Metalen fundering in de context van erfgoed en bouwregelgeving: ontwerp, toepassing en beleid

Inleiding

In de context van renovatie, nieuwbouw en uitbreidingen zijn funderingen en constructies een essentieel onderdeil van elk bouwproject. Het gebruik van materiële elementen zoals metaal in funderingen komt steeds vaker voor, vooral bij het aanbouwen van veranda’s, overkappingen of bijgebouwen. Deze keuze moet echter altijd in lijn worden gebracht met bouwregelgeving, erfgoedbeleid, en architectonische samenhang. In dit artikel worden de belangrijkste aspecten van metalen funderingen besproken, met aandacht voor technische uitvoering, materiaalkeuze, bouwregelgeving, erfgoedcriteria, en het advies van de Adviescommissie Rijksmonumenten (ARK).

Het artikel is opgebouwd rond de technische uitvoering van metalen funderingen, materiële en esthetische keuzes, regelgeving in bebouwde omgevingen, integreerbaarheid in erfgoedgebieden, en het adviesproces van ARK bij zonnewijzigingen of veranderingen aan beschermde monumenten.


Technische uitvoering van metalen funderingen

Betonpoeren onder staanders

Bij het aanbouwen van veranda’s of overkappingen is het vastzetten van de structuur aan de grond van essentieel belang. Volgens de informatie uit bron [2], is een veelvoorkomende oplossing het gebruik van betonpoeren onder elke staander. Deze poeren liggen ongeveer 50 cm diep in de grond, wat ervoor zorgt dat de constructie bestand is tegen zware windlasten en voorkomt dat de houten onderdelen in contact komen met de grond. Hierdoor wordt houtrot effectief voorkomen.

De fundering bestaat dus uit:

  • Betonpoeren vanaf € 41,25 per stuk (afhankelijk van maat en uitvoering).
  • Staanders die op deze poeren worden gemonteerd.
  • Maatwerk veranda’s waarbij de fundering volledig kan worden afgestemd op de afmetingen en vorm van het bouwwerk.

Belang van maatwerk en stabiliteit

Het is van belang dat de fundering niet alleen technisch sterk is, maar ook visueel discreet in de omgeving past. In bebouwde omgevingen met strikte architectonische richtlijnen, zoals in historische stadsgezichten, moet de samenhang tussen fundering en omgeving worden gewaarborgd. Dit betekent dat de fundering niet in de weg moet staan voor de esthetische cohesie van het gebouw en de directe omgeving.


Materiële en esthetische keuzes

Materialen in de fundering

Hoewel de fundering uit beton bestaat, speelt het gebruik van metaal in de constructie van de veranda of aanbouw een belangrijke rol. In de context van materiaalgebruik en kleurkeuze, zijn er duidelijke richtlijnen voor de integratie van metalen elementen in de bebouwde omgeving.

Volgens bron [1], dient het gebruik van materialen onderdeel te zijn van een beperkt materiaalpalet om visuele samenhang te waarborgen. Voor metaal geldt:

  • Gietijzer of staal mogen gebruikt worden, maar moeten donker gekleurd zijn: donkergroen, donkerblauw, donkerrood of antraciet.
  • Hout mag gebruikt worden, maar moet bewerkt zijn en transparant gebeitst of geschilderd zijn, zoals het overige houtwerk van het gebouw.
  • Steengewerk mag niet in beton uitgevoerd worden, maar dient overeen te komen met de stijl van het hoofdgebouw.

Bij een combinatie van hout en metaal dient er visuele samenhang te zijn met het hoofdgebouw. Dit betekent bijvoorbeeld:

  • Geen sprongen in gevelmateriaal of -kleur.
  • Geen afwijkende stenen zoals beige of travertin.
  • Indien de gevel van een metalen constructie een stenen of betonnen voet heeft, moet deze doorgezet worden in de stenen gevel, bijvoorbeeld via een donker trasraam van gelijke hoogte.

Aanpassingen in bebouwde omgevingen

In historische centra of in beschermde stadsgezichten, zoals Gouda, gelden extra richtlijnen. Hier dient het materiaalgebruik visueel en functioneel in lijn te zijn met het historische karakter van de omgeving. Bijvoorbeeld:

  • Veranda’s die als muuraanbouw worden gerealiseerd, moeten visueel discreet zijn.
  • Loggia’s (uitgesneden gedeelten in de kap) worden niet aanbevolen, omdat ze het karakter van de historische bebouwing kunnen verstoren en de regenwaterafvoer in gevaar kunnen brengen.
  • Bijgebouwen die zichtbaar zijn vanaf het publieke domein, mogen in sommige gevallen uitgevoerd worden in donker geschilderde houten delen, zolang deze in overeenstemming zijn met het hoofdgebouw.

