De invloed van dakkapellen op de bruto vloeroppervlakte bij woningbouw

Inleiding

Bij woningbouwprojecten speelt de bruto vloeroppervlakte (BVO) een cruciale rol in het bepalen van de toegestane bouwactiviteiten en het gebruik van ruimte. Dakkapellen, als een veelvoorkomend bouwdeel, kunnen een aanzienlijke invloed hebben op deze berekening. De berekening van de bruto vloeroppervlakte bij dakkapellen vereist echter een gedetailleerde analyse van de regelgeving en bouwtechnische aspecten. In dit artikel wordt ingegaan op de relevante richtlijnen en berekeningstechnieken die van toepassing zijn bij dakkapellen en hun impact op de BVO. De focus ligt op de inhoudelijke richtlijnen, berekeningmethoden en bouwnormen die in de bronnen zijn vermeld.

Wat is bruto vloeroppervlakte?

De bruto vloeroppervlakte (BVO) is een maat voor het totale oppervlak van een bouwwerk. Het wordt berekend door de buitenwerkse gevelvlakken van het bouwwerk neer te projecteren op het afgewerkte bouwterrein. De BVO helpt bij het bepalen van de toegestane bouwhoogte, bebouwingspercentages en andere bouwvoorschriften. Het is belangrijk om te onthouden dat dakkapellen vaak niet volledig in de berekening van de BVO meegenomen worden, afhankelijk van hun grootte en locatie.

In de context van het gebruik van dakkapellen, is het essentieel om te begrijpen hoe deze ruimtelijke elementen worden geclassificeerd en berekend in relatie tot de BVO. Dit hangt af van factoren zoals de breedte, hoogte en ligging van de dakkapel in relatie tot het hoofdgebouw.

Dakkapellen en hun invloed op de bruto vloeroppervlakte

Dakhelling en berekening van extra loopoppervlakte

De invloed van een dakkapel op de bruto vloeroppervlakte wordt beïnvloed door de dakhelling van het hoofdgebouw. In bron [2] wordt een tabel weergegeven die de relatie tussen dakhelling, breedte van de dakkapel en de extra loopoppervlakte toont. Bijvoorbeeld, bij een normaal dak (35-45 graden) met een breedte van 5 meter, is de extra loopoppervlakte 7 vierkante meter. Voor een steil dak (60 graden) met dezelfde breedte is de extra loopoppervlakte slechts 3,5 vierkante meter. Bij een flauw dak (−35 graden) met een breedte van 5 meter is de extra loopoppervlakte 10 vierkante meter.

Deze gegevens tonen duidelijk aan dat de dakhelling van het hoofdgebouw een grote rol speelt in de berekening van de extra loopoppervlakte. Dit heeft indirecte implicaties op de BVO, omdat de loopoppervlakte een onderdeel kan zijn van de totale bebouwingsoppervlakte. Echter, volgens bron [3], worden dakkapellen in de meeste gevallen buiten beschouwing gelaten bij het berekenen van de goothoogte, tenzij de gezamenlijke breedte van de dakkapellen meer dan 50% van de breedte van het betreffende dakvlak is.

Dakkapellen en de bepaling van goothoogte

De goothoogte is een maat die aangeeft hoe ver het dak boven het afgewerkte terrein uitkomt. Bij het bepalen van de goothoogte worden dakkapellen in de meeste gevallen buiten beschouwing gelaten, zoals vermeld in bron [3]. De goothoogte wordt dan gemeten vanaf het peil tot aan de goot van de dakkapel, indien de gezamenlijke breedte van de dakkapellen meer dan 50% van het dakvlak is.

Dit betekent dat een dakkapel meestal geen directe invloed heeft op de goothoogte, tenzij het een aanzienlijke breedte heeft. Aangezien de goothoogte invloed heeft op bouwvoorschrachten, zoals de toegestane bouwhoogte, is het belangrijk om dit aspect te begrijpen bij het plannen van dakkapellen.

