Brandwerend afwerken van leidingen in metal stud wanden
Bij het aanbrengen van leidingen in metal stud wanden moet rekening worden gehouden met een aantal belangrijke aandachtspunten om de brandwerendheid van de constructie te waarborgen. Metal stud wanden zijn populaire oplossingen voor scheidingswanden in zowel woningen als commerciële gebouwen. Ze bieden voordelen zoals lichtgewicht, snelheid bij montage en een strakke afwerking. Toch kunnen bepaalde fouten bij het aanbrengen van leidingen of kabels het brandgedrag van de wand negatief beïnvloeden.
In dit artikel worden de belangrijkste aspecten besproken van het brandwerend afwerken van leidingen in metal stud wanden, inclusief aanbevolen materialen, technieken en eventuele voorkomende fouten. De informatie is gebaseerd op de beschikbare data uit betrouwbare bronnen, zoals bouwmarkten en bouwtechnische richtlijnen.
Inleiding
Het aanbrengen van leidingen in metal stud wanden is een essentieel onderdeel van elke bouw- of renovatieproject. Deze wanden worden vaak gebruikt als lichte scheidingswanden en zijn gemaakt van C- en U-profielen die op elkaar worden gemonteerd en afgeplaatst met gips- of gipsvezelplaten. Tijdens de montage worden kabels, leidingen en isolatiemateriaal meestal opgenomen in de constructie. Deze elementen kunnen echter de brandwerendheid van de wand aantasten als ze niet correct worden afgedicht of verwerkt.
In de praktijk blijkt dat bepaalde fouten, zoals het verkeerd gebruik van PUR-schuim of het ontbreken van horizontale raveling rondom leidingen, leiden tot een verminderde brandwerendheid. Het is daarom van belang om de juiste technieken en materialen toe te passen bij het verwerken van leidingen in metal stud wanden. Dit artikel legt uit hoe dit het beste kan gebeuren, met aandacht voor zowel de theorie als de praktijk.
Brandwerendheid van metal stud wanden
Een metal stud wand moet voldoen aan de eisen van de Europese norm NEN EN 13501-2 om voldoende brandwerend te zijn. Deze norm bepaalt de klassificatie van bouwmaterialen op basis van hun brandgedrag. Voor de opbouw van een brandwerende metal stud wand zijn enkele basisregels van toepassing:
Beplating: De wand moet aan beide zijden worden voorzien van gips- of cementgebonden plaatmateriaal, zoals gipsvezelplaten of calciumsilicaatplaten. Voor een brandwerendheid van 30 minuten is vaak één gipsvezelplaat aan beide zijden voldoende. Voor 60 minuten is vaak de aanwezigheid van twee gipsvezelplaten aan beide zijden vereist.
Profieldistan: De afstand tussen de metalen profielen mag maximaal 625 mm zijn. Dit zorgt voor een voldoende stevige constructie en vermindert het risico op het verliezen van de brandwerendheid.
Wanddikte: De wand moet minimaal 98 mm dik zijn. Dit is nodig om voldoende ruimte te bieden voor beplating, isolatie en eventuele doorvoeren.
Raveling: Rondom leidingen, luchtkanalen of andere doorvoeren moet een raveling (versterking van de inbouwopening) worden aangebracht. Bij wanden die dikker zijn dan 100 mm is het vaak nodig om dagkantbeplating toe te passen.
Afwerking van naden: De naden tussen de beplating moeten worden afgesmeerd met plamuur (jointfiller). Vaak wordt PUR-schuim gebruikt, maar dit is niet geschikt voor brandwerend afdichten. PUR-schuim is alleen toegestaan tussen steenachtige wanden en vloeren, en niet bij naden rondom houten of metalen materialen.
Leidingen in metal stud wanden
Het aanbrengen van leidingen in metal stud wanden vereist een zorgvuldige aanpak om de brandwerendheid te behouden. Leidingen kunnen zowel horizontaal als verticaal lopen, afhankelijk van de doelstelling (kabels, waterleidingen, luchtvoering, etc.). Hieronder worden de belangrijkste aandachtspunten en aanbevolen maatregelen besproken.
Horizontale en verticale doorvoeren
Bij het aanbrengen van leidingen door een metal stud wand is het belangrijk om horizontale en verticale doorvoeren te verwerken. Deze doorvoeren moeten zodanig worden afgewerkt dat de brandwerendheid van de wand niet wordt verstoord.
