Dakkapellen met daken tegen elkaar: Welstandscriteria, afmetingen en bouwpraktijk

Published by Redactie on september 15, 2025 | Category dakkapel

Inleiding

Het plaatsen van een dakkapel is een populaire uitbreidingsoptie voor woningen en kan zowel functioneel als esthetisch nuttig zijn. Echter, wanneer een dakkapel geplaatst wordt op een dak waarbij meerdere daken tegen elkaar staan – zoals bij een asymmetrisch dak, een schilddak of een tentdak – zijn er extra criteria en regelgeving waaraan moet worden voldaan. Deze regels zijn bedoeld om de esthetiek van het gebouw, de woonwaarde van de omgeving en de veiligheid te waarborgen.

In dit artikel worden de relevante welstandscriteria, bouwpraktijken en regelgeving besproken voor het plaatsen van dakkapellen op daken die tegen elkaar staan. De informatie is gebaseerd op gemeentelijke regelingen en praktische richtlijnen uit betrouwbare bronnen. Het doel is om duidelijkheid te bieden over wat is toegestaan, wat niet is toegestaan, en hoe een dakkapel op maat en vergunningsvrij geplaatst kan worden binnen deze specifieke dakkonfiguraties.

Welstandscriteria voor dakkapellen op complexe dakvormen

Bij het plaatsen van dakkapellen op daken die tegen elkaar staan, zoals schilddaken of asymmetrische kappen, is het belangrijk om rekening te houden met welstandscriteria. Deze criteria zijn vaak lokaal van aard en kunnen per gemeente verschillen. Ze richten zich op zowel het visuele effect van de dakkapel op het gebouw, als op de woonomgeving en de veiligheid.

Asymmetrische kappen

Een asymmetrische kap bestaat uit twee ongelijke dakvlakken. Hierbij is er één groot en fors dakvlak en een kleiner. De plaatsing van een dakkapel op zo’n dakvorm vereist extra aandacht, omdat het risico op een onevenwichtig of onwenselijk beeld bestaat.

Belangrijke welstandscriteria voor asymmetrische kappen:

Een dakkapel mag niet geplaatst worden in een dakvlak waar reeds een gootdoorbreking aanwezig is.
De breedte van de dakkapel in het langste dakvlak mag maximaal 70% van de breedte van het dakvlak bedragen, met een maximum van 5,00 meter gemeten tussen de zijwanden van de dakkapel.
De afstand tot de zijkant van het dakvlak (bijvoorbeeld midden bouwmuur of eindgevel) en hoek- of kilkepers moet minstens 1,00 meter zijn, gemeten aan de bovenzijde van de dakkapel.
De afstand tot de goot, verticaal gemeten, moet minimaal 0,50 meter en maximaal 1,00 meter zijn.
Een dakkapel mag alleen geplaatst worden in het onderste deel van het dakvlak, onder de knik.
Het maximum aantal dakkapellen in het langste dakvlak is beperkt: twee dakkapellen boven elkaar zijn niet toegestaan.

Deze criteria zijn bedoeld om de visuele integriteit van het gebouw te behouden en te voorkomen dat de dakkapel het silhouet van het huis te sterk beïnvloedt.

Schilddak

Een schilddak bestaat uit twee dakvlakken die elkaar onder een hoek kruisen. De aanwezigheid van meerdere daken tegen elkaar maakt het bepalen van de juiste plaatsing van een dakkapel complexer.

Welstandscriteria voor dakkapellen op schilddaken:

De afstand tot hoekkepers moet minstens 1,00 meter zijn.
De breedte van de dakkapel mag maximaal 25% van de breedte van het betreffende dakvlak bedragen, gemeten ter hoogte van het boeiboord.
Op de achterkant van het dak mag de breedte maximaal 40% van de breedte van het betreffende dakvlak zijn.
De bovenkant van de dakkapel moet gelijk zijn aan de knik in het dakvlak.

Bij schilddaken is het dus belangrijk om zowel de visuele uitstraling als de functionele toepassing van de dakkapel goed in kaart te brengen. Dit om zowel esthetische als bouwtechnische problemen te voorkomen.

Tent- of piramidedak

Een tentdak of piramidedak is gedefinieerd door hoekkepers die in een punt toelopen. Deze dakvorm is visueel stijlvol, maar biedt weinig ruimte voor dakkapellen die op een normale manier geplaatst kunnen worden.

