Brandoverslag dakkapel: Onderhoud, Veiligheid en Bouwvoorschriften

Inleiding

Brandoverslag via een dakkapel is een kritische factor in de bouw- en woningbouwsector, vooral in woningen met complexe dakkonstrukties. De beschikbare regelgeving, zoals opgenomen in de lokaal geldende regelgeving van Nederland (zoals te vinden op lokaleregelgeving.overheid.nl), bevat belangrijke richtlijnen voor de bouw, het onderhoud en de veiligheid van bouwwerken. Deze richtlijnen omvatten bepalingen voor het onderhoud van rook- en brandscheidingen, het gebruik van vluchtroutes, de installatie van rookmelders en de opslag van brandbare stoffen.

Hoewel de gegeven bronnen niet expliciet vermelding maken van brandoverslag via dakkapellen, bevatten ze wel relevante informatie over brandbeveiliging, brandwerendheid en constructieve eisen die van toepassing kunnen zijn op dakkapellen. Dit artikel richt zich op de relevante richtlijnen die betrekking hebben op het voorkomen van brandoverslag in dakkapellen en het behoud van brandveiligheid in woningen en bouwwerken.

Brandwerendheid en Brandbeveiliging in Bouwwerken

Eisten aan Brandscheidingen

In artikel 17 van de betreffende regelgeving wordt aandacht besteed aan het onderhoud van rook- en brandscheidingen. Deze voorzieningen moeten minstens één keer per maand gecontroleerd worden op hun goede werking en zo nodig gerepareerd. Daarnaast moet een kundige specialist jaarlijks het onderhoud uitvoeren en controleren of deze voorzieningen voldoen aan de eisen.

Brandwerendheidsscheidingen zijn van essentieel belang bij het voorkomen van brandoverslag. In het geval van dakkapellen kan het ontbreken van een adequate brandscheiding leiden tot het snelle verspreiden van vuur naar het hoofdgebouw. Hoewel dakkapellen vaak los van het hoofdgebouw worden geplaatst, zijn ze via constructieve elementen zoals daken, scheidingsmuren of ventilatiekanalen met het hoofdgebouw verbonden. Een correcte brandscheiding op deze punten is dan ook essentieel.

Brandweeringang en Brandmeldsystemen

Artikel 20 legt een verplichting op om voor bepaalde bouwwerken met historische of maatschappelijke waarde, de gemeente te informeren over werkzaamheden die een brandgevaar kunnen opleveren. In combinatie met de verplichting om brandmeldsystemen aan te brengen (artikel 21), is het duidelijk dat bouw- en renovatieprojecten moeten voldoen aan eisen die gericht zijn op het voorkomen van brandoverslag en het snel detecteren van branden.

Brandweeringangen zijn ook van belang bij incidenten in en rondom dakkapellen. Als een dakkapel brand krijgt en er is geen directe toegang voor de brandweer, kan dit het blussen van de brand vertragen en het risico op brandoverslag naar het hoofdgebouw vergroten. In het kader van de regelgeving wordt vermeld dat het automatisch ontsluiten van brandweeringangen bij een brandmelding verplicht is. Dit betekent dat dakkapellen, indien van toepassing, ook voorzien moeten worden van dergelijke toegangsmechanismen om de brandweer direct toegang te verlenen.

Onderhoud en Controle van Brandvoorzieningen

Brandslanghaspels en Pompinstallaties

Artikel 11 beschrijft de verplichtingen rondom brandslanghaspels en pompinstallaties. Deze apparatuur moet minstens één keer per maand gecontroleerd worden, en jaarlijks door een kundige gecontroleerd en onderhouden. In dakkapellen waar vuur kan ontstaan (bijvoorbeeld bij het gebruik van open vuren of elektrische verwarming) is het aanwezig zijn van dergelijke blusvoorzieningen essentieel.

Hoewel de regelgeving geen expliciete voorzieningen voor dakkapellen vermeldt, zijn deze richtlijnen van toepassing op alle bouwwerken waar brandveiligheid van belang is. Een dakkapel met een brandmeldsysteem en blusinstallatie kan het risico op brandoverslag naar het hoofdgebouw aanzienlijk verlagen.

Brandwerendheid van Vluchtroutes

Artikel 12 stelt eisen aan automatisch werkende deuren in vluchtroutes. Deze deuren mogen de ontvluchting niet belemmeren en moeten bij een brand het sluitmechanisme uitgeschakeld worden. In dakkapellen waar mensen zich mogelijk bevinden (zoals bij bijeenkomsten of recreatie) is het van belang dat vluchtroutes voldoen aan brandwerendheidseisen.

In combinatie met artikel 13, dat vluchtrouteaanduiding regelt, is het duidelijk dat het zichtbaar maken en onderhouden van dergelijke aanduidingen essentieel is. In dakkapellen waar vluchtroutes kunnen worden belemmerd door constructieve elementen, is het noodzakelijk om voldoende brandwerendheid en duidelijke aanduiding te garanderen.

