Minder Dilataties in Metselwerk: Oorzaken, Risico’s en Oplossingen
Inleiding
Dilataties in metselwerk zijn essentieel om vervormingen te beheersen die ontstaan door uitzetting, krimp, zetting en temperatuurverschillen. In de praktijk worden deze voegen zorgvuldig gepland om schade aan het metselwerk te voorkomen. Toch is het in bepaalde gevallen mogelijk om het aantal dilataties te verminderen, bijvoorbeeld in oud metselwerk of bij het gebruik van traditionele kalkmortels. Dit artikel biedt een gedetailleerde inzicht in de redenen waarom dilataties kunnen worden verminderd, de risico’s die hierbij kunnen ontstaan en de aanbevolen oplossingen om de stabiliteit en duurzaamheid van het metselwerk te waarborgen.
Wat zijn Dilataties en Waarom zijn Ze Belangrijk?
Dilataties zijn uitzettingsvoegen die in metselwerk worden aangebracht om thermische en mechanische vervormingen op te vangen. Deze vervormingen kunnen ontstaan door:
- Temperatuurverschillen die leiden tot uitzetting en krimp van het materiaal.
- Zetting als gevolg van droging of veranderingen in de belasting van het gebouw.
- Kruip van het bouwmateriaal onder invloed van vochtoverlast of belasting.
Zonder voldoende dilataties kan het metselwerk scheuren of losse schollen vormen, wat schade kan veroorzaken aan de gevel en de structuur van het gebouw. In het kader van restauratie of renovatie kan het verminderen van het aantal dilataties echter zinvol zijn, mits het metselwerk in staat is om de voorgaande vervormingen zelf op te vangen.
Oud en Nieuw Metselwerk: Een Belangrijk Ondercheid
Het verschil tussen oud en nieuw metselwerk heeft directe invloed op het aantal benodigde dilataties. Oud metselwerk (tot circa 1890) is meestal gemaakt met zachte bakstenen en kalkmortel. Deze combinatie is elastisch en ademend, wat betekent dat het metselwerk vervormingen, zoals zetting of krimp, relatief goed kan opnemen zonder dat de samenhang verloren gaat.
In tegenstelling tot oud metselwerk, is nieuw metselwerk vaak gemaakt met harde cementmortels. Deze mortels zijn minder flexibel en kunnen vervormingen minder goed opvangen, wat vaak leidt tot scheurvorming. Bij nieuw metselwerk zijn dus meestal meer en grotere dilataties nodig om schade te voorkomen.
Voor oud metselwerk is het dus mogelijk om het aantal dilataties te verminderen, mits de oorspronkelijke mortel nog intact is en het metselwerk niet verder is versterkt met harde cementmortels.
Uitzetting en Krimp: De Rol van Materialen
Het type mortel en bakstenen dat gebruikt wordt, bepaalt in grote mate of dilataties noodzakelijk zijn of niet. De gebruikte mortel speelt een cruciale rol in de flexibiliteit van het metselwerk. Kalkmortels zijn zacht, ademend en kunnen vervormingen beter opvangen dan harde cementmortels.
Een voorbeeld van de gevolgen van een verkeerd gekozen mortel is te vinden bij oud metselwerk waarbij cementmortels zijn aangebracht. Hierdoor wordt de natuurlijke vochttransportfunctie van het metselwerk verstoord, wat kan leiden tot schade bij vorst of vochtoverlast.
In het kader van renovatie en restauratie is het daarom belangrijk om de oorspronkelijke mortel te herstellen of minstens te imiteren. Dit kan bijdragen aan een verminderd aantal benodigde dilataties, omdat het metselwerk in staat is om meer vervormingen op te vangen.
Temperatuurverschillen en Thermische Spanningen
Temperatuurverschillen kunnen grote thermische spanningen veroorzaken in metselwerk. Dit komt vooral voor in muren die volledig blootstaan aan zonlicht, zoals zuidgevels. De zon verwarmt het buitenoppervlak van de muur, terwijl het binnenoppervlak koele blijft. Hierdoor ontstaan spanningen die leiden tot scheuren of losse schollen, vooral in muren die gemaakt zijn van harde stenen en harde mortels.
In oud metselwerk is het gebruik van zachte kalkmortels en poreuze bakstenen vaak voldoende om deze spanningen op te vangen. De flexibiliteit van het metselwerk zorgt ervoor dat het niet direct breekt onder invloed van temperatuurveranderingen.
Bij restauratieprojecten is het dus verstandig om te controleren of het metselwerk nog in staat is om thermische spanningen op te vatten, zonder extra dilataties nodig te hebben. Bij moderne metselwerk moet dit echter zorgvuldig beoordeeld worden, aangezien de flexibiliteit vaak minder is.