Welstandscriteria voor dakkapellen op tentdaken:

De afstand tot de hoekkepers moet minstens 1,00 meter zijn.
De breedte van de dakkapel mag niet meer dan 25% van de breedte van het betreffende dakvlak bedragen, gemeten ter hoogte van het boeiboord.
De achterkant van de dakkapel mag maximaal 40% van de breedte van het betreffende dakvlak bedragen.

Omdat tentdaken visueel al sterk gedefinieerd zijn, is het belangrijk om dakkapellen hier zorgvuldig te plaatsen. Over het algemeen is het niet wenselijk om meerdere dakkapellen of dakkapellen boven elkaar in deze dakvorm te plaatsen.

Lessenaarsdak

Een lessenaarsdak bestaat uit meerdere niveaus of delen. De regels voor het plaatsen van dakkapellen op zo’n dakvorm zijn vergelijkbaar met die voor zadeldaken, maar met enkele belangrijke nuances.

Welstandscriteria voor dakkapellen op lessenaarsdaken:

De hoek van het dak speelt een grote rol. Bij een dak met een hellingshoek kleiner dan 30° is het niet wenselijk om een dakkapel te plaatsen.
Bij een hellingshoek van 30° of meer is een dakkapel in het onderste deel van het dakvlak wel aanvaardbaar.
De afstand tot de goot moet minimaal 0,50 meter en maximaal 1,00 meter zijn.
De afstand tot de nok moet minstens 0,50 meter zijn.

Lessenaarsdaken vereisen dus een zorgvuldige analyse van de hellingshoeken en de positie van de dakkapel om te voorkomen dat het visuele effect of de structuur van het dak negatief wordt beïnvloed.

Bouwpraktijk: Vergunningsvrije dakkapellen en bouwtechnische aspecten

Hoewel er duidelijke welstandscriteria zijn, is het ook belangrijk om rekening te houden met de bouwpraktijk en de technische mogelijkheden bij het plaatsen van een dakkapel.

Vergunningsvrije dakkapellen

Voor veel huiseigenaren is het ideale scenario om een dakkapel vergunningvrij te plaatsen. Dit is echter enkel mogelijk bij het voldoen aan specifieke voorwaarden.

Algemene voorwaarden voor vergunningsvrije dakkapellen:

De dakkapel moet minstens 0,50 meter van de bovenkant en onderkant van het dak af liggen.
De zijkanten van de dakkapel moeten minstens 0,50 meter van de zijkanten van het dak af liggen.
De onderkant van de dakkapel mag niet meer dan 1,00 meter van de onderkant van het dak af liggen.
De hoogte van de dakkapel mag niet meer dan 1,75 meter zijn.
De dakkapel moet een plat dak hebben of geplaatst worden onder een hellingshoek van minstens 35°.
De dakkapel mag niet op een aan- en uitbouw of bijgebouw staan.
De dakkapel moet voldoen aan de gebiedsgerichte beoordelingscriteria van het wijkplan.

Het is belangrijk om te weten dat zelfs kleine afwijkingen van deze voorwaarden kunnen leiden tot het vereiste van een vergunning. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor dakkapellen met een punt- of schuindak, die vaak altijd vergunningplichtig zijn.

Dakvorm en vergunning

De keuze voor een dakkapel met een plat dak is vaak het meest rendabele en vergunningsvrije optie. Echter, het is ook mogelijk om een sleepdakkapel te plaatsen, mits de hellingshoek voldoet aan de vereisten.

Sleepdakkapellen:

Sleepdakkapellen hebben een schuine vorm en een kleine hellingshoek.
Ze zijn minder toegestaan bij vergunningsvrije verbouwingen.
Bij hellingshoeken kleiner dan 35° is het niet toegestaan om een sleepdakkapel vergunningsvrij te plaatsen.
Sleepdakkapellen zijn minder geschikt voor daken met meerdere vlakken of complexe geometrieën.

Het kiezen voor een sleepdakkapel vereist dus een duidelijke analyse van de huidige dakkonfiguratie en de toegestane hellingshoek. Hierbij is het verstandig om professionele advies te zoeken bij een bouwadviseur of architect.

Plaatsing en montage: Van design naar realiteit

Nadat de juiste regelgeving en welstandscriteria zijn geanalyseerd, is het tijd om te kijken naar de plaatsing en montage van de dakkapel. Dit is een belangrijke fase in het project, waarin zowel technische expertise als praktische uitvoering centraal staan.

