van de staat van bestaande funderingen

Een van de grootste obstakels bij funderingsherstel is de gebrekkige kennis over de huidige staat van bestaande funderingen. Volgens het advies van de Raad voor leefomgeving en infrastructuur (Rli), is het voor veel eigenaren zelfs onduidelijk wat voor soort fundering hun woning heeft, laat staan in welke staat die verkeert. Deze informatiegebreken maken het moeilijk om doeltreffende maatregelen te nemen en verhogen de kans op onverwachte problemen tijdens en na herstel.

2. Geen transparantie op de vastgoedmarkt

Het gebrek aan transparantie op de vastgoedmarkt betekent dat funderingsschade op dit moment nauwelijks een rol speelt in de prijsstelling van woningen. Hierdoor ontbreken de incitementen voor eigenaren om het probleem serieus te nemen. Zowel particuliere verhuurders als corporaties zien de funderingsproblematiek als een kostbare en complexe aangelegenheid, waarbij het herstel niet direct tot extra inkomsten leidt.

3. Risico op herhaling van schade

Een fundering die is vernieuwd, kan opnieuw onder druk komen te staan door veranderingen in de ondergrond, klimaatfactoren of onjuiste uitvoering van herstelmaatregelen. Het is bijvoorbeeld bekend dat houten paalfunderingen gevoelig zijn voor veranderingen in de grondwaterstand. Als paalkoppen droog komen te staan, kunnen ze gaan rotten door blootstelling aan zuurstof. Dit kan zelfs na een herstelproces opnieuw schade veroorzaken.

4. Onvolledige controle op grondwater en bodemdaling

Deltares wijst erop dat het kwaliteitsprobleem van funderingen ook afhankelijk is van eigenschappen van de ondergrond en veranderingen in beleid of klimaat. Het ontbreken van een nationaal overzicht van de huidige staat van funderingen maakt het moeilijk om risico’s effectief in te schatten. Bovendien is het modelleren van grondwater en bodemdaling niet goed genoeg ontwikkeld om een betrouwbare voorspelling van funderingsgedrag mogelijk te maken.

Typen funderingen en hun specifieke risico’s

Nederland kent verschillende typen funderingen, elk met eigen kwetsbaarheden. Het begrijpen van deze verschillen is essentieel bij het bepalen van de geschiktheid voor herstel en de risico’s die daarmee gepaard gaan.

1. Paalfunderingen

Paalfunderingen zijn verankerd in de ondergrond via palen van hout, beton of staal. In Nederland zijn houten paalfunderingen vooral gebruikelijk in veenweidegebieden en in stedelijke gebieden met zachte grond. Deze fundering is gevoelig voor krimp en zwel van klei, bodemdaling, en veranderingen in de grondwaterstand.

  • Houten paalfunderingen zijn bijzonder kwetsbaar. Als de paalkoppen droog komen te staan, kunnen ze gaan rotten door blootstelling aan zuurstof. Dit leidt tot verminderde drukverdeling en kan schade aan het gebouw veroorzaken.
  • Beton- en stalen paalfunderingen zijn duurzamer, maar ook deze kunnen schade oplopen door verplaatsing van de ondergrond of door corrosie van de stalen palen.

2. Ondiepe funderingen op staal

Deze funderingsvorm is vaak gebruikt in gebieden met een stevige ondergrond. De fundering bestaat uit een zware muur of plaat die direct op de stevige laag verankerd is. Het nadeel is dat deze fundering niet goed reageert op ondergrondverschuivingen of bodemdaling. Als de ondergrond instabiel wordt, kan de fundering scheuren, wat op zijn beurt schade aan de constructie kan veroorzaken.

De noodzaak van een nationale aanpak

Het is duidelijk dat funderingsproblematiek niet op losse schroeven kan worden aangepakt. Het probleem is te groot, te verspreid en te complex voor individuele initiatieven of regionale oplossingen. Daarom pleiten experts voor een nationale aanpak die alle betrokken partijen – eigenaren, woningcorporaties, overheden en bouwpartijen – met elkaar verbindt.

1. Beschikbaarheid van risico-informatie verbeteren

Een van de kernaanbevelingen van de Rli is om de beschikbaarheid van risico-informatie over funderingsschade te verbeteren. Dit betekent dat er meer transparantie moet komen over het type en de staat van funderingen in bestaande woningen. Daarbij moet ook duidelijk worden of een fundering gevoelig is voor schade en wat de verwachte levensduur is.

2. Funderingsschade voorkomen

Naast herstel moet de nadruk ook liggen op preventie. Het is kostenefficiënter om schade te voorkomen dan om die later op te lossen. Daarom is het belangrijk dat bouwpartijen en gemeenten meer aandacht besteden aan de kwaliteit van nieuwe funderingen en aan de aanpassing van bestaande funderingen bij verbouwingen of renovaties.