Bijbehorende bouwwerken en de BVO

Bijbehorende bouwwerken, zoals dakkapellen, vallen onder de categorie van bouwwerken die bepaalde ruimtelijke beperkingen hebben. Bron [3] vermeldt dat bijbehorende bouwwerken niet volledig in de berekening van de bruto vloeroppervlakte meegenomen worden, mits ze voldoen aan bepaalde voorwaarden. Deze voorwaarden zijn gericht op de hoogte, ligging en breedte van het bijbehorende bouwwerk in relatie tot het hoofdgebouw.

Bijvoorbeeld, bijbehorende bouwwerken mogen maximaal 3 meter hoog zijn of de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw plus 0,25 meter. Daarnaast moet het bijbehorende bouwwerk minstens 3 meter afstand van de zijdelingse perceelsgrens liggen en minstens 3 meter achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw. Deze beperkingen zijn bedoeld om de ruimtelijke kwaliteit van het omgevingsgevoel te behouden.

Dakkapellen en het Ecologische Hoofdstructuur (EHS)

Het Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is een belangrijke factor bij de beoordeling van bouwprojecten in natuurgebieden. Volgens bron [1], kan een uitbreiding van een woning of bijgebouw een negatieve invloed hebben op de flora en fauna, met name bij een uitbreiding van meer dan 75 m². In dergelijke gevallen wordt het "Nee tenzij" principe toegepast, wat betekent dat de aanvraag pas wordt goedgekeurd indien voldaan wordt aan extra eisen.

Hoewel dakkapellen zelf meestal geen directe impact hebben op het EHS, kunnen ze als onderdeel van een groter bouwproject meegenomen worden bij het bepalen van de toegestane uitbreiding. In dergelijke gevallen is het belangrijk om rekening te houden met de ecologische gevolgen van het project, ook bij het ontwerp en plaatsing van dakkapellen.

Bouwvoorschriften en bouwtechnische aspecten

Maximale hoogte en breedte

Bij het ontwerpen van een dakkapel is het belangrijk om de bouwvoorschriften te volgen. Bron [1] vermeldt dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 5 meter bedraagt. Voor bijbehorende bouwwerken is de maximale hoogte meestal 3 meter of de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw plus 0,25 meter. De breedte van een dakkapel mag maximaal 2/3 van de breedte van de gevel van het hoofdgebouw zijn, volgens bron [3].

Deze voorschriften zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat dakkapellen en andere bijbehorende bouwwerken niet te dominant zijn in de omgeving en de ruimtelijke kwaliteit van het gebied behouden blijft. Het is belangrijk om deze beperkingen te kennen bij het ontwerpen van dakkapellen, omdat overtredingen kunnen leiden tot aanvullende eisen of zelfs weigering van de bouwaanvraag.

Aandacht voor verkeer en veiligheid

Bij bouwprojecten met een groter bouwvolume, zoals een uitbreiding van een woning of het bouwen van bijgebouwen, is het belangrijk om rekening te houden met de gevolgen voor verkeer en veiligheid. Bron [1] vermeldt dat voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein of in de nabije omgeving beschikbaar moet zijn. Daarnaast mag er geen onevenredige invloed zijn op de verkeersdoorstroming en verkeersveiligheid ter plaatse.

Hoewel dakkapellen zelf meestal geen directe impact hebben op verkeer, kunnen ze als onderdeel van een groter bouwproject wel van invloed zijn op de totale parkeerbenodigheid. Het is daarom belangrijk om dit aspect te overwegen bij het ontwerp van het bouwplan.

Invloed op woon- en leefmilieu

Beperking van negatieve impact

Bij het beoordelen van een bouwproject wordt rekening gehouden met de impact op het woon- en leefmilieu. Volgens bron [1], kan een bouwproject worden weigerd indien er al een onevenredige aantasting van het woon- en leefmilieu is of er sprake is van een saneringssituatie. Dit geldt ook voor uitbreidingen van woningen, inclusief het bouwen van bijgebouwen.