Dynamische en Statische Scheuren
Scheuren in metselwerk kunnen zowel statisch als dynamisch zijn. Statische scheuren zijn blijvend en ontstaan bijvoorbeeld als gevolg van zetting of verkeerde belasting. Deze scheuren zijn vaak indicatief voor een structureel probleem en moeten worden hersteld.
Dynamische scheuren daarentegen zijn tijdelijk en ontstaan door bewegingen in het metselwerk, zoals krimp of uitzetting door temperatuurveranderingen. Deze scheuren kunnen in sommige gevallen worden aangemerkt als een soort natuurlijke dilatatie, mits de stabiliteit van de constructie voldoende is. Het is dan mogelijk om deze scheuren te handhaven in plaats van te herstellen, zolang ze de structuur niet nadelig beïnvloeden.
Wanneer een dynamische scheur echter niet geschikt is om te worden gehandhaafd, kan er een kunstmatige dilatatie worden aangebracht in de directe omgeving. Hierbij is het belangrijk om de scheur flexibel te vullen, bijvoorbeeld met dilatatiemateriaal of een plastisch blijvende kit, om watertoetreding te voorkomen en de levensduur van het metselwerk te verlengen.
Extra Verankering en Constructieve Maatregelen
In sommige gevallen is het noodzakelijk om extra verankeringen aan te brengen om de stabiliteit van het metselwerk te waarborgen. Dit kan het geval zijn bij muren die zwaarder belast zijn of waarbij er sprake is van aanzienlijke zettingen. Er zijn diverse typen verankeringen beschikbaar, zoals:
- Muur- en balkankers, die worden gebruikt om muren aan het dragen van de bovenliggende structuur te helpen.
- Getordeerde roestvaststalen staven, die in voegen worden aangebracht om scheuren te versterken en bewegingen te beheersen.
- Wokkels of andere roestvaste stalen wapeningen, die kunnen worden gebruikt om gescheurd metselwerk te fixeren.
De keuze voor extra verankeringen hangt af van de oorzaak van de vervorming en de structuur van het metselwerk. In sommige gevallen is het mogelijk om het aantal dilataties te verminderen door het metselwerk te versterken, in plaats van extra voegen aan te brengen.
Het Gebruik van Kalkmelk en Injectiemethoden
Bij de restauratie van oud metselwerk kunnen fijne scheuren in met kalkmortel gemetselde gewelven worden gedicht door gebruik te maken van kalkmelk. Kalkmelk dringt in alle kieren en vult deze, waardoor een homogene massa ontstaat. Dit kan bijdragen aan een vermindering van het aantal benodigde dilataties, aangezien het metselwerk zijn structuur en samenhang behoudt.
Bij het gebruik van hydraulische mortels, zoals kalktras, is het belangrijk om het omliggende werk goed te bevochtigen vóór injectie. Dit voorkomt dat de stenen te veel water aan de mortel onttrekken, wat kan leiden tot onvolledige verharding en een zwakkere verbinding.
Wanneer schilderingen aanwezig zijn, kan de toepassing van kalkmelk niet altijd worden aanbevolen. In dergelijke gevallen is het beter om andere technieken te overwegen, zoals het aanbrengen van kunstmatige dilataties of het versterken van het metselwerk met extra wapening.
Verkeerde Materialen: Risico’s bij het Gebruik van Cementmortels in Oud Metselwerk
Een veelvoorkomend probleem in de restauratie van oud metselwerk is het gebruik van cementmortels in combinatie met zachte bakstenen. Oud metselwerk is meestal gemaakt met kalkmortels, die ademend en flexibel zijn. Cementmortels zijn echter harde, weinig poreuze materialen die het vochttransport in het metselwerk verstoorden. Dit kan leiden tot schade bij vorst of vochtoverlast.
Het gebruik van cementmortels in oud metselwerk kan daarom een verkeerde keuze zijn, die leidt tot een toename van schade en het nodig maken van extra dilataties. Het is daarom aan te raden om bij de restauratie van oud metselwerk de oorspronkelijke mortel te herstellen of minstens te imiteren.
De Invloed van Zetting en Grondwaterstandveranderingen
Zetting is een andere oorzaak van schade aan metselwerk en kan leiden tot scheuren of vervormingen. Dit komt vaak voor bij gebouwen die zijn gerestaureerd of waarbij de functie is gewijzigd, bijvoorbeeld van woning naar kantoor. Deze veranderingen kunnen leiden tot een nieuw evenwicht van de belasting van het metselwerk, wat op zijn beurt zetting en vervormingen kan veroorzaken.
Bij zachte metselwerk, zoals oud metselwerk, is het vaak mogelijk om zettingen te compenseren zonder extra dilataties nodig te hebben. Bij modern metselwerk is dit echter minder het geval, omdat het metselwerk minder flexibel is en dus meer gevoelig voor scheurvorming.
Bij renovatieprojecten is het daarom belangrijk om de oorzaak van de zetting te beoordelen en te bepalen of het metselwerk in staat is om de vervormingen op te vatten, of dat extra dilataties noodzakelijk zijn.
