Metselwerkverbanden, Belasting en Vergoedingen in de Bouw

De bouwsector kent diverse metselwerkverbanden, elk met specifieke constructieve en esthetische eigenschappen. Het correct toepassen van deze verbanden is cruciaal voor de duurzaamheid en het uiterlijk van een gebouw. Daarnaast is het belangrijk om rekening te houden met de fysieke belasting die het metselwerk met zich meebrengt en de bijbehorende vergoedingen voor de werknemers. Dit artikel geeft een overzicht van verschillende metselwerkverbanden, de fysieke belasting bij het metselen, en de relevante vergoedingen.

Verschillende Metselwerkverbanden

Er bestaan verschillende manieren om stenen te plaatsen, resulterend in verschillende metselwerkverbanden. Elk verband heeft zijn eigen kenmerken en toepassingen.

Staand Metselwerkverband

Bij het staand metselwerkverband worden koppenlagen afgewisseld met strekkenlagen. Dit patroon herhaalt zich om de twee lagen. Een mogelijke uitvoering is: oneven lagen met kop-strek-strek-strek-strek enzovoort, en even lagen met drieklezoor-kop-kop-kop-kop-kop-kop enzovoort.

Kruis Metselwerkverband

Het kruisverband lijkt sterk op het staand metselwerkverband, maar het patroon herhaalt zich om de vier lagen. Dit resulteert in een sterkere constructieve wand. Een mogelijke uitvoering is: laag 1 met kop-kop-kop-kop-kop enzovoort, laag 2 met drieklezoor-kop-strek-strek-strek enzovoort, laag 3 met kop-kop-kop-kop-kop enzovoort.

Noors Metselwerkverband

Het Noorse verband wordt gekenmerkt door het gebruik van een kop na elke twee strekken. Dit verband wordt in Amsterdamse gevels zelden teruggevonden.

Vlaams Metselwerkverband

Bij het Vlaams verband wordt na elke kop een strek geplaatst. Ook dit verband wordt in Amsterdamse gevels zelden teruggevonden, behalve bij uitzondering bij het optrekken van trapgevels.

Wild Metselwerkverband

Wildverband wordt gekenmerkt door een willekeurige plaatsing van koppen en strekken. Het is belangrijk dat de metselaar oplet dat er geen onbedoelde regelmatige patronen ontstaan. Volgens de Uitvoeringsrichtlijn metselwerkconstructies (BKB publ. nr. PBL 0357/98) moet wildverband voldoen aan specifieke eisen, zoals hoeken die beginnen met een strek, drieklezoor of een kop, en vallende tanden die niet groter zijn dan zes lagen.

Halfsteensverband

Het halfsteensverband wordt traditioneel toegepast voor dunne muren.

Kruisverband in de 17e en 18e Eeuw

Het kruisverband uit de 17e eeuw begon vaak met een kop en een klezoor, terwijl het kruisverband uit de 18e eeuw te herkennen is aan een drieklezoor op de hoek.

Maatvoering en Aanpassingen

Voor de maatvoering van het metselwerk kan het halfsteensverband als uitgangspunt worden genomen. Bij smalle muurdammen kan de metselaar klezoren of drieklezoren gebruiken om het gevelbeeld te continueren. In de zeventiende eeuw werden bakstenen vaak geslepen om een zo dun mogelijke voeg te leggen, wat resulteerde in een kenmerkende vorm voor de gemetselde strek of hanenkam boven vensters.

