Governance en organisatie in funderend onderwijs: inzichten voor beter bestuur en toezicht

Inleiding

Het funderend onderwijs in Nederland is onderhevig aan een complexe governancestructuur die gericht is op het bevorderen van verantwoord bestuur, transparantie en kwaliteit. In de afgelopen jaren is er een duidelijke inzet geweest op professionalisering en harmonisatie van governancecodes binnen de diverse educatieve sectoren. Deze trends zijn niet enkel relevant voor schoolbesturen en toezichthouders, maar ook voor stakeholders die betrokken zijn bij de fysieke en infrastructuurrealisaties van scholen. Voor zowel scholen als scholengemeenschappen is governance niet enkel een administratief proces, maar een kader dat ook de samenwerking, financiering en operationele doelstellingen beïnvloedt.

Op basis van recente ontwikkelingen, zoals de invoering van de Governancecode Funderend Onderwijs (2025), de bestuurlijke fusies zoals bij Aurelia Onderwijs, en de toezichtsmaatregelen van organisaties zoals de VTOI-NVTK en de VvOB, is duidelijk dat het onderwijslandschap verandert. Deze veranderingen hebben ook indirecte implicaties voor de fysieke en infrastructurale aspecten van scholen, zoals de financiering van renovatieprojecten of de inzet van scholen in schoolgebouwen.

In dit artikel bespreken we de huidige governancecodes, organisatiestructuren en toezichtsmechanismen in het funderend onderwijs, en hoe deze invloed kunnen uitoefenen op zowel het functioneren van scholen als de realisatie van constructieve en renovatieprojecten. We richten ons op zowel de theoretische kaders als praktische toepassingen, met aandacht voor de rol van bestuurders, toezichthouders en externe partners zoals bouwbedrijven en architecten.

Governancecode Funderend Onderwijs: basisprincipes en doelstellingen

De Governancecode Funderend Onderwijs, die in 2025 is aangenomen en ingevoerd per 1 januari 2026, is ontwikkeld in samenwerking met de PO-Raad, VO-raad en VTOI-NVTK. Deze code is opgesteld op basis van vijf kernprincipes:

  1. Verantwoordelijkheid – Bestuurders zijn verantwoordelijk voor het beleid en de besluitvorming.
  2. Verbinding – Het beleid moet aansluiten bij de belangen van de betrokken partijen, zoals leerlingen, ouders en medewerkers.
  3. Lerend vermogen – Bestuursorganen moeten leren van ervaringen en evaluaties.
  4. Integriteit – Het beleid en het gedrag van bestuurders moet transparant en eerlijk zijn.
  5. Openheid – Communicatie en informatietransparantie moeten centraal staan in de governancepraktijk.

Deze principes zijn bedoeld om een duidelijke richtlijn te bieden voor het functioneren van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht binnen scholengemeenschappen. De code is niet alleen een kader voor interne governance, maar ook een instrument om externe partners, zoals bouwpartijen en financiële instellingen, een duidelijk beeld te geven van de governancestandaarden binnen de scholengemeenschap.

De VTOI-NVTK heeft actief bijgedragen aan de opstelling van deze code. Ze hebben als uitgangspunt de Code Goed Toezicht gebruikt, die op haar beurt is ontwikkeld om te zorgen voor een beter en duidelijker kader voor intern toezicht in het onderwijs. Door de Governancecode Funderend Onderwijs te integreren met deze normen, is er sprake van een eerste stap richting harmonisatie van governancecodes in alle sectoren waarin VTOI-NVTK actief is.

Toezichtsmechanismen en governance in de praktijk

De Governancecode Funderend Onderwijs bevat ook concrete richtlijnen voor toezichtsmechanismen. De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor het monitoren en waar nodig het handhaven van deze code. Deze raad vergadert ten minste vijf keer per jaar en heeft openbare vergaderingen. De Raad is ook verantwoordelijk voor het uitvoeren van auditprocedures en het geven van advies over het beleid van het College van Bestuur.