Horizontale doorvoeren (zoals luchtkanalen) moeten op een afstand van maximaal 500 mm van de wand worden ondersteund. Bovendien moet een raveling worden aangebracht rondom de opening. Deze raveling versterkt de beplating en zorgt ervoor dat de wand voldoende sterk blijft bij verhitting. In veel gevallen is het nodig om dagkantbeplating toe te passen, vooral bij wanden die dikker zijn dan 100 mm.
Verticale doorvoeren (zoals kabels of leidingen) moeten zorgvuldig worden afgewerkt. De afstand tussen de leidingen en de wand moet voldoende zijn om thermische expansie te kunnen opvangen. Bij het gebruik van PUR-schuim is het belangrijk om te beseffen dat dit materiaal niet geschikt is voor brandwerend afdichten in combinatie met houten of metalen materialen. PUR-schuim kan bij hoge temperaturen smelten of verbranden, wat de brandwerendheid van de wand aantast.
Aanbevolen materialen voor het afdichten van leidingen
Bij het afdichten van leidingen in metal stud wanden zijn enkele materialen aan te raden:
Steenvolafdichtingsplaten met coating: Deze platen worden vaak gebruikt rondom luchtkanalen. Ze worden ingevuld in de opening en zijn aan beide zijden voorzien van een brandwerende coating. Dit zorgt ervoor dat de leiding of het kanaal goed wordt afgedicht en dat de brandwerendheid van de wand behouden blijft.
Mortel: Een alternatief voor steenwolafdichtingsplaten is mortel. Dit materiaal kan handmatig worden aangebracht en past zich goed aan de vorm van de doorvoer aan. Het is geschikt voor zowel horizontale als verticale doorvoeren en zorgt voor een betrouwbare brandwerende afwerking.
Plamuur (jointfiller): De naden tussen de beplating moeten worden afgesmeerd met plamuur. Dit is een verhardend product dat zorgt voor een strakke en stevige afwerking. Het is belangrijk om geen PUR-schuim te gebruiken voor het afdichten van deze naden, omdat dit niet brandwerend is.
Verkeerde toepassing van PUR-schuim
Een veelvoorkomende fout bij het afdichten van leidingen in metal stud wanden is het gebruik van PUR-schuim. PUR-schuim is vaak gemarkeerd als "brandwerend", maar dit is enkel geldig in bepaalde situaties. Bijvoorbeeld, PUR-schuim is geschikt om aan te brengen tussen steenachtige wanden en vloeren, maar niet bij naden rondom houten of metalen materialen.
Bij leidingen van metaal of hout kan PUR-schuim bij verhitting snel smelten of verbranden. Dit zorgt ervoor dat de brandwerendheid van de wand wordt verstoord en het risico op brandoverslag verhoogd. Daarom is het aan te raden om andere materialen te gebruiken, zoals steenwolafdichtingsplaten of mortel.
Extra maatregelen bij het aanbrengen van leidingen
Naast het kiezen van de juiste materialen zijn er ook een aantal extra maatregelen die genomen kunnen worden om de brandwerendheid van de wand te waarborgen:
Afstand houden tussen leidingen en wand: Er moet voldoende ruimte zijn tussen de leidingen en de wand om thermische expansie op te vangen. Dit voorkomt dat de leidingen onder spanning komen te staan of dat de beplating beschadigd raakt bij verhitting.
Ondersteuning van leidingen: Leidingen moeten voldoende ondersteund worden, vooral in de buurt van de wand. Bij luchtkanalen moet een ophanging aan beide zijden van de wand worden aangebracht binnen een afstand van 500 mm. Dit voorkomt dat de leidingen loskomen of beschadigd raken bij verhitting.
Brandkleppen: Bij het aanbrengen van luchtkanalen is het vaak nodig om een brandklep te installeren. Deze klep moet op de juiste hoogte worden geplaatst en moet correct worden afgewerkt met een raveling. De klep moet apart worden ondersteund om ervoor te zorgen dat hij niet losraakt bij verhitting.
Veel voorkomende fouten
Tijdens het aanbrengen van leidingen in metal stud wanden komen er verschillende fouten voor die de brandwerendheid van de wand negatief beïnvloeden. Enkele van de meest voorkomende fouten zijn:
Onjuiste afstand tussen beplating en leidingen: Vaak wordt de afstand tussen de leidingen en de beplating te klein gehouden. Dit zorgt ervoor dat de thermische expansie niet wordt opgevangen en dat de leidingen of de beplating beschadigd raken bij verhitting.