Fysieke Belasting bij het Metselen

Het metselen is een fysiek zware taak. De fysieke belasting is hoog door het gewicht van de materialen (1,6 tot 27,9 kg per steen of blok), het hoge werktempo en de ongunstige werkhoudingen. Het is een repeterende handeling waarbij de lage rug, schouder, schoudergordel en pols gedurende meer dan vier uur in een afwijkende stand worden belast. Een metselaar pakt en legt gemiddeld 800 tot 900 stenen per dag op, wat resulteert in 1600 tot 1800 bukbewegingen. Bij het werken met blokken zijn de aantallen lager (350 tot 450 bukbewegingen per dag) vanwege het grotere gewicht en de omvang. Daarnaast is er sprake van een statische belasting van de lage rug (1 tot 4 uur, 20 tot 60° voorovergebogen, vaak met gedraaide romp), schouder en schoudergordel (1 tot 4 uur, armen 20-60° geheven) en nek en hoge rug (1 tot 4 uur, lichte flexie van de nek). Gedurende de werkdag wordt er meer dan vier uur gestaan.

Te nemen maatregelen

Om de fysieke belasting te verminderen, zijn zowel bron-, collectieve als individuele maatregelen noodzakelijk. De bronmaatregelen richten zich op het verminderen van de belasting aan de bron, collectieve maatregelen op het verbeteren van de werkomgeving en individuele maatregelen op het aanpassen van de werkzaamheden aan de werknemer.

Vergoedingen voor Metselaars

Er zijn verschillende vergoedingen waar een metselaar recht op kan hebben.

Handgereedschapsvergoeding

Een timmerman, straatmaker, metselaar of tegelzetter die zijn eigen gereedschap moet gebruiken, heeft recht op een handgereedschapsvergoeding volgens de cao Bouw & Infra. Voor 2024 bedraagt deze vergoeding € 0,85 netto per gewerkte dag (vanaf 1 juli 2024: € 0,88). Voor metselaars en tegelzetters bedraagt de vergoeding € 0,60 netto per gewerkte dag (vanaf 1 juli 2024: € 0,62). De vergoeding vervalt als de werkgever het gereedschap verstrekt.

Vergoeding voor Schoonmaak bij Oplevering

Er is een vergoeding van € 21,20 per week voor de schoonmaak bij oplevering na versterking.

Vergoeding voor Extra Afgelegde Kilometers

Voor extra kilometers woon-werkverkeer, vergeleken met de huidige reisafstand, geldt een vergoeding van € 0,28 per kilometer.

Metselwerk in Relatie tot Gebouwtypologieën

In Groningen komen veel geschakelde, seriematige metselwerkgebouwen voor. Deze gebouwen worden ingedeeld in typologiegroepen Metselwerk-A en Metselwerk-C. Voor Metselwerk-A (geschakelde seriematige metselwerkgebouwen van een of twee bouwlagen) zijn Metselwerk1 en Metselwerk2 gedefinieerd. Het onderscheid tussen deze typologieën wordt gemaakt op basis van het percentage openingen in de langsgevel: minder dan 85% voor Metselwerk1 en 85% of meer voor Metselwerk2. Het is belangrijk dat de opbouw van het metselwerk in de gevel bestaat uit spouwmuren.

Aspecten bij Opname van Gebouwen

Bij de opname van gebouwen die mogelijk onder een typologie vallen, moeten bepaalde aspecten altijd aan bod komen. Dit betreft het materiaal van de constructie (staal, metselwerk, beton, hout of anders/onbekend) en het constructiesysteem (kolom-balk, raamwerk, portaalconstructie, schijfwerking wanden, doorgaande betonnen vloeren of anders).

Conclusie

Het metselwerk kent een diversiteit aan verbanden, elk met eigen eigenschappen en toepassingen. Het correct toepassen van deze verbanden is essentieel voor de constructieve integriteit en het esthetische uiterlijk van een gebouw. Het metselen is een fysiek zware taak, waarvoor passende maatregelen en vergoedingen van belang zijn om de gezondheid en het welzijn van de werknemers te waarborgen. De classificatie van gebouwen in typologieën, zoals Metselwerk-A en Metselwerk-C, is belangrijk voor een correcte beoordeling en eventuele renovatie.

Bronnen

  1. DDS-BTA
  2. Arbocatalogus Bouwen & Infra
  3. Amsterdamse Binnenstad
  4. Stcrt-2023-17749
  5. Joost de Vree
  6. Bouwend Nederland

Related Posts