3. Subsidie- en leenmogelijkheden creëren

Een funderingsherstel is duur – tussen de 80.000 en 100.000 euro. Voor veel particuliere huiseigenaren is dit een onoverkomelijk bedrag. Daarom is het essentieel dat de overheid subsidie- en leenmogelijkheden creëert om eigenaren te ondersteunen bij het herstellen van hun fundering. In 2025 werd een subsidie van 56 miljoen euro voor de jaren 2025 tot en met 2028 vastgesteld, maar volgens experts is dat onvoldoende om het probleem in de hand te houden.

4. Gecombineerde maatregelen voor duurzaamheid en herstel

Er zijn koppelkansen bij funderingsherstel. Zo kan bijvoorbeeld een herstelproject worden gecombineerd met de realisatie van duurzame woningen op het dak van een bestaand pand. Dit leidt tot een betere businesscase dan het herstel van de fundering of de verduurzaming op zich. Aedes en andere partijen pleiten hier voor een meer industriële en samenwerkingssgeoriënteerde aanpak.

Funderingsherstel in de praktijk

Het uitvoeren van een funderingsherstel is een complexe en risicovolle onderneming. Het is daarom raadzaam om dit proces niet zelf te doen, maar het aan specialisten te overlaten. In de praktijk is het belangrijk om de volgende stappen te volgen:

1. Staat bepalen

Het eerste wat moet gebeuren bij funderingsherstel is het bepalen van de daadwerkelijke staat van de fundering. Dit gebeurt meestal via een onderzoek dat uitgevoerd wordt door een kwalificatief bouwdeskundige. Uit het onderzoek komt vaak een handhavingstermijn naar voren. Als deze minder dan 10 tot 15 jaar is, is het raadzaam om iets aan de fundering te doen.

2. Onvermijdelijke investering

Wanneer funderingsherstel onvermijdelijk is, is het mogelijk om van de nood een deugd te maken. Dit kan bijvoorbeeld door een kelderbak te maken onder het gehele of gedeeltelijke woonhuis. Hierdoor kan de investering die moet worden gedaan in de nieuwe fundering zelfs terug gewonnen worden. Dit moet echter op voorhand goed worden uitgezocht, bijvoorbeeld via een tekening van een architect en een waardering door een makelaar.

3. Oplossing: doe beroep op een specialist

Funderingsherstel is behoorlijk specialistisch werk en is een traject met risico’s. Daarom is het belangrijk om op voorhand goed geïnformeerd te zijn over funderingsherstel. Een goed bedrijf of adviseur kan je ondersteunen tijdens het gehele traject of gedeeltes er van.

Kansen en uitdagingen

De funderingsproblematiek in Nederland is niet alleen een technisch vraagstuk, maar ook een maatschappelijk en economisch vraagstuk. Het is duidelijk dat funderingsherstel niet op losse schroeven kan worden aangepakt. Het probleem is te groot, te verspreid en te complex voor individuele initiatieven of regionale oplossingen. Daarom pleiten experts voor een nationale aanpak die alle betrokken partijen – eigenaren, woningcorporaties, overheden en bouwpartijen – met elkaar verbindt.

Een nationale aanpak kan leiden tot snellere oplossingen, lagere kosten per project en betere samenwerking tussen partijen. Hierbij kan ook aandacht worden besteed aan de verduurzaming van gebouwen en het creëren van nieuwe woningbouwprojecten. Deze koppelkansen maken het mogelijk om funderingsherstel te combineren met andere doelen, zoals energiezuinigheid en het aanpassen van woningen aan toekomstige klimaatverandering.

Conclusie

Een vernieuwde fundering biedt de belofte van stabiliteit en duurzaamheid, maar dat betekent niet automatisch dat alle risico’s zijn weggewerkt. Het is essentieel om zowel het hersteltraject als de langdurige stabiliteit van de fundering goed in kaart te brengen. De huidige staat van funderingen in Nederland is onvoldoende begrepen, en dit leidt tot onzekerheid op de vastgoedmarkt en een gebrek aan actie bij eigenaren.

De noodzaak van een nationale aanpak is duidelijk. Het gaat niet alleen om het herstellen van funderingen, maar ook om het voorkomen van schade, het creëren van transparantie, en het bieden van ondersteuning aan eigenaren. Door samen te werken kunnen overheden, woningcorporaties en bouwpartijen efficiënter en effectiever omgaan met de funderingsproblematiek. Slechts dan is het mogelijk om de rekening niet weer naar de toekomst te schuiven.

Bronnen

  1. Rli advies 'Goed gefundeerd'
  2. Funderingsherstel: makkelijker, duurzamer en goedkoper maken
  3. Funderingsschade Nederland: kaart en nationale aanpak
  4. Problemen slechte fundering: veel groter dan gedacht
  5. Funderingsproblemen: veelgestelde vragen
  6. Funderingsproblemen en mogelijke oplossingen

Related Posts