Salarisschalen voor het funderend onderwijs op Curaçao in 2018

Published by Redactie on juli 28, 2025 | Category fundering

Het funderend onderwijs op Curaçao speelt een centrale rol in de voorbereiding van kinderen op het voortgezette onderwijs en hun toekomst. Werkgevers, leerkrachten en andere onderwijspersoneel die betrokken zijn bij het funderend onderwijs, werken binnen een duidelijke salarisschaal die is vastgesteld door overheden en regelgevende instanties. In 2018 waren deze schalen en tredebeurten van toepassing op leerkrachten en docenten, afhankelijk van hun ervaring, bevoegdheid en functie. In deze artikel worden de relevante salarisschalen en bezoldigingsregelingen voor het funderend onderwijs op Curaçao in 2018 besproken, met een nadruk op hoe deze schalen zijn bepaald, hoe ze worden toegepast bij bevordering of wisseling van functie, en welke voorwaarden er gelden.

Inleiding

In 2018 gold een specifieke salarisschaal voor personeel in het funderend onderwijs op Curaçao. Deze schalen zijn onderdeel van een bredere bezoldigingsregeling voor onderwijspersoneel, die is vastgelegd in het functieboek onderwijs. De salarisschalen worden bepaald aan de hand van factoren zoals ervaring, bevoegdheid en functie, en zorgen voor een eerlijke en doorzichtige bezoldiging. In dit artikel worden de salarisschalen voor het funderend onderwijs op Curaçao in 2018 besproken, met een nadruk op hoe deze schalen zijn opgesteld en welke regels gelden bij functiewisseling, bevordering en deeltimearbeid. De informatie is gebaseerd op de beschikbare regelgeving, arbeidsvoorwaarden en salarisschalen die op dat moment van toepassing waren.

Salarisschalen en bezoldiging in het funderend onderwijs

1. Salarisschalen voor leerkrachten in het funderend onderwijs

In het funderend onderwijs op Curaçao gold in 2018 een specifieke salarisschaal voor leerkrachten. Deze schalen zijn opgenomen in het functieboek onderwijs en worden bepaald aan de hand van ervaring en bevoegdheid. De schalen worden genoemd in de Bezoldigingsregeling Ambtenaren (BRA), die ook van toepassing is op ambtenaren, om gelijkheid en transparantie in de bezoldiging te waarborgen.

O-schaal en inschaling

Leerkrachten in het funderend onderwijs worden ingeschreven op basis van hun ervaringsjaren en bevoegdheden. De O-schaal is de relevante bezoldigingsschaal voor onderwijsgevend personeel. Afhankelijk van de functie en de ervaring, worden leerkrachten ingeschreven op verschillende niveaus binnen de O-schaal.

In het funderend onderwijs gold de volgende inschaling:

Leerkracht-A wordt ingeschreven in O-16.
Leerkracht-B wordt ingeschreven in O-17.
Leerkracht-C wordt ingeschreven in O-18.

Deze inschaling is gebaseerd op de functie en bevoegdheid. Leerkracht-A is een beginnende leerkracht, Leerkracht-B heeft meer ervaring en bevoegdheid, en Leerkracht-C is een ervaren leerkracht met hogere bevoegdheid. De inschaling wordt jaarlijks herbekeken door het Ministerie van Onderwijs en eventueel aangepast.

Voorbeeld: Inschaling in O-16, O-17 en O-18

Als een leerkracht in het funderend onderwijs bijvoorbeeld een O-16 schaal krijgt, betekent dit dat de persoon in een lagere functie wordt ingeschreven. Bijvoorbeeld:

Leerkracht-A (O-16): 2 jaar ervaring, geen bevoegdheid.
Leerkracht-B (O-17): 5 jaar ervaring, bevoegdheid op niveau B.
Leerkracht-C (O-18): 10 jaar ervaring, bevoegdheid op niveau C.

Deze inschaling bepaalt ook de maandelijkse bezoldiging. Het salaris wordt bepaald op basis van de trede binnen de schaal. Bijvoorbeeld, een leerkracht in O-16, trede 10, zou een bepaald bruto salaris ontvangen, afhankelijk van de maand en de eventuele veranderingen in de bezoldigingsregeling.

2. Bevordering en verandering van functie

Bij bevordering of functiewisseling gelden specifieke regels die ervoor zorgen dat een onderwijspersoneel lid financieel erop vooruit gaat, of in elk geval niet erop achteruitgaat.

