Balkonafwerking volgens de regels: eisen en richtlijnen uit het bouwbesluit en beleidsboeken

In de bouwsector en bij particuliere renovaties is het voldoen aan de wettelijke eisen en beleidsrichtlijnen van groot belang, zowel voor veiligheid als voor juridische en fiscale overleg. Dit geldt met name voor de uitvoering van buitenruimten zoals balkons. Het bouwbesluit en beleidsboeken zoals het Woningwaarderingsstelsel Zelfstandige Woonruimte (WWZ) hanteren specifieke eisen voor balkonafwerking, toegankelijkheid, meetinstructies en puntenwaardering. Deze richtlijnen zijn niet alleen relevant voor bouwprofessionals, maar ook voor eigenaren, huurders en projectontwikkelaars die willen weten hoe balkons in de praktijk worden gedefinieerd en gewaardeerd.

In dit artikel bespreken we de eisen voor balkonafwerking volgens het bouwbesluit en beleidsdocumenten, met een focus op toegankelijkheid, afwerking, meetmethoden en puntenwaardering. We verduidelijken ook hoe zaken zoals Frans balkon of zeembalkon in deze context worden behandeld en waarom het belangrijk is om in lijn te werken met lokale regelgeving en nationale normen.

Balkonafwerking: eisen en voorwaarden

Een van de kernpunten bij balkonafwerking is de vraag of het balkon voldoet aan de eisen om als een “buitenruimte” te worden aangerekend. In het Woningwaarderingsstelsel Zelfstandige Woonruimte (WWZ) en andere beleidsdocumenten wordt duidelijk aangegeven welke criteria gelden.

1. Beloopbare afwerking

Een balkon moet voorzien zijn van een beloopbare afwerking, zoals:

  • Vlonders
  • Tegels
  • Andere vloerbedekkingen die geschikt zijn voor voetverkeer

Deze eisen zijn niet alleen van belang voor het comfort van gebruikers, maar ook voor de juridische en fiscale waarde van het balkon. Een onbezet of leeg balkon voldoet niet aan de eisen voor puntenwaardering in het Woningwaarderingsstelsel.

2. Afscheiding als valbeveiliging

Een ander belangrijk aspect is de afscheiding rond het balkon. Deze afscheiding moet voldoen aan de eisen van valbeveiliging, wat betekent dat:

  • De afscheiding rondom het balkon moet lopen
  • De afscheiding moet voldoende hoog en stevig zijn om valluchten te voorkomen
  • De afscheiding moet voldoen aan de technische eisen van het Bouwbesluit

In praktijk betekent dit dat het balkon met een hekwerk, balustrade of ander type afscheiding is afgezet. Deze afscheiding dient niet alleen esthetische doeleinden, maar ook functionele en veiligheidsdoeleinden.

3. Toegankelijkheid via deur of schuifpui

Ook de toegang tot het balkon is een eis die van invloed is op de puntenwaardering. Een balkon moet via een deur of schuifpui toegankelijk zijn. Dit betekent dat het balkon niet alleen fysiek toegankelijk moet zijn, maar ook dat de toegang formeler is gedefinieerd dan bijvoorbeeld via een open gevelopening of een Frans balkon.

Uitzondering: Franse balkons

Een Frans balkon is gedefinieerd als een opening in de gevel met naar binnen draaiende deuren, voorzien van een balustrade die direct tegen het kozijn of de gevel is aangebracht. Franse balkons worden niet als buitenruimte beschouwd in het Woningwaarderingsstelsel. Dit betekent dat zulke balkons geen punten behalen in de waardering van woonruimte.

Uitzondering: Zeembalkons

Een zeembalkon, in tegenstelling tot een Frans balkon, kan wel als buitenruimte worden aangerekend, zolang het voldoet aan de eisen van afwerking, toegankelijkheid en valbeveiliging. Dit maakt duidelijk dat de vorm en uitvoering van de toegang en de afwerking van het balkon een grote rol spelen in de juridische en fiscale evaluatie.

Meetinstructies voor balkons

Een belangrijk aspect van het Woningwaarderingsstelsel is de meetinstructie, die bepaalt hoe de oppervlakte van het balkon wordt gemeten en hoe die bijdraagt aan de puntenwaardering. De meetinstructies zijn als volgt:

  • De gehele onbebouwde oppervlakte van het balkon wordt gemeten
  • Loodrecht op de voor-, achter- of zijgevel wordt gemeten
  • Bij balkons wordt gemeten vanaf de binnenzijde van het balkonhek
  • Bij (gedeeltelijk) inpandige balkons wordt ook gemeten ten opzichte van het terugliggende deel van de gevel

Uitzondering: balkonkasten en kolenhokken

In een uitzonderingsgeval wordt de oppervlakte die wordt ingenomen door een balkonkast of kolenhok meegenomen in de totale oppervlakte van het balkon. Dit betekent dat bijvoorbeeld een opslagruimte onder het balkon meegerekend kan worden in de meetinstructie, zolang het voldoet aan de eisen van het beleidsboek.