Hoewel dakkapellen meestal geen directe impact hebben op het woon- en leefmilieu, kunnen ze wel bijdragen aan een verandering in het visuele karakter van het gebied. Het is daarom belangrijk om te overwegen hoe een dakkapel eruit ziet en hoe het past in de omgeving. Een goed ontworpen dakkapel kan een positieve bijdrage leveren aan het woon- en leefmilieu, terwijl een slecht ontworpen dakkapel juist een negatieve impact kan hebben.

Invloed op daglicht

Een ander aspect dat bij bouwprojecten wordt beoordeeld, is de invloed op het daglicht in de omgeving. Bron [1] vermeldt dat de toetreding van daglicht in de omgeving moet worden beoordeeld. Het kan nodig zijn om een onderzoek in te stellen naar de gevolgen van het bouwplan voor de daglichttoegang bij de buren.

Hoewel dakkapellen meestal niet direct invloed hebben op de daglichttoegang, kan het wel het geval zijn dat een dakkapel een aanzienlijke hoogte heeft of een grote uitbreiding van het hoofdgebouw is. In dergelijke gevallen kan het nodig zijn om rekening te houden met de invloed op het daglicht in de omgeving.

Samenwerking met een dakkapel specialist

Aanbevolen procedures

Het ontwerpen en bouwen van een dakkapel vereist een zorgvuldige aanpak en overleg met een dakkapel specialist. Volgens bron [2], is het belangrijk om de precieze dakhelling van de dakkapel te bepalen vooraleer met de bouw te starten. Dit is van groot belang voor de berekening van de extra loopoppervlakte en de invloed op de bruto vloeroppervlakte.

Een dakkapel specialist kan ook helpen bij het bepalen van de meest geschikte breedte en hoogte van de dakkapel, rekening houdend met de bouwvoorschriften en het ontwerp van het hoofdgebouw. Het is raadzaam om eventuele wensen of aandachtpunten direct met de specialist te bespreken, zodat alle verwachtingen correct worden ingevuld.

Zelfde berekening doen of uitbesteden?

Het is mogelijk om de berekening van een dakkapel zelf te doen, maar het is aan te raden om dit uit te besteden aan een deskundige. Bron [2] vermeldt dat het belangrijk is om de precieze dakhelling te bepalen en eventuele wensen met de specialist te bespreken. Dit zorgt ervoor dat het ontwerp van de dakkapel volledig aansluit bij de bouwvoorschriften en het wenselijke ontwerp van het hoofdgebouw.

Hoewel het zelf doen van de berekening mogelijk is, is het risico op fouten en overtredingen van bouwvoorschriften groter. Het is daarom aan te raden om dit aan een deskundige over te laten, zodat het project voldoet aan alle voorschriften en eisen.

Conclusie

Bij het ontwerpen en bouwen van een dakkapel is het belangrijk om de invloed op de bruto vloeroppervlakte en andere bouwvoorschriften goed te begrijpen. Dakkapellen kunnen een indirecte invloed hebben op de BVO, afhankelijk van hun breedte, hoogte en ligging in relatie tot het hoofdgebouw. Het is essentieel om rekening te houden met bouwvoorschriften, zoals de maximale hoogte en breedte, de afstand tot perceelsgrenzen en de invloed op het woon- en leefmilieu.

Een zorgvuldige aanpak, waarbij overleg met een dakkapel specialist centraal staat, helpt bij het ontwerpen van een dakkapel die voldoet aan alle voorschriften en eisen. Door rekening te houden met alle relevante factoren en richtlijnen, kan een dakkapel niet alleen een functionele uitbreiding worden van het hoofdgebouw, maar ook een positieve bijdrage leveren aan het woon- en leefmilieu.

Bronnen

  1. Lokale regelgeving
  2. Dakkapel berekening
  3. Lokale regelgeving

Related Posts