Bevordering naar een hogere functie

Wanneer een onderwijspersoneel lid wordt bevorderd naar een hogere functie, wordt het salaris bepaald aan de hand van de nieuwe schaal. Het huidige salaris wordt als uitgangspunt genomen en wordt geplaatst op de nieuwe schaal. De trede binnen de nieuwe schaal die het eerst volgt op het huidige salaris in de oude schaal, wordt toegekend. Daarnaast wordt een extra salaristrede toegekend, zodat het personeelslid financieel wél vooruitgaat.

Voorbeeld: Bevordering naar een hogere schaal

Mevrouw A werkt als Leerkracht-A in het funderend onderwijs en is ingeschreven in O-16, trede 14, met een bruto maandsalaris van NAf 6.037,-. Ze wordt bevorderd naar een functie die is gewaardeerd op O-17. De trede binnen de nieuwe schaal die het eerst volgt op haar huidige salaris is trede 9, oftewel NAf 6.160,-. Daarnaast krijgt ze een extra bezoldigingstrede erbij, zodat haar nieuwe salaris NAf 6.293,- is. Deze aanpak zorgt ervoor dat ze bij bevordering financieel wél vooruitgaat.

Functiewisseling naar een lagere schaal

Wanneer een onderwijspersoneel lid naar een functie wordt geplaatst waaraan een lagere salarisschaal is verbonden, geldt de regel dat het persoon er niet in salaris op achteruit mag gaan. Dit betekent dat de persoon, zelfs bij een functie met een lagere schaal, hetzelfde of hogere salaris mag behouden. Dit zorgt voor gelijkheid en voorkomt onterechte verlagingen in het salaris.

Deeltimearbeid en salarisberekening

Bij deeltimearbeid wordt het maandsalaris berekend op basis van het aantal werkuren. Het voltijdse maandsalaris wordt gedeeld door 40 uur (de standaard werkweek), en wordt vermenigvuldigd met het aantal werkuren dat de persoon werkt.

Voorbeeld: Berekening deeltijdsalaris

Meneer B werkt volledig tijd als Leerkracht-B in het funderend onderwijs en heeft een maandsalaris van NAf 5.000,-. Hij wil in de volgende maand 32 uur werken in plaats van 40. Zijn nieuwe maandsalaris wordt berekend als:

(32 : 40) × NAf 5.000,- = NAf 4.000,-

Zo wordt het deeltijdsalaris bepaald, afhankelijk van het aantal werkuren.

Arbeidsvoorwaarden en andere voordelen

Naast de salarisschalen zijn er ook andere arbeidsvoorwaarden die van toepassing zijn op onderwijspersoneel in het funderend onderwijs. Deze omvatten pensioen, ziektekostenverzekering, vakantietoelage en kindertoelage.

1. Pensioenfonds

Onderwijspersoneel bij de VPCO is verplicht om deel te nemen aan het APC Pensioenfonds. De VPCO betaalt 2/3 van de pensioenpremie, terwijl de medewerker 1/3 deel draagt. Dit maakt het pensioenfonds een belangrijk onderdeel van de arbeidsvoorwaarden.

2. Ziektekostenverzekering

Medewerkers die meer dan 50% van een voltijdsdienstverband werken, kunnen gebruik maken van de Aanvullende Ziektekostenverzekering bij de SVB. Werknemers die minder werken, hebben recht op de basisverzekering.

3. Vakantietoelage

De vakantietoelage wordt alleen uitgekeerd indien de overheid hiertoe beslist. De VPCO heeft geen zeggenschap over de uitkering van vakantiegeld. Wanneer de overheid positief beslist, bedraagt de toelage over het algemeen 6% van het bruto jaarsalaris. De toeslag wordt meestal in juni uitgekeerd.

4. Kindertoelage

De kindertoelage is onderdeel van de arbeidsvoorwaarden en wordt aan collega's uitgekeerd die kinderen hebben. De precieze regels en hoeveelheid kunnen variëren, afhankelijk van het aantal kinderen en het maandsalaris.

De rol van ervaring en bevoegdheid in de bezoldiging

De bezoldiging van onderwijspersoneel in het funderend onderwijs is sterk bepaald door ervaring en bevoegdheid. Deze factoren zijn centraal in de inschaling in de O-schaal. De bevoegdheid bepaalt of een onderwijspersoneel lid in staat is om aan een bepaalde schoolvorm onderwijs te verzorgen en voldoende pedagogisch en didactisch is opgeleid.

