Gevelbekleding en brandklasse E: Uitleg en praktische richtlijnen voor veilig gebruik

Inleiding

Bij de renovatie of bouw van een woning is het kiezen van de juiste gevelbekleding niet alleen een esthetische keuze, maar ook een essentiële beslissing op vlak van brandveiligheid. In Nederland gelden strikte regelgeving en normen omtrent het gebruik van bouwmaterialen, waaronder gevelbekledingen, om brandgevaar zoveel mogelijk te beperken. Een van de belangrijkste aspecten hierbij is de brandklasse van het materiaal. De brandklasse E is hierin een van de eisen die vaak aan gevelbekleding wordt gesteld, vooral als het gaat om houten of kunststofmateriaal.

In dit artikel wordt ingegaan op de betekenis van brandklasse E, welke materialen hieronder vallen, en hoe je als bouwer of renovateur hiermee om moet gaan. De informatie is gebaseerd op de Nederlandse bouwregelgeving zoals vastgelegd in de Ministeriële Regeling Bouwbesluit en gerelateerde normen zoals NEN 6065, NEN 1775, en NEN 6066. Ook worden praktische richtlijnen gegeven voor de toepassing van gevelbekleding die voldoen aan de brandveiligheidseisen.


Brandklasse E en gevelbekleding

Wat is brandklasse E?

De brandklasse E verwijst naar een categorie binnen de Europese brandklassemethode (Euroklassen), die in Nederland sinds 13 mei 2003 officieel van toepassing is. Deze klassemethode is onderdeel van het Bouwbesluit en wordt gebruikt om de brandveiligheid van bouwmaterialen te bepalen, inclusief gevelbekleding.

Volgens de NEN 6065 (uitgave 1991) en NEN 6065/A1 (uitgave 1997) is klasse 4 gelijkgesteld aan brandklasse E. Dit betekent dat het gevelmateriaal moet voldoen aan bepaalde eisen ten aanzien van brandvoortplanting en rookdichtheid. In het Bouwbesluit is het gebruik van gevelbekleding in klasse E toegestaan onder bepaalde voorwaarden.

Voorwaarden voor het gebruik van gevelbekleding in brandklasse E

Het gebruik van gevelbekleding in brandklasse E is alleen toegestaan als:

  • Het materiaal ten minste 3,5 mm dik is.
  • Het materiaal kan worden ingedeeld in klasse 4 (volgens NEN 6065 en NEN 6065/A1).

Deze eisen gelden voor gevelbekleding die bestemd is voor buitenwanden, scheidingswanden, of plafonds van stands, podia, kramen en dergelijke in gebouwen. Deze regelgeving is bedoeld om te voorkomen dat een beginnende brand zich snel uitbreidt langs het oppervlak van de gevel, en om rookontwikkeling te beperken, zodat vluchtenden voldoende zicht behouden.

Waarom is brandklasse E belangrijk?

Brandklasse E is geen “slechte” klasse, maar voldoet aan de minimaal vereiste eisen voor brandveiligheid in bepaalde toepassingen. Het is echter belangrijk om te begrijpen dat materialen in klasse E niet brandbestendig zijn, maar slechts beperkt brandvoortplanten. In risicovolle situaties, zoals hoge gebouwen of bebouwing in dichtbevolkte stadsgebieden, zijn strengere eisen vaak nodig. Toch blijft klasse E voor veel toepassingen acceptabel, zolang de andere voorwaarden van het Bouwbesluit worden nageleefd.


Toegestane materialen voor gevelbekleding in brandklasse E

Houten gevelbekleding

Hout is een veelgebruikt materiaal voor gevelbekleding, maar het is natuurlijk brandbaar. Om houten gevelbekleding in brandklasse E te gebruiken, moet het voldoen aan de volgende eisen:

  • Minimale dikte van 3,5 mm.
  • Het hout moet verwerkt zijn (bijvoorbeeld hardboard, triplex, multiplex of spaanplaat).
  • Het moet voldoen aan de eisen van NEN 6065 en NEN 6065/A1.