Aan de Raad van Toezicht zijn drie commissies verbonden:

  • De auditcommissie, die verantwoordelijk is voor het beoordelen van de financiële rapportages en jaarrekening.
  • De commissie onderwijs & kwaliteit, die advies geeft over kwaliteitszorg en Inspectieonderzoeken.
  • De remuneratiecommissie, die functioneringsgesprekken voert met bestuursleden.

Deze commissies vormen een essentieel onderdeel van het governancekader, omdat ze ervoor zorgen dat het beleid niet alleen administratief correct is, maar ook pedagogisch en operationeel aansluit bij de doelstellingen van de scholengemeenschap.

Bij Aurelia Onderwijs, bijvoorbeeld, is de Raad van Toezicht verantwoordelijk voor het beheren van de fusie tussen drie scholengemeenschappen. De fusie, die op 1 januari 2024 plaatsvond, heeft geleid tot een gecentraliseerd College van Bestuur en een gemeenschappelijk Servicebureau. Hierdoor is er meer efficiëntie en samenwerking mogelijk, wat ook positieve effecten kan hebben op fysieke projecten, zoals het verbouwen van schoolgebouwen of het aanpassen van ruimtes aan de huidige educatieve doelstellingen.

Bestuurlijke fusies en hun gevolgen

Bestuurlijke fusies zoals die bij Aurelia Onderwijs zijn een voorbeeld van het streven naar efficiëntie en samenwerking. Deze fusies hebben geleid tot een gecentraliseerde organisatiestructuur, waarbij meerdere scholen onder één bestuur vallen. Dit heeft implicaties voor governance, toezicht, maar ook voor de fysieke en infrastructurale ontwikkelingen van de scholen.

Een samengesteld College van Bestuur heeft de mogelijkheid om strategisch te denken over investeringen in schoolgebouwen. In een fusiegevoelige organisatie kan bijvoorbeeld worden besloten om een gemeenschappelijke bouwplanningsafdeling in te richten of contracten met bouwbedrijven te centraliseren. Dit kan leiden tot lagere kosten, maar ook tot betere coördinatie van renovatie- en constructieprojecten.

Daarnaast kan een fusie leiden tot een betere financiering van grotere projecten. Bijvoorbeeld: een fusiegroep heeft een groter budget dan een enkele school en kan dus investeren in duurzame verbouwingen of moderne technologie in de leeromgeving. Hierbij is governance van groot belang, omdat het zorgt voor transparantie in de besluitvorming en verantwoordelijkheid in de uitvoering van projecten.

Governance en de rol van externe partijen

Externe partijen, zoals bouwbedrijven, architecten en financiële instellingen, spelen een belangrijke rol in de realisatie van renovatie- en constructieprojecten. Voor deze partijen is governance een essentieel kader om te werken. De Governancecode Funderend Onderwijs bevat richtlijnen voor samenwerking met externe partners, met nadruk op transparantie, integriteit en verantwoordelijkheid.

Bijvoorbeeld, wanneer een school een renovatieproject wil realiseren, moet het College van Bestuur zorgen dat de keuze van de bouwpartij transparant is en op basis van een eerlijke en open procedure. De auditcommissie kan hierbij een rol spelen door de financiële aspecten van het project te beoordelen en te verifiëren of het budget op juiste manier wordt gebruikt.

Daarnaast is governance ook van belang bij het formuleren van contracten. De Governancecode stelt eisen aan het juridische kader waarin scholen werken met externe partijen. Dit betreft bijvoorbeeld het opstellen van duidelijke servicelevel agreements (SLAs), de vastlegging van kwaliteitsborgingen en het opnemen van klachtenprocedures.

De rol van bestuurders en toezichthouders in de bouwsector

Bestuurders en toezichthouders zijn verantwoordelijk voor het beleid en de besluitvorming, maar ook voor de uitvoering van projecten. In het kader van renovatie- en constructieprojecten zijn zij verantwoordelijk voor het stellen van doelstellingen, het plannen van budgetten en het overwegen van risico’s.