Bevoegdheidsniveaus

De bevoegdheidsniveaus worden gedefinieerd in de verschillende landsverordeningen. Deze verordeningen leggen de eisen vast voor onderwijspersoneel, afhankelijk van de schoolvorm en functie. Bijvoorbeeld:

Leerkracht-A: geen bevoegdheid.
Leerkracht-B: bevoegdheid op niveau B.
Leerkracht-C: bevoegdheid op niveau C.

Deze bevoegdheidsniveaus bepalen ook de inschaling in de O-schaal. Meer ervaring en bevoegdheid leiden tot een hogere inschaling en dus een hoger maandsalaris.

Werkervaring en werkniveau

Naast bevoegdheid speelt ook werkervaring en werkniveau een rol bij de inschaling in de O-schaal. Werkervaring wordt gedefinieerd als het aantal jaren dat een onderwijspersoneel lid heeft gewerkt in het onderwijs. Het werkniveau bepaalt hoe goed een persoon zich gedraagt in haar functie en hoe goed ze zich past in het onderwijssysteem.

Deze factoren worden bijgehouden en worden jaarlijks herbekeken door het Ministerie van Onderwijs. Eventueel kunnen de salarisschalen worden aangepast, afhankelijk van de ontwikkelingen in het onderwijs en de economie.

Salarisschalen in vergelijking met andere sectoren

In 2018 gold het gemiddelde salaris in het funderend onderwijs op Curaçao als iets hoger dan in andere sectoren zoals de bouw, handel en transport. De gemiddelde salarisschalen in 2018 waren als volgt:

Funderend Onderwijs: gemiddeld NAf 4.908,- per maand.
Bouw: gemiddeld NAf 2.430,- per maand.
Handel: gemiddeld NAf 2.319,- per maand.
Transport: gemiddeld NAf 1.800,- per maand.

Deze salarisschalen zijn afgeleid uit de data van het Centraal Bureau Statistiek Curaçao en geven een duidelijk beeld van de salarissen in verschillende sectoren. Het funderend onderwijs scoorde hoger dan de meeste andere sectoren, wat wijst op de belangrijke rol die het onderwijs speelt in de samenleving en de relatieve waarde van onderwijspersoneel.

Armoedegrens en levensstandaard

Om een indruk te krijgen van de minimale levensstandaard op Curaçao, is het nuttig om de armoedegrens te bekijken. De armoedegrens geeft aan hoeveel inkomsten nodig zijn om een acceptabele levensonderhoud te kunnen hebben. Voor een standaard huishouden (twee volwassenen en twee kinderen) bedraagt de armoedegrens NAf 2.500,- per maand.

Onderwijspersoneel in het funderend onderwijs scoorde hoger dan deze armoedegrens, wat wijst op een relatief comfortabele levensstandaard. Deze gegevens zijn afkomstig uit het Centraal Bureau Statistiek Curaçao en zijn gebaseerd op een maandelijkse inkomsten berekening, inclusief loonbelasting, sociale premies en ziektekostenpremie.

Conclusie

In 2018 gold een duidelijke en doorzichtige salarisschaal voor onderwijspersoneel in het funderend onderwijs op Curaçao. Deze schalen zijn bepaald aan de hand van ervaring, bevoegdheid en functie. Bij bevordering of functiewisseling gelden specifieke regels die ervoor zorgen dat een onderwijspersoneel lid financieel wél vooruitgaat. De inschaling in de O-schaal is een belangrijk onderdeel van de bezoldiging en wordt jaarlijks herbekeken.

Naast de salarisschalen zijn er ook andere arbeidsvoorwaarden die van toepassing zijn op onderwijspersoneel, zoals pensioen, ziektekostenverzekering, vakantietoelage en kindertoelage. Deze voordelen maken deel uit van het arbeidsvoorwaardenpakket en zorgen voor een stabiele en voorspelbare toekomst.

De salarisschalen in het funderend onderwijs scoorden hoger dan in meeste andere sectoren, zoals de bouw, handel en transport. Dit wijst op de relatieve waarde van onderwijspersoneel en de belangrijke rol die het onderwijs speelt in de samenleving.

Bronnen

salarisschalen