Brandveiligheid bij Opslag en Gebruik van Brandbare Stoffen

Toegestane Hoeveelheden en Opberglocaties

In artikel 3.2 en 3.3 van de regelgeving worden eisen gesteld aan de opslag van brandbare vloeistoffen. Voor brandbare vloeistoffen met een ontvlammingspunt van 21°C of hoger is maximaal 225 liter toegestaan, waarvan maximaal 25 liter van de brandbare vloeistoffen met een lager ontvlammingspunt. Deze hoeveelheden mogen alleen op specifieke locaties worden opgeslagen, zoals buiten de woning of in brandwerende ruimtes.

Dakkapellen kunnen vaak als opslagruimte dienen, maar in dat geval dient rekening te worden gehouden met brandwerendheidseisen. Indien brandbare stoffen in of op een dakkapel worden opgeslagen, is het noodzakelijk om te controleren of de ruimte voldoet aan de eisen van artikel 2.12 en 2.15 van het Bouwbesluit.

Bluswaterwinplaatsen

Artikel 25 stelt eisen aan bluswaterwinplaatsen. De rechthebbende van een bouwwerk is verplicht om deze voorziening aan te houden en beschikbaar te stellen. In dakkapellen waar vuur kan ontstaan is het aanwezig zijn van bluswater een essentiële maatregel om brandoverslag te beperken. Hoewel de regelgeving geen expliciete richtlijnen voor dakkapellen bevat, gelden de algemene eisen voor het aanhouden en onderhouden van bluswatervoorzieningen ook voor deze ruimten.

Brandmeldsystemen en Rookmelders

Rookmelders in Woningen

In artikel 21 wordt bepaald dat rookmelders in woningen adequaat moeten functioneren volgens NEN 2555. Deze eis geldt ook voor dakkapellen die onderdeel zijn van een woning. Het installeren en onderhouden van rookmelders is een effectieve maatregel om brandoverslag te voorkomen. In combinatie met een vluchtroute die voldoet aan brandwerendheidseisen, kan het snelle detecteren van branden het risico op verspreiding van vuur beperken.

Brandmeldinstallatie in Bijeenkomstfuncties

Artikel 10 legt uit dat bij bijeenkomstfuncties de installatie van brandmeldsystemen beperkt kan worden, mits de functie voldoende is gescheiden van het resterende gedeelte van het bouwwerk. Voor dakkapellen die gebruikt worden voor bijeenkomsten is het belangrijk om te bepalen of de ruimte voldoet aan deze eisen. Als dit niet het geval is, moet een brandmeldinstallatie voor het gehele brandcompartiment worden geïnstalleerd.

Brandoverslag en Constructieve Maatregelen

Overdruktrappenhuizen en Vluchtroutes

In artikel 12A wordt vermeld dat deuren die toegang geven tot een overdruktrappenhuis op ooghoogte voorzien moeten worden van een herkenbaar opschrift. Hoewel dit specifiek betrekking heeft op trappenhuizen, is het principe van duidelijke aanduiding van vluchtroutes ook van toepassing op dakkapellen. In dakkapellen waar vluchtroutes zijn aangelegd, is het noodzakelijk om deze routes duidelijk te markeren en te onderhouden.

Onderhoud van Brandweerliften en Blusinstallaties

De regelgeving bevat ook richtlijnen over het onderhoud van brandweerliften en blusinstallaties. Brandweerliften moeten minstens één keer per jaar gecontroleerd en onderhouden worden, en blusinstallaties moeten minstens één keer per maand en één keer per jaar gecontroleerd worden. In dakkapellen waar brandweerliften of blusinstallaties aanwezig zijn, is het aanhouden van deze apparatuur van groot belang voor de brandveiligheid.

Brandoverslag en Onderhoudsverplichtingen

Logboek en Onderhoudsregistratie

Artikel 19 legt de verplichting op om een logboek aan te houden van de brandbeveiligingsvoorzieningen en het onderhoud ervan. In dakkapellen waar brandbeveiligingsinstallaties aanwezig zijn, moet dit logboek aanwezig zijn en direct toegankelijk zijn voor toezichthoudende personen. Het bijhouden van het logboek is een essentiële maatregel om te garanderen dat alle voorzieningen correct functioneren en dat eventuele problemen snel worden opgelost.

Conclusie

Brandoverslag via dakkapellen kan voorkomen worden door het naleven van eisen en richtlijnen rondom brandwerendheid, brandbeveiliging en het onderhoud van brandvoorzieningen. Hoewel de regelgeving geen expliciete richtlijnen voor dakkapellen bevat, zijn de algemene eisen van toepassing op deze ruimten. Het installeren van rookmelders, brandmeldsystemen en blusinstallaties, de aanhouding van brandscheidingen en de controle op vluchtroutes zijn allemaal maatregelen die het risico op brandoverslag kunnen beperken.

Bij het ontwerpen, bouwen en onderhouden van dakkapellen is het belangrijk om rekening te houden met de eisen van de regelgeving en het aanhouden van brandveiligheid. Door deze richtlijnen te volgen, kunnen woningen en bouwwerken veilig en conform de wettelijke eisen blijven, ook op het vlak van brandbeveiliging.

Bronnen

  1. Regelgeving CVDR30789
  2. Regelgeving CVDR107644

Related Posts