Houten gevelbekleding kan worden verwerkt met impregneermiddelen om brandklasse E te bereiken. Deze behandeling moet echter gedocumenteerd zijn en periodiek worden gecontroleerd, omdat de behandeling met de tijd kan verouderen. De betrouwbaarheid van de brandveiligheid hangt dan ook af van het beschikbaar zijn van een geldig certificaat.

Kunststof gevelbekleding

Kunststoffen worden steeds vaker gebruikt voor gevelbekleding, vanwege hun duurzaamheid en lage onderhoud. Ook kunststof gevelbekleding kan in brandklasse E vallen, mits het:

  • Minstens 3,5 mm dik is.
  • In klasse 4 is ingedeeld, zoals gedefinieerd in NEN 6065.
  • Niet gemakkelijk ontvlambaar is en geen druppelvorming vertoont bij brand.

Een voorbeeld van toegestane kunststofmateriaal is PVC-gevelbekleding, mits het voldoet aan de eisen van het Bouwbesluit en de betreffende normen.

Overige materialen

Bijzondere aandacht is nodig bij het gebruik van composietmaterialen of mixconstructies. Hierbij moet per materiaal worden gecontroleerd of het voldoet aan de eisen van brandklasse E. Bij combinaties van hout en kunststof bijvoorbeeld, dient elk onderdeel apart te worden getest en gecertificeerd.


Praktische richtlijnen voor het kiezen en toepassen van gevelbekleding in brandklasse E

1. Controleer de specificaties van het materiaal

Voordat je een gevelbekleding kiest, is het essentieel om te controleren:

  • Of het materiaal in brandklasse E is ingedeeld.
  • Of het ten minste 3,5 mm dik is.
  • Of het een geldig certificaat heeft die aantoont dat het voldoet aan NEN 6065 en NEN 6065/A1.
  • Of het gedocumenteerd is dat het veilig is voor gebruik in het type gebouw waar het zal worden aangebracht.

2. Denk aan het onderhoud

Brandklasse E is geen eindstation in het kader van brandveiligheid. Het is belangrijk om rekening te houden met veroudering van het materiaal of de behandeling. Daarom dient:

  • Periodiek onderhoud te worden verricht (ten minste één keer per jaar).
  • Het materiaal te worden gecontroleerd op reinheid en goede werking.
  • Eventuele beschadigingen of afname van de brandveiligheidseigenschappen te worden hersteld of vervangen.

Deze eisen zijn ook van toepassing op draagbare blustoestellen die eventueel in het gebouw aanwezig zijn, hoewel ze niet verplicht zijn.

3. Overleg met de brandweer

Hoewel het Bouwbesluit duidelijke richtlijnen geeft, is het verstandig om aanvullend advies in te winnen bij de brandweer, vooral bij specifieke toepassingen of afwijkingen van de standaardeisen. Bijvoorbeeld:

  • In kinderdagverblijven of andere locaties met verminderde mobiliteit, kan de installatiehoogte van nooddeuren worden aangepast, mits dit overlegd wordt met de brandweer.
  • Ook bij tijdelijke gevelbekledingen of gevelbekleding met verwerkte behandelingen, is het verstandig om de brandveiligheid opnieuw te bepalen.

4. Let op de toepassing in vluchtroutes

In rookvrije vluchtroutes, zoals in slaapgebouwen of niet-slaapgebouwen, is het verboden om goederen op te slaan of materiaal aan te brengen dat brandvertragend effect heeft. Dit geldt ook voor gevelbekleding die zich in de buurt van vluchtroutes bevindt. Zorg ervoor dat:

  • De gevelbekleding niet belemmert de vluchtroute.
  • De gevelbekleding rookvrij is en niet bijdraagt aan rookontwikkeling.
  • De gevelbekleding niet brandvertragend is in zulke zones.

