Artikel 3.8 Bouwbesluit en geluidseffecten van warmtepompen: Uitleg, regels en praktische toepassing

Inleiding

Het gebruik van warmtepompen als duurzame oplossing voor verwarming en koeling van woningen is in de afgelopen jaren sterk toegenomen. Tegelijkertijd groeit de aandacht voor de geluidseffecten die deze systemen kunnen veroorzaken, vooral in dichtbevolkte woongebieden. Het Bouwbesluit 2012, en in het bijzonder artikel 3.8, legt duidelijke regels vast met betrekking tot de geluidbelasting die buitenunits van warmtepompen mogen uitoefenen.

Deze regels zijn van toepassing op zowel nieuwbouw als bestaande woningen en vormen een essentieel onderdeel bij de installatie en vergunningaanvraag van warmtepompen. In dit artikel wordt een gedetailleerde uitleg gegeven over de eisen van artikel 3.8, de praktische uitwerking in de rechtspraak en de aanbevolen maatregelen om aan de geluidseisen te voldoen. Daarnaast wordt ingegaan op de rol van het bestemmingsplan en de eventuele noodzaak van een afwijkingsvergunning.

Het artikel is vooral bedoeld voor woningeigenaren, installateurs en gemeentelijke ambtenaren die betrokken zijn bij de toepassing van warmtepompen in woningbouwprojecten.

Deel I: Regels en eisen volgens artikel 3.8 Bouwbesluit 2012

1.1 Toegestane geluidsniveaus op de perceelgrens

Artikel 3.8, lid 2 van het Bouwbesluit 2012 bepaalt dat de geluidbelasting van een buitenunit van een warmtepomp op de perceelgrens van een woonfunctie maximaal 40 dB(A) mag zijn. Deze norm geldt zowel voor nieuwbouw als voor bestaande woningen.

Deze norm is niet willekeurig gekozen, maar is gebaseerd op akoestische studies en rechtspraak. Het doel is om geluidsoverlast te beperken en te zorgen dat het woon- en leefklimaat voor omwonenden niet negatief wordt beïnvloed. De norm geldt bij de perceelgrens met een perceel waar een woonfunctie is gerealiseerd of gepland. Dit betekent dat het geluidsniveau op deze grens moet worden gemeten of berekend.

1.2 Algemene toepassing van de norm

In veel gevallen kan worden afgestaan bij deze norm, mits aangetoond kan worden dat het woon- en leefklimaat in balans blijft. Dit is bijvoorbeeld het geval als aan de norm ruimschoots wordt voldaan of als de warmtepomp op voldoende afstand van de perceelgrens is geplaatst.

Een afstand van 12 meter tussen de buitenunit en de perceelgrens wordt in rechtspraak gezien als een afstand waarbij de geluidbelasting te ver is om hinderlijk effect te hebben. Echter, in dicht bebouwde wijktypen of in smalle rijtjeswoningen kan zo’n afstand niet altijd worden gegarandeerd. In dergelijke gevallen is het van groot belang om extra aandacht te besteden aan de akoestische analyse en de keuze van de installatielocatie.

1.3 Cumulatieve geluidbelasting bij meerdere warmtepompen

Wanneer meerdere warmtepompen op één perceel of in een gemeenschappelijke woningbouwproject worden geïnstalleerd, moet ook rekening worden gehouden met de cumulatieve geluidbelasting. Dit betekent dat het totale geluidsniveau van alle buitenunits samen bepaald moet worden, omdat dit het woon- en leefklimaat van buurhuisgenoten negatief kan beïnvloeden.

De norm van artikel 3.8 lid 2 is hierbij niet voldoende. Deze norm is gericht op één enkele warmtepomp en zegt niets over het samengevoegde geluidsniveau van meerdere installaties. In dergelijke gevallen is het noodzakelijk om een uitgebreid akoestisch onderzoek te doen om aan te tonen dat het totale geluidsniveau binnen de toegestane limieten blijft.

1.4 Metingen en specificaties

De geluidsproductie van een warmtepomp wordt gemeten onder nominale omstandigheden, conform EN 12102 en EN 14511. Hierbij wordt het geluidsniveau bepaald bij normale bedrijfsomstandigheden, zoals standaard temperatuur en relatieve vochtigheid. Echter, bij het bepalen van de geluidbelasting op de perceelgrens wordt ook rekening gehouden met maximale bedrijfsomstandigheden, omdat dit leidt tot hogere geluidsproductie.

De Ecodesign Directive (206/2012) bepaalt voor warmtepompen tot 6 kW een maximaal geluidsvermogen van 65 dB(A), en voor warmtepompen tussen 6 kW en 12 kW van 70 dB(A). Deze waarden zijn van toepassing op de buitenunit, maar dit betekent niet automatisch dat aan de norm van 40 dB(A) op de perceelgrens wordt voldaan. De positie en omgeving van de installatie spelen een grote rol bij de geluidsafbuiging en -absorptie.

Deel II: Toepassing in de praktijk en rechtspraak

2.1 Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in meerdere uitspraken bepaald dat het niet in alle gevallen voldoende is om zich simpelweg aan de norm van artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit 2012 aan te sluiten. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer het bevoegd gezag een afwijkingsvergunning toekent om meerdere warmtepompen toe te staan of wanneer de buitenunit zich op een gevel bevindt die grenst aan een appartement in hetzelfde woningcomplex. In dergelijke gevallen is er geen sprake van een perceelgrens, waardoor de norm van 40 dB(A) niet direct van toepassing is.

