Buitenunit warmtepomp op dakkapel: Aandachtspunten, Constructies en Geluidseisen

Inleiding

Het plaatsen van een buitenunit van een warmtepomp op een dakkapel is een steeds populairder keuze voor woningeigenaren die op zoek zijn naar een efficiënte en esthetische oplossing voor de installatie van duurzame verwarming. Omdat de buitenunit van een lucht-water-warmtepomp vaak aanzienlijke ruimte inneemt, wordt het dak – inclusief dakkapellen – steeds vaker overwogen als installatielocatie.

De keuze voor een dakkapel als locatie biedt meerdere voordelen, zoals het vermijden van visuele overlast in de tuin en het gebruik van onbenut dakoppervlak. Toch zijn er een aantal belangrijke aandachtspunten waarmee rekening moet worden gehouden, zowel qua constructie, akoord met de bouwtechnische eisen, als qua geluidsemissies en regelgeving.

In dit artikel behandelen we de meest relevante aspecten bij het plaatsen van een warmtepompbuitenunit op een dakkapel. We richten ons op het technische en regelgevende kader, inclusief mogelijke constructies, geluidsaspecten en aanbevelingen voor een optimale installatie.


Aandachtspunten bij de plaatsing van een warmtepomp op een dakkapel

1. Minimale afstanden en ruimtelijke voorwaarden

Het correct functioneren van een warmtepompbuitenunit hangt sterk af van de ruimtelijke voorwaarden. Onderstaande afstanden zijn essentieel om te garanderen dat de warmtepomp voldoende lucht kan in- en uitzuigen en dat overlast zowel voor de eigenaar als voor buren wordt beperkt:

  • Afstand tot muur of wand: De buitenunit moet minstens 35 cm van een muur of wand af staan. Dit is nodig om voldoende luchtcirculatie te waarborgen en om onderhoud en servicegemak te garanderen.
  • Afstand tot erfgrens: Minstens 1,5 meter afstand tot de erfgrens is noodzakelijk om geluidsoverlast en visuele overlast te voorkomen.
  • Uitblaasopening: De uitblaasrichting moet minstens 3 meter ruimte hebben om belemmeringen te voorkomen. De richting moet zorgvuldig worden gekozen om geluid niet te versterken of direct op buren te richten.
  • Hoogte boven de grond: De buitenunit dient minstens 25 cm boven de grond te staan om condensvorming te voorkomen. Dit is vooral belangrijk bij dakkapellen die niet volledig geïsoleerd zijn.

Bij het plaatsen op een dakkapel moet bovendien rekening worden gehouden met de constructieve belastingcapaciteit van het dak. Niet elk dak is geschikt voor het plaatsen van een zware warmtepomp. Een inspectie of advies van een bouwkundig specialist is daarom aan te raden.

2. Geluidsoverlast en geluidsafbuiging

Sinds 1 april 2021 gelden nieuwe geluideisen voor buitenunits van warmtepompen. Deze eisen zijn bedoeld om geluidsoverlast voor buren te beperken. De volgende aspecten zijn belangrijk bij het beheersen van geluidsemissies:

  • Tonaal geluid: Warmtepompen kunnen tonale geluiden uitzenden, zoals lage frequenties of pieptonen. Deze tonen zijn vaak duidelijk hoorbaar en kunnen irritatie veroorzaken. Bij installatie op een dakkapel is het belangrijk om zowel de richting van de uitblaas als de luchtcirculatie te controleren om tonale geluiden te verminderen.
  • Geluidsreflectie: Bij het plaatsen van de warmtepomp langs een muur of in een hoek, kan het geluid worden gereflecteerd, wat de geluidsdruk verder verhoogt. Het gebruik van beplanting in de uitblaasrichting kan helpen bij het dempen van geluid, maar het is essentieel dat de planten bestand zijn tegen de lage temperaturen die uit de warmtepomp komen.
  • Geluidswerende kasten: Geluidswerende kasten of omkasten kunnen het geluidsniveau aanzienlijk verminderen. Deze kasten moeten echter zorgvuldig worden gekozen om de werking van de warmtepomp niet te belemmeren. Bovendien kunnen ze de buitenunit visueel groter laten lijken.

3. Constructies en opstelopties

Afhankelijk van het type dakkapel en de gewenste esthetiek, zijn er meerdere constructieve opties beschikbaar om een warmtepomp veilig en efficiënt te installeren. De keuze van de juiste constructie is cruciaal om schade aan het dak te voorkomen en om de warmtepomp optimaal te laten functioneren.

a. Dakankers en consoles

  • Dakankers: Deze ankers worden vastgemaakt aan het dakoppervlak en vormen een solide basis voor de montageframe. Ze voorkomen dat de warmtepomp schuift of wordt weggedragen door wind.
  • Dakconsoles: Deze consoles zorgen voor een gelijkmatige gewichtsverdeling over het dakoppervlak. Ze helpen om de belasting op het dak te verspreiden en schade aan de dakbedekking te voorkomen.
  • Montageframe: Het montageframe is ontworpen om de warmtepomp stevig op zijn plaats te houden zonder gebruik van ballast. Het biedt een stabiele en veilige opstelling.

b. Opstelblokken en trillingsdemping

Bij installatie op een plat dak of dakkapel is het aan te raden om rubberen opstelblokken te gebruiken. Deze blokken helpen bij het dempen van trillingen en voorkomen dat deze worden doorgegeven naar de dakconstructie. Dit is vooral relevant bij zware warmtepompmodellen.