In het kader van de Governancecode Funderend Onderwijs is het belangrijk dat bestuurders en toezichthouders niet alleen verantwoordelijk zijn voor het administratieve beleid, maar ook voor het kwaliteitsaspect van projecten. Dit betreft bijvoorbeeld de keuze van bouwmaterialen, het respecteren van bouwvoorschriften en het zorgen voor een duurzame uitvoering van projecten.

De VO-raad en de PO-Raad stimuleren scholengemeenschappen om samen te werken met externe partijen die ervaring hebben met duurzame bouwmethoden. Dit kan bijvoorbeeld leiden tot investeringen in zonnepanelen, het verbouwen van schoolgebouwen volgens de regels van energieprestatie (EPB) of het toepassen van circulaire bouwtechnieken.

Daarnaast is het belangrijk dat bestuurders en toezichthouders zich bewust zijn van de juridische kaders waarbinnen scholen mogen bouwen of verbouwen. Hierbij is governance van groot belang, omdat het zorgt voor duidelijkheid over de verantwoordelijkheden en de handhaving van normen en voorschriften.

Governance en de toekomst van scholen

De Governancecode Funderend Onderwijs is nog in zijn kinderschoenen. Het is een relatief nieuw instrument dat nog moet bewijzen of het effectief werkt in de praktijk. Tegelijkertijd is het een belangrijke stap richting professionalisering en harmonisatie van governancecodes in het onderwijs. Deze code kan niet alleen leiden tot beter bestuur en toezicht, maar ook tot betere samenwerking met externe partijen.

In de komende jaren is het belangrijk om de code verder te uitwerken en te monitoren. De PO-Raad en de VO-raad zijn verantwoordelijk voor het stimuleren en waar nodig het handhaven van de code. Dit betreft ook het opstellen van richtlijnen voor scholen die de code nog niet volledig uitwerken. Daarnaast is het belangrijk om ervaringen uit te wisselen en te leren van het functioneren van de code in de praktijk.

Voor scholen en scholengemeenschappen is het van belang om te investeren in governance. Dit betreft niet alleen het opstellen van beleidsdocumenten, maar ook het opleiden van bestuursleden en toezichthouders. Het is een investering in kwaliteit, transparantie en verantwoordelijkheid – aspecten die ook van belang zijn bij renovatie- en constructieprojecten.

Conclusie

Governance in het funderend onderwijs speelt een essentiële rol in het functioneren van scholen en scholengemeenschappen. De Governancecode Funderend Onderwijs biedt een duidelijk kader voor bestuur, toezicht en samenwerking. Deze code is opgesteld op basis van vijf kernprincipes en is bedoeld om verantwoord bestuur, transparantie en kwaliteit te bevorderen.

In de praktijk betekent dit dat bestuurders en toezichthouders verantwoordelijk zijn voor het beleid en de besluitvorming, maar ook voor de uitvoering van projecten. Voor renovatie- en constructieprojecten is governance van groot belang, omdat het zorgt voor transparantie, integriteit en verantwoordelijkheid. Hierbij spelen externe partijen, zoals bouwbedrijven en architecten, een belangrijke rol.

De Governancecode Funderend Onderwijs is een relatief nieuw instrument dat nog moet bewijzen of het effectief werkt in de praktijk. Het is een stap richting professionalisering en harmonisatie van governancecodes in het onderwijs. In de komende jaren is het belangrijk om de code verder te uitwerken en te monitoren, en ervaringen uit te wisselen.

Voor scholen en scholengemeenschappen is het van belang om te investeren in governance. Dit betreft niet alleen het opstellen van beleidsdocumenten, maar ook het opleiden van bestuursleden en toezichthouders. Het is een investering in kwaliteit, transparantie en verantwoordelijkheid – aspecten die ook van belang zijn bij renovatie- en constructieprojecten.

Bronnen

  1. Funderendonderwijs.nl
  2. Aurelia Onderwijs
  3. VvOB Nieuws
  4. VTOI-NVTK Nieuws
  5. NPOnderwijs.nl
  6. PO-Raad Governancecode

Related Posts