Puntenberekening en saldering van balkons

Naast de meetinstructie is ook de puntenberekening een belangrijk onderdeel van het Woningwaarderingsstelsel. Balkons en andere buitenruimten kunnen punten opleveren, afhankelijk van:

  • De oppervlakte
  • De toegankelijkheid
  • De vorm en functie
  • De locatie binnen de woning

In het WWZ geldt dat de punten voor privé en gemeenschappelijke buitenruimten apart worden berekend. Als er meerdere buitenruimten zijn die tot dezelfde categorie behoren (allemaal privé of allemaal gemeenschappelijk), dan worden de oppervlaktes bij elkaar opgeteld.

Maximaal aantal punten

Voor de rubriek buitenruimten (rubriek 8) kan in totaal maximaal 15 punten worden toegekend. Dit geldt voor zowel privé- als gemeenschappelijke buitenruimten. De punten worden vervolgens gesaldeerd, wat betekent dat ze worden gecombineerd met andere rubrieken in het waarderingsstelsel.

Balkons en lokale regelgeving

Naast het Woningwaarderingsstelsel zijn er ook lokale regelgevingen en beheersverordeningen van toepassing op balkons en andere buitenruimten. Deze regelgeving varieert per gemeente en per bestemmingsplan, maar er zijn enkele algemene richtlijnen.

1. Maximaal overschrijden van voorgevelrooilijn

In sommige gemeentelijke beleidsregels is vastgelegd dat de voorgevelrooilijn van een gebouw maximaal 2 meter mag worden overschreden. Dit betekent dat een vergroting van een balkon of galerij niet mag leiden tot een overschrijding van deze grens, tenzij er expliciet toestemming is.

2. Diepte van het dakterras

Voor dakterrassen geldt dat de diepte gemeten vanaf de achtergevel maximaal 3 meter mag bedragen. Ook geldt dat de bouwhoogte van bouwwerken op het dakterras niet hoger mag zijn dan 1,5 meter.

3. Bouwhoogte van bouwwerken op balkons

In het kader van lokale regelgeving is ook de bouwhoogte van bouwwerken op balkons geregeld. Deze mag niet hoger zijn dan 1,5 meter, tenzij anders is bepaald in de beheersverordening.

Specifieke bouwtermen en definities

Voor een goed begrip van de regelgeving is het belangrijk om te weten wat er precies wordt bedoeld met termen zoals bouwperceel, bouwvlak, bouwwerk en bouwlaag.

Bouwperceel

Een bouwperceel is een aan elkaar grenzend stuk grond, waarop bebouwing is toegestaan volgens de regels van het bestemmingsplan. Het bouwperceel vormt de basis voor het bepalen van toegestane bouwactiviteiten.

Bouwvlak

Een bouwvlak is een geometrisch bepaald vlak, dat de grenzen van het bouwperceel definieert. Het bouwvlak bepaalt welk deel van de grond kan worden bebouwd.

Bouwwerk

Een bouwwerk is elke constructie van enige omvang van hout, steen of metaal, die direct of indirect verbonden is met de grond. Dit omvat zowel woningen als technische constructies zoals schoorstenen, ventilatiekanalen en liftopbouwen.

Bouwlaag

Een bouwlaag is een gedeelte van een gebouw, begrensd door vloeren of balklagen, en wordt niet aangerekend als keldergedeelte of onbruikbare zolder. Bouwlaag is belangrijk bij het bepalen van het aantal woonlagen in een woning.

Uitbreidingen en ondergeschikte bouwdeelen

Bij renovaties en verbouwingen is het vaak nodig om uitbreidingen of ondergeschikte bouwdeelen toe te voegen. Deze worden ook geregeld in de regelgeving.

1. Liftopbouwen, schoorstenen en ventilatiekanalen

Bij appartementengebouwen zijn liftopbouwen, schoorstenen en ventilatiekanalen voorbeelden van bouwdeelen van ondergeschikte aard. Deze worden meestal niet aangerekend in de woonoppervlakte, maar moeten wel voldoen aan de eisen van de bouwverordening.