De Rol van de Constructeur en Architect
Het opstellen van een goed dilatatieplan is een samenhangende taak van architect, constructeur en aannemer. De constructeur is verantwoordelijk voor de positieering van de bouwtechnische dilataties, die meestal afhankelijk zijn van de hoofddraagconstructie. Deze dilataties zorgen ervoor dat vormveranderingen, zoals krimp of doorbuiging, op voldoende ruimte kunnen plaatsvinden zonder dat het metselwerk wordt verstoord.
Het is aan te raden om tijdens de ontwerp- en voorbereidingsfase rekening te houden met de noodzaak van dilataties in metselwerk. Dit maakt het mogelijk om samen met de betrokken partijen een goed plan op te stellen dat de nodige voegen bevat, maar ook ruimte laat voor het verminderen van het aantal benodigde dilataties waar dat mogelijk is.
Het Ondersteunen van Metselwerk: Metselwerkondersteuning en Geveldragers
Bij horizontale dilataties is het belangrijk dat het metselwerk ter plaatse wordt opgevangen. Dit gebeurt vaak via een metselwerkondersteuning of geveldrager die aan de hoofddraagconstructie wordt bevestigd. Deze ondersteuningen zorgen ervoor dat het metselwerk tijdens uitzetting of krimp niet instort of loskomt.
Een belangrijk aspect van deze ondersteuningen is de vrije ruimte tussen de ondersteuning en het onderliggende metselwerk. Deze ruimte moet minimaal 10 mm zijn en moet vervolgens worden voorzien van een kit op een rotbestendige comprimerende rugvulling. Deze maatregel voorkomt watertoetreding en zorgt voor een betere duurzaamheid van de ondersteuning.
Wanneer het metselwerk is geplaatst op een vloer, balkon of galerijplaten, kan het ook aanleiding geven tot hoge bijkomende doorbuiging. De constructeur moet in dergelijke gevallen controleren of de optredende doorbuiging aanleiding geeft tot aanpassingen in het metselwerk of in de aan te brengen dilataties.
De Invloed van Hydrofobering op Metselwerk
De toepassing van hydrofobering op metselwerk kan schade veroorzaken, vooral op lange termijn. Hydrofoberingsproducten verstoorden de natuurlijke vochthuishouding van het metselwerk, wat kan leiden tot schilfering of losse schollen. Dit komt vaak pas na jaren aan het licht en kan niet altijd eenvoudig worden hersteld.
Bij restauratieprojecten is het daarom belangrijk om voorzichtig te zijn bij de toepassing van hydrofoberingsproducten. In sommige gevallen kan het verminderen van het aantal dilataties worden overwogen, mits het metselwerk in staat is om de vochtoverlast en thermische spanningen op te vatten.
Conclusie
Het verminderen van het aantal dilataties in metselwerk is mogelijk in bepaalde gevallen, met name bij oud metselwerk dat is gemaakt met zachte bakstenen en kalkmortels. Deze combinatie is flexibel en kan vervormingen, zoals zetting, krimp of thermische spanningen, relatief goed opvatten. Bij moderne metselwerk, gemaakt met harde cementmortels, zijn meestal meer en grotere dilataties nodig om schade te voorkomen.
In het kader van renovatie en restauratie is het belangrijk om het oorspronkelijke karakter van het metselwerk te bewaren en indien mogelijk de oorspronkelijke mortel te herstellen. Dit kan bijdragen aan een verminderd aantal benodigde dilataties, mits de constructie van het metselwerk het toelaat. Het opstellen van een goed dilatatieplan is een samenhangende taak van architect, constructeur en aannemer, die tijdens de ontwerp- en voorbereidingsfase moet worden uitgevoerd.
Zorgvuldig beoordelen van de oorzaken van vervorming en het toepassen van de juiste materialen en technieken zijn essentieel voor het behoud van het metselwerk en het verminderen van het aantal benodigde dilataties.
Bronnen
Related Posts
-
Zink en Metselwerk: Beperkingen en Uitvoeringsrichtlijnen voor Duurzame Schildering en Dakafvoer
-
Zandstra Metaalbewerking B.V. in Aldeboarn: Mogelijke Betekenis en Invloed op Bouw en Renovatie
-
H. Zandbergen Metsel- en Tegelwerken: Een Eenmanszaak in de Almelose Bouwsector
-
Witte uitslag op metselwerk: oorzaken, voorkoming en behandeling
-
Witte uitslag op nieuw metselwerk: oorzaken, voorkomen en oplossingen
-
Witte uitslag op hard metselwerk verwijderen: oorzaken, oplossingen en voorkomende maatregelen
-
Witte uitslag op metselwerk en het risico van vorst: oorzaken en voorkomende maatregelen
-
Oplossingen voor kleurverschil in voegwerk: Expertadvies voor een strakke gevel