Bouwregelgeving en vergunningplicht

Algemene regels voor aan- en uitbouw

Volgens bron [1] gelden in beschermde stadsgezichten en erfgoedgebieden extra regels voor aan- en uitbouw. Hier dient:

  • Het materiaalgebruik en kleurkeuze in overeenstemming met het hoofdgebouw te zijn.
  • De vorm en het ontwerp visueel discreet te zijn.
  • Geen sprongen in gevelmateriaal of -kleur.
  • De architectuur moet visueel in lijn zijn met de omgeving.

Bij grotere gebouwen (breedte vanaf 80 meter ten opzichte van de rand van de zichtlocatie) geldt meer vrijheid in materiaalkeuze en architectonische vormgeving. Echter, ook in die gevallen dient het ontwerp visueel in evenwicht te zijn met de omgeving.


Integreerbaarheid in erfgoedgebieden

Zonnepanelen en erfgoedcriteria

In erfgoedgebieden, zoals in Gouda, zijn er specifieke regels voor het plaatsen van zonnepanelen. Dit is ook van toepassing op metalen constructies die onderdeel zijn van zonnepanelen of andere energieinstallaties. Bron [3] legt uit dat:

  • Zonnepanelen op daken met bijzondere of zeldzame dakbedekking in beginsel niet toegestaan zijn.
  • Indien er twijfel is over de monumentale waarde, wordt advies van de ARK ingewonnen.
  • De constructie van het bestaande dak dient aantoonbaar bestand te zijn tegen de extra belasting door zonnepanelen.
  • Er dient rekening gehouden te worden met de zichtbaarheid, kleur, locatie, reflectie, en het effect op de omgeving.

Vrijstellingscriteria

In sommige gevallen kan een vrijstelling van de vergunningplicht worden aangevraagd, maar dit is niet automatisch toegestaan. De ARK beoordeelt of de ingreep:

  • De monumentale waarden niet onevenredig aantast.
  • In lijn is met de bouw- en erfgoedrichtlijnen.
  • De historische of cultuurhistorische waarden behoudt.
  • Visueel discreet is en in evenwicht met de omgeving.

Bij twijfel over de interpretatie van de criteria, juridische procedures of bezwaren, kan de College van B en W besluiten om toch een vergunning te verlenen.


Het adviesproces van de ARK

Rol van de ARK bij veranderingen

De Adviescommissie Rijksmonumenten (ARK) speelt een centrale rol bij het adviseren over veranderingen aan beschermde monumenten. Bron [3] legt uit dat:

  • De ARK toetst of de ingreep de waarden van het monument niet onevenredig aantast.
  • De ARK betrekt fysieke, inhoudelijke en beleefde kwaliteiten van het monument in haar advies.
  • De ARK beoordeelt locatie, grootte, vorm, kleur, reflectie, zichtbaarheid en effect op de omgeving.
  • De installatie moet zoveel mogelijk uit zicht blijven.
  • Zonnepanelen moeten op de minst kwetsbare locatie geplaatst worden.
  • Bij erfgood op het erf of binnen de contouren van een beschermde structuur, mag de installatie geen gevolgen hebben voor zichtlijnen of waardevolle onderdelen.

Beoordelingscriteria

De ARK gebruikt specifieke beoordelingscriteria, waaronder:

  • Cultuurhistorische waarde van het dak en de dakconstructie.
  • Cultuurhistorische waarde van het monument in zijn omgeving.
  • Zichtbaarheid en effect op het stadsbeeld.
  • Mogelijke schade aan het monument door de ingreep.

Het advies van de ARK is dus essentieel bij het bepalen of een verandering aan een beschermde bouw of monument toegestaan is. Dit is ook van toepassing bij materiële veranderingen zoals het plaatsen van metalen funderingen of constructies.


Conclusie

Het gebruik van materiële elementen zoals metaal in funderingen speelt een steeds grotere rol in de bouwsector, vooral bij het aanbouwen van veranda’s en overkappingen. Echter, in erfgoedgebieden en historische stadsgezichten is het belangrijk dat deze keuzes visueel discreet zijn, visuele samenhang behouden, en in lijn zijn met de bouwregelgeving en erfgoedrichtlijnen.

De technische uitvoering van een metalen fundering, zoals het gebruik van betonpoeren, is essentieel voor stabiliteit en duurzaamheid. Hierbij dient maatwerk en visuele integratie met het hoofdgebouw centraal te staan.

Bij veranderingen aan beschermde monumenten, zoals het plaatsen van zonnepanelen of het aanbrengen van metalen constructies, is het advies van de ARK essentieel. De ARK beoordeelt of de ingreep de monumentale waarden niet onevenredig aantast, visueel discreet is, en in evenwicht staat met de omgeving.

Samenvattend is het gebruik van materiële elementen zoals metaal in funderingen toegestaan, maar dient het altijd in lijn te zijn met bouwregelgeving, erfgoedrichtlijnen en visuele samenhang. Dit geldt zowel in nieuwere bebouwde omgevingen als in historische centra en beschermde stadsgezichten.


Bronnen

  1. Gebiedsplan Gouda
  2. Pext Veranda Muuraanbouw - GSBTuinmaterialen
  3. Lokale regelgeving - Gouda

Related Posts