Planning en montage

Na het akkoord op een offerte wordt een montageafspraak ingepland.
De dakkapel wordt in een werkplaats vorgefabrickeerd en vervolgens binnen één werkdag gemonteerd.
Het is mogelijk om de dakkapel op maat te samenstellen via een configurator, waarbij de klant een keuze kan maken uit verschillende afmetingen, kleuren en opties zoals rolluiken of extra isolatie.
Een adviseur helpt bij het regelen van de vergunning en eventuele aftimmeringen.

Deze aanpak zorgt voor een snelle en gestructureerde realisatie van de dakkapel, waarbij alle bouwtechnische en esthetische aspecten zijn meegenomen.

Materiaal- en kleurkeuze: Visuele integratie

Een belangrijk aspect van het plaatsen van een dakkapel is de visuele integratie in het bestaande bouwvolume. Dit betreft zowel het materiaal als de kleur van de dakkapel.

Materiaal- en kleurrichtlijnen

Het materiaal- en kleurgebruik van de dakkapel moet afgestemd zijn op het hoofdgebouw.
Kozijnen van de dakkapel moeten voldoen aan de richtlijnen van de voor- of zijgevel.
De voorkant van de dakkapel moet volledig met glas zijn uitgevoerd; dichte panelen zijn niet toegestaan.
De zijwanden van de dakkapel moeten in een donkere kleur zijn of afgewerkt in de kleur van het dakvlak.

Deze richtlijnen zijn bedoeld om te voorkomen dat de dakkapel de visuele integriteit van het bouwvolume ondermijnt. Het is daarom verstandig om bij de keuze van kleuren en materialen rekening te houden met het bestaande bouwkundige ensemble.

Veelgestelde vragen

Veel huiseigenaren stellen zich vragen over de regelgeving, de vergunningsprocedure en de praktische uitvoering bij het plaatsen van een dakkapel. Hieronder volgen enkele van de meest voorkomende vragen.

1. Mag ik een dakkapel vergunningsvrij plaatsen?

Ja, maar alleen onder bepaalde voorwaarden. De dakkapel moet binnen de toegestane afmetingen vallen, een plat dak hebben of geplaatst worden onder een hellingshoek van minstens 35°, en mag niet op een aan- of uitbouw staan. Bovendien moet het voldoen aan de gebiedsgerichte beoordelingscriteria.

2. Moet ik een vergunning aanvragen voor een dakkapel?

Ja, in sommige gevallen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij het plaatsen van een dakkapel op een schilddak, tentdak of beschermde woning. Ook bij het plaatsen van meerdere dakkapellen of bij het plaatsen boven elkaar kan een vergunning nodig zijn.

3. Hoe lang duurt de levertijd van een dakkapel?

Bij een prefab dakkapel is de levertijd meestal 8 tot 16 weken. De montage kan meestal binnen één werkdag worden afgerond.

4. Mag ik zelf een dakkapel bouwen?

In de meeste gevallen is dit niet toegestaan, vooral bij complexe dakkonfiguraties. Het is verstandig om een professionele aannemer aan te houden die ervaring heeft met het plaatsen van dakkapellen.

Conclusie

Het plaatsen van een dakkapel op een dak waarbij meerdere daken tegen elkaar staan vereist een zorgvuldige afweging van welstandscriteria, bouwpraktijk en regelgeving. Per dakkonfiguratie – zoals asymmetrische kappen, schilddaken en tentdaken – gelden specifieke richtlijnen die moeten worden gevolgd om de visuele integriteit van het bouwvolume te behouden.

Bij vergunningsvrije dakkapellen is het belangrijk om te controleren of de afmetingen, afstanden, dakvorm en materiaalkeuze voldoen aan de voorgeschreven normen. In andere gevallen is het noodzakelijk om een vergunning aan te vragen, vooral bij complexe dakkonfiguraties of bij woningen die onder bepaalde beschermingsregelingen vallen.

Zowel de planning, de uitvoering als de montage van een dakkapel zijn cruciale stappen in het proces, waarbij het raadzaam is om professionele hulp in te schakelen. De visuele integratie van de dakkapel in het bestaande bouwvolume is even belangrijk als de technische uitvoering, en dit vereist een goed afwegen van kleur, materiaal en vorm.

Bij het plaatsen van een dakkapel is het dus essentieel om zowel technische als esthetische aspecten in overweging te nemen, om het resultaat zowel functioneel als visueel aantrekkelijk te maken.

Bronnen

dak
elkaar