Verkeerd gebruik van PUR-schuim: PUR-schuim wordt vaak gebruikt voor het afdichten van naden en doorvoeren, maar dit is niet geschikt voor brandwerend afdichten in combinatie met houten of metalen materialen. PUR-schuim kan smelten of verbranden bij hoge temperaturen en dus de brandwerendheid van de wand verstoren.
Ontbrekende raveling: Bij het aanbrengen van luchtkanalen of andere doorvoeren is het vaak vergeten om een raveling aan te brengen. Deze versterking is essentieel om ervoor te zorgen dat de beplating blijft zitten bij verhitting en dat de wand voldoende sterk blijft.
Verkeerd afdichten van naden: De naden tussen de beplating moeten worden afgesmeerd met plamuur. Vaak wordt PUR-schuim gebruikt, wat niet geschikt is. Dit kan leiden tot een verlies van de brandwerendheid van de wand.
Onjuiste opbouw van de wand: Soms wordt de wand al opgebouwd voordat de leidingen zijn gemonteerd. Dit maakt het lastig om de beplating correct te bevestigen en kan leiden tot een verlies van de brandwerendheid. De wand moet zodanig worden opgebouwd dat er voldoende ruimte is voor het aanbrengen van de leidingen.
Praktische tips voor het aanbrengen van leidingen in metal stud wanden
Om ervoor te zorgen dat leidingen correct worden afgewerkt in metal stud wanden, zijn er een aantal praktische tips die kunnen worden opgevolgd:
Zorg voor voldoende ruimte: Er moet voldoende ruimte zijn tussen de leidingen en de wand om thermische expansie op te vangen. Dit voorkomt beschadigingen bij verhitting.
Gebruik brandwerend materiaal: Voor het afdichten van leidingen is het aan te raden om brandwerend materiaal te gebruiken, zoals steenwolafdichtingsplaten of mortel. PUR-schuim is niet geschikt voor brandwerend afdichten in combinatie met houten of metalen materialen.
Vermijd het gebruik van PUR-schuim bij naden: PUR-schuim is vaak gemarkeerd als "brandwerend", maar dit is enkel geldig in bepaalde situaties. Het is niet geschikt voor het afdichten van naden rondom houten of metalen materialen.
Zorg voor voldoende ondersteuning: Leidingen moeten voldoende ondersteund worden, vooral in de buurt van de wand. Bij luchtkanalen moet een ophanging aan beide zijden van de wand worden aangebracht binnen een afstand van 500 mm.
Vermijd verkeerde opbouw van de wand: De wand moet zodanig worden opgebouwd dat er voldoende ruimte is voor het aanbrengen van de leidingen. Soms wordt de wand al opgebouwd voordat de leidingen zijn gemonteerd, wat leidt tot problemen bij het bevestigen van de beplating.
Samenvatting
Het aanbrengen van leidingen in metal stud wanden vereist een zorgvuldige aanpak om de brandwerendheid van de wand te waarborgen. Metal stud wanden zijn populaire oplossingen voor scheidingswanden, maar het verkeerd afdichten van leidingen kan de brandwerendheid negatief beïnvloeden. Het is daarom belangrijk om de juiste materialen en technieken te gebruiken.
Enkele belangrijke aandachtspunten zijn het gebruik van brandwerend materiaal, het vermijden van verkeerd afdichten met PUR-schuim, het zorgen voor voldoende ruimte tussen de leidingen en de wand, en het correct afdichten van naden. Bovendien is het belangrijk om de opbouw van de wand goed te plannen en te uitvoeren om eventuele fouten te voorkomen.
Door deze richtlijnen op te volgen, kan een metal stud wand worden opgebouwd die zowel functioneel als veilig is. Dit is van belang voor zowel woningen als commerciële gebouwen, waar brandveiligheid een essentieel onderdeel is van de bouw- of renovatieprojecten.
Bronnen
Related Posts
-
Gevelafwerking met Kombitherm: Kostprijs, Materialen en Voordelen
-
Wastafelmodellen en keuzes voor de moderne badkamer: van rechthoekig tot rond
-
Volige afwerkingen: Toepassingen, kenmerken en voordelen in bouw en renovatie
-
U11 Voetbaltrainingen: Effectieve Afwerkoefeningen en Technische Aandachtspunten
-
Vloertegels netjes afwerken rond een deurkozijn: Stappenplan en tips voor een strak resultaat
-
Technieken en materialen voor het afwerken van de uiteinden van veters
-
Transparante filmloze afwerkingen: voordelen, toepassingen en toepassingstips
-
Stoere leren fauteuils met zilveren afwerking: een combinatie van stijl en functionaliteit