In dergelijke gevallen moet het bevoegd gezag beoordelen of er sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat voor de naastgelegen woning of appartement. Dit betekent dat er een uitgebreid akoestisch onderzoek nodig is, waarin het geluidsniveau op de gevel van de appartementen wordt gemeten of berekend.

2.2 Afbuigen van het bestemmingsplan

In situaties waarin het bestemmingsplan de installatie van een warmtepomp niet toestaat of waarbij er een afwijkingsvergunning nodig is, moet het bevoegd gezag aantonen dat het woon- en leefklimaat niet negatief wordt beïnvloed. Dit geldt ook wanneer een afwijkingsvergunning wordt uitgevaardigd via de zogenaamde kruimelgevallenlijst, die een vereenvoudigde procedure voorbijeel.

Ondanks de vereenvoudiging blijft het noodzakelijk om rekening te houden met de geluidseffecten. Er moet worden vastgesteld of aan de eisen van artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit wordt voldaan, of of de cumulatieve geluidbelasting binnen de toegestane limieten blijft.

2.3 Rekenhulpprogramma’s en akoestische berekeningen

Om de eisen van artikel 3.8 Bouwbesluit 2012 te kunnen toetsen, zijn rekenhulpprogramma’s ontwikkeld. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken heeft samen met partijen uit de sector een rekentool ontwikkeld die akoestische berekeningen uitvoert. Deze tool houdt rekening met drie grondgebonden situaties en vijf situaties voor appartementenbouw.

Deze tool is bedoeld om installateurs en woningeigenaren vooraf te helpen bepalen of een warmtepomp aan de geluidseisen voldoet. Door gebruik te maken van akoestische berekeningen kan worden voorspeld of het geluidsniveau op de perceelgrens binnen de toegestane limiet blijft. Dit is een belangrijke hulpmiddel om juridische en akoestische risico’s te beperken.

Deel III: Praktische aanbevelingen en maatregelen

3.1 Afstand tot de perceelgrens

De eenvoudigste manier om aan de norm van 40 dB(A) te voldoen, is door de warmtepomp op voldoende afstand van de perceelgrens te installeren. Hoe verder de buitenunit van de perceelgrens staat, des te minder geluid bereikt die grens. In rechtspraak is al genoemd dat een afstand van 12 meter voldoende is om geluidsoverlast te beperken. Echter, in dicht bebouwde wijktypen kan deze afstand niet altijd worden gegarandeerd, zodat extra maatregelen nodig zijn.

3.2 Geluidsdempende maatregelen

Wanneer de afstand tot de perceelgrens beperkt is, kunnen geluidsdempende maatregelen worden genomen. Deze omvatten:

  • Geluidsdempende kasten: Aanvullende kasten die speciaal zijn ontworpen om geluidsniveaus te beperken.
  • Trillingdempende maatregelen: Het gebruik van dempers of isolatie om trillingen van de buitenunit te beperken.
  • Akoestische schermen of muurtjes: Fysieke schermen die het geluid afbuigen of absorberen.
  • Verkeerde oriëntatie van de warmtepomp: Het installeren van de buitenunit op een manier dat het geluid in een andere richting wordt uitgestraald, weg van de perceelgrens.

3.3 Keuze van warmtepompmodel

De keuze van het juiste model kan ook een groot verschil maken. Warmtepompen met een lager geluidsvermogen, zoals modellen die onder de Ecodesign Directive vallen, kunnen bijdragen aan een beter akoestisch klimaat. Daarnaast zijn er warmtepompen die speciaal zijn ontworpen voor gebruik in stedelijke omgevingen, waarbij geluidsoverlast extra in het oog wordt gehouden.

3.4 Akoestisch onderzoek en rapportage

Voor projecten met meerdere warmtepompen of in complexe situaties is het aan te raden om een uitgebreid akoestisch onderzoek uit te voeren. Dit onderzoek moet het cumulatieve geluidsniveau van alle installaties bepalen en aantonen dat het woon- en leefklimaat niet negatief wordt beïnvloed.

De resultaten van dit onderzoek moeten worden opgenomen in een vergunningaanvraag of omgevingsvergunning. Dit is vooral van belang in gevallen waarin het bevoegd gezag een afwijkingsvergunning toekent of waarin er sprake is van een kruimelgevallenlijst. Het onderzoek moet duidelijk aantonen dat aan de eisen van artikel 3.8 Bouwbesluit 2012 is voldaan.

Deel IV: Conclusie

Artikel 3.8 Bouwbesluit 2012 speelt een centrale rol bij de toepassing van warmtepompen in woningbouwprojecten. Het legt duidelijke eisen vast met betrekking tot de geluidbelasting die buitenunits mogen uitoefenen op de perceelgrens. Deze norm geldt zowel voor nieuwbouw als bestaande woningen en is van toepassing bij elke installatie van een warmtepomp.

In de praktijk is het echter niet altijd mogelijk om simpelweg aansluiting te maken bij deze norm. Bijvoorbeeld bij meerdere installaties op één perceel of wanneer de warmtepomp zich op een gevel bevindt die grenst aan een appartement, is het noodzakelijk om extra aandacht te besteden aan de cumulatieve geluidbelasting en de akoestische situatie van de naastgelegen woningen.

Akoestische berekeningen, rekenhulpprogramma’s en akoestische onderzoeken zijn belangrijke hulpmiddelen om aan de eisen van artikel 3.8 Bouwbesluit te voldoen. Daarnaast kunnen praktische maatregelen zoals het plaatsen van de warmtepomp op voldoende afstand van de perceelgrens, het gebruik van geluidsdempende kasten en trillingdempende maatregelen een grote rol spelen bij het beperken van geluidsoverlast.

Voor woningeigenaren, installateurs en gemeentelijke ambtenaren is het van