Opties voor warmtepompinstallatie op schuine dakkapellen

Schuine dakkapellen bieden een extra uitdaging bij de installatie van een warmtepompbuitenunit. De hellingshoek en de ruimtelijke beperkingen maken het noodzakelijk om speciale constructies te overwegen.

1. Hydrotop Indak-constructie

De Hydrotop indak-constructie is ontworpen om de warmtepomp naadloos in het schuine dak te integreren. Deze constructie is esthetisch aantrekkelijk en voldoet aan de huidige geluidseisen. Het is een goede keuze voor woningen met schuine dakkapellen die visueel overlast willen vermijden.

2. Decorio luchtwarmtepompbehuizing

Voor schuine dakkapellen met een hellingshoek tussen 30° en 55° is de Decorio luchtwarmtepompbehuizing een geschikte oplossing. Deze behuizing beschermert de warmtepomp tegen weersinvloeden en zorgt voor een veilige en efficiënte werking. De behuizing moet echter altijd worden geïnstalleerd door een erkende specialist.

3. Compacte modellen

Compacte modellen zoals de Nefit Bosch Compress 5800i AWR zijn ideaal voor schuine dakkapellen. Het compacte ontwerp beslaat minder ruimte en maakt het mogelijk om de warmtepomp te plaatsen zonder veel visuele overlast.


Juridische en regelgevende aspecten

Hoewel er in veel gevallen geen wettelijke verplichtingen zijn voor de plaatsing van een warmtepompbuitenunit op een dakkapel, is het belangrijk om rekening te houden met lokale regelgeving en eventuele wijkregels.

1. Lokale beleidsregels

In sommige regio’s zijn er specifieke beleidsregels opgesteld. Een voorbeeld is de Beleidsregel Buitenunits van Warmtepompen Land van Matena. Deze regelgeving kan onder andere bepalen:

  • De toegestane hoogte van het dak bij het plaatsen van een buitenunit.
  • De benodigde afstanden tot buurwoningen.
  • De toestemming voor het gebruik van specifieke constructies.

Bij aanvragen voor een omgevingsvergunning moeten deze beleidsregels worden meegenomen. Het college van de gemeente kan in bepaalde gevallen afwijken van de normale regels als aan bepaalde voorwaarden is voldaan.

2. Verplichtingen voor geluidscontrole

De geluidscontrole is verplicht bij het plaatsen van een warmtepompbuitenunit. Dit geldt ook bij installatie op een dakkapel. Het gemeten geluidsniveau moet gecorrigeerd worden voor tonale aspecten. De tonaliteit wordt bepaald volgens NEN-ISO 1996-2:2017, waarbij een tonaliteitscorrectie tussen 0 dB en 6 dB kan worden toegepast.


Advies voor een optimale installatie

Om zowel efficiëntie als comfort te waarborgen bij het plaatsen van een warmtepompbuitenunit op een dakkapel, zijn er een aantal aanbevelingen:

1. Consultatie met een erkend installateur

Het is aan te raden om contact op te nemen met een erkende warmtepompinstallateur. Deze specialist kan een maatwerkadvies geven op basis van het type dakkapel, de belastingcapaciteit en de geluidsaspecten. Het vermindert ook het risico op fouten bij de installatie en helpt bij het kiezen van de juiste constructie.

2. Geluidsberekeningen uitvoeren

Voordat de warmtepomp wordt geïnstalleerd, is het verstandig om geluidsberekeningen uit te voeren. Dit helpt om aan te tonen dat de warmtepomp voldoet aan de geluideisen en geen overlast veroorzaakt voor buren.

3. Geluidswerende omkasten overwegen

Hoewel geluidswerende omkasten extra kosten met zich meebrengen, kunnen ze het geluidsniveau aanzienlijk verlagen. Dit is vooral relevant bij dakkapellen die dichtbij buurwoningen liggen.


Conclusie

Het plaatsen van een warmtepompbuitenunit op een dakkapel is een realistische en vaak esthetisch aantrekkelijke keuze. Het biedt de mogelijkheid om visuele overlast in de tuin te vermijden en maakt het gebruik van onbenut dakoppervlak mogelijk. Toch zijn er een aantal essentiële aandachtspunten die moeten worden gevolgd, zoals ruimtelijke voorwaarden, geluidscontrole en constructieve aspecten.

Bij een schuine dakkapel zijn er specifieke constructies beschikbaar die de warmtepomp veilig en efficiënt kunnen beheren. Bij een platte dakkapel is het aan te raden om gebruik te maken van dakankers, consoles en montageframes om de belasting goed te verdelen.

Juridisch gezien is het belangrijk om rekening te houden met lokale beleidsregels en eventuele wijkwetten. Bovendien zijn geluidscontrole en eventueel geluidswerende omkasten essentieel om geluidsoverlast te beperken.

Een professionele installatie door een erkende warmtepompinstallateur is essentieel om ervoor te zorgen dat de warmtepomp optimaal functioneert en aan alle eisen voldoet. Door deze richtlijnen te volgen, kan het plaatsen van een warmtepompbuitenunit op een dakkapel zowel efficiënt als comfortabel zijn.


Bronnen

  1. Aandachtspunten bij de plaatsing van een warmtepomp unit op het dak
  2. Buitenunit warmtepomp op het dak
  3. Beleidsregels buitenunits van warmtepompen Land van Matena

Related Posts