5. Gebruik van veiligheidsglas en kruiswapening

In sommige situaties kan glas ook worden gebruikt als gevelbekleding. Dit is echter alleen toegestaan als het:

  • Veiligheidsglas is.
  • Of voorzien is van ingegoten kruiswapening met een maximale maaswijdte van 16 mm.

Dit is bijvoorbeeld van toepassing op plafonds van stands, podia of kramen. Zorg ervoor dat ook hier geldige certificaten aanwezig zijn en dat het glas periodiek wordt gecontroleerd.


Veiligheid in tijdelijke constructies en versieringen

Hoewel dit artikel vooral gericht is op vaste gevelbekleding, zijn er ook richtlijnen voor tijdelijke constructies en versieringen. Bijvoorbeeld:

  • Stoffering en versiering mogen niet in de buurt van warme apparatuur zoals spots worden aangebracht.
  • De temperatuur ter plaatse van de versiering mag niet hoger zijn dan 90 °C.
  • Tussen de vloer en de versiering moet een vrije ruimte van minstens 2,5 meter blijven.
  • De versiering mag niet gemakkelijk ontvlambaar zijn en mag geen druppels vormen bij brand.

Hoewel er geen Nederlandse normen zijn voor deze eigenschappen, zijn er richtlijnen beschikbaar via de brandweer, zoals op brandweerkennisnet.nl, waarin wordt uitgelegd hoe je brandveilig kan omgaan met tijdelijke versiering. Deze richtlijnen zijn ook van toepassing op gevelbekleding die tijdelijk gebruikt wordt.


Gevelbekleding en veiligheid in de praktijk

Voorbeeld: Renovatie van een woning

Stel dat je een woning wilt renoveren en een nieuwe gevelbekleding wil aanbrengen. Als je kiest voor houten gevelbekleding, dan dient:

  • Het hout verwerkt te zijn (bijvoorbeeld hardboard of multiplex).
  • Het ten minste 3,5 mm dik te zijn.
  • Het verwerkt te zijn met een impregneermiddel dat voldoet aan NEN 6065.
  • Een geldig certificaat aanwezig is.

Daarnaast dient:

  • Het materiaal periodiek te worden gecontroleerd (ten minste één keer per jaar).
  • Het niet belemmeren van de vluchtroute.
  • Eventuele draagbare blustoestellen in het gebouw moeten ook periodiek worden gecontroleerd en gerepareerd indien nodig.

Voorbeeld: Gebruik van kunststof gevelbekleding

Als je kiest voor PVC-gevelbekleding, dan dient:

  • Het materiaal ten minste 3,5 mm dik te zijn.
  • Het moet in klasse 4 ingedeeld zijn, zoals gedefinieerd in NEN 6065.
  • Het mag niet gemakkelijk ontvlambaar zijn en mag geen druppelvorming vertonen.

Ook hier is het belangrijk om:

  • Een geldig certificaat aanwezig te hebben.
  • Het materiaal periodiek te controleren.
  • De brandveiligheid te waarborgen, zeker in dichtbebouwde stadsgebieden.

Conclusie

Het kiezen en toepassen van gevelbekleding in brandklasse E vereist zorgvuldig overleg en aandacht voor de wettelijke eisen en technische specificaties. Hoewel klasse E niet de hoogste brandveiligheid biedt, voldoet het aan de minimaal vereiste eisen in veel toepassingen. Het is echter essentieel om:

  • Het materiaal te controlleren op dikte, klasse en certificering.
  • Periodiek onderhoud te verrichten.
  • Overleg aan te gaan met de brandweer, vooral bij afwijkende situaties.
  • Rekening te houden met vluchtroutes en rookvrijheid.

Door deze richtlijnen te volgen, zorg je niet alleen voor een aantrekkelijke gevel, maar ook voor een veilige woning die voldoet aan de Nederlandse bouwregelgeving. In het kader van renovatie en bouw is het dus belangrijk om zowel esthetica als veiligheid in overweging te nemen.


Bronnen

  1. Lokale regelgeving: CVDR15891
  2. Lokale regelgeving: CVDR67555

Related Posts