2. Dakkapel en dakopbouw

Een dakkapel of dakopbouw kan ook worden aangerekend als uitbreiding, zolang het voldoet aan de volgende regels:

  • De daknok van de dakopbouw mag maximaal 2 meter hoger zijn dan de oorspronkelijke daknok
  • De goot van de dakopbouw mag niet hoger zijn dan de oorspronkelijke gothoogte
  • Overstekken en afwerkingen moeten voldoen aan de eisen van het bestemmingsplan en de bouwverordening

3. Terrasheaters en schermen

In sommige beleidsdocumenten is ook het gebruik van terrasheaters en schermen geregeld. Bijvoorbeeld:

  • Het gebruik van terrasheaters is jaarrond toegestaan
  • Schermen en parasols moeten voldoen aan de regels van het Beeldkwaliteitsplan van het betreffende centrumgebied

Centrumgebieden en inpassing

In centrumgebieden zoals Bilthoven en De Bilt zijn er extra regels voor het inpassen van bouwwerken in de omgeving. Dit betreft zowel esthetische als functionele aspecten.

1. Ruimtelijke inpassing

De ruimtelijke inpassing van een bouwwerk moet voldoen aan de behuizingseisen van het bestemmingsplan. Dit betreft bijvoorbeeld bereikbaarheid, parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden.

2. Esthetische inpassing

Bij de esthetische inpassing worden redelijke eisen van welstand gesteld ten aanzien van het uiterlijk en de plaatsing van het bouwwerk ten opzichte van de omgeving.

3. Bouwen op verontreinigde grond

In sommige gevallen kan het bouwen op verontreinigde grond beperkt zijn, met name als sprake is van langdurig verblijf van mensen en een te bouwen oppervlakte groter dan 50 m². In zulke gevallen zijn er extra eisen voor de bouwconstructie en de veiligheid.

Veiligheid en constructieve eisen

Veiligheid is een kernaspect in de bouwsector, zowel voor de gebruikers als voor de structuur van het gebouw zelf. Ook balkons en andere buitenruimten moeten voldoen aan eisen inzake constructieve veiligheid, gebruiksveiligheid en brandveiligheid.

1. Constructieve veiligheid

De constructieve veiligheid van een balkon of dakterras houdt in dat de structuur voldoende sterk is om de belastingen te dragen, inclusief brandbelasting. Dit betreft zowel horizontale als verticale krachten.

2. Gebruiksveiligheid

Gebruiksveiligheid betreft de veiligheid bij gebruik van het balkon. Dit omvat aspecten zoals:

  • Overbruggen van hoogteverschillen
  • Elektriciteits- en noodstroomvoorziening
  • Gasvoorziening
  • Verlichting
  • Draairichting van ramen en deuren

3. Brandveiligheid

Brandveiligheid is een essentieel onderdeel van het Bouwbesluit. Ook balkons en andere buitenruimten moeten voldoen aan eisen zoals:

  • Brandwerende afscheidingen
  • Vloerafscheidingen
  • Brandbestendige materialen
  • Nooduitgangen en evacuatieroutes

Samenvatting van eisen voor balkonafwerking

Tijdens het bouwen of verbouwen van een balkon zijn meerdere eisen van toepassing. Deze eisen zijn samengevat in de volgende tabel:

Eis Omschrijving
Beloopbare afwerking Vloerbedekking geschikt voor voetverkeer
Afscheiding Valbeveiliging rondom het balkon
Toegang Via deur of schuifpui
Franse balkons Niet aangerekend als buitenruimte
Zeembalkons Aangerekend als buitenruimte, indien eisen zijn voldaan
Meetinstructie Oppervlakte loodrecht gemeten vanaf gevel
Puntenwaardering Max. 15 punten voor buitenruimte
Bouwhoogte Max. 1,5 meter voor bouwwerken op balkons
Overschrijding voorgevelrooilijn Max. 2 meter
Inpassing Esthetische en ruimtelijke eisen in centrumgebieden

Conclusie

Balkonafwerking is niet alleen een technisch en esthetisch aspect, maar ook een juridisch en fyscaal relevante activiteit. Het voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit en het Woningwaarderingsstelsel Zelfstandige Woonruimte is essentieel voor zowel de veiligheid als de waardering van de woning. Door rekening te houden met aspecten zoals afwerking, toegankelijkheid, meetinstructies en puntenwaardering, kan men ervoor zorgen dat het balkon voldoet aan de eisen en daarmee bijdraagt aan de waarde en functie van de woning.

Bij het bouwen of verbouwen van balkons is het verstandig om advies in te winnen bij bouwprofessionals of lokale gemeentelijke instanties, om zeker te zijn dat het project voldoet aan alle relevante regelgeving. Hiermee voorkomt men eventuele problemen bij het verkopen van de woning of bij inspecties door de gemeente.

Bronnen

  1. Beleidsboek: Woningwaarderingsstelsel Zelfstandige Woonruimte – Rubrieken
  2. Lokale regelgeving: Bouwen en bebouwen
  3. Staatsblad: Beleidsbepalingen voor bouwen en bebouwen
  4. Lokale regelgeving: Bouwverordening en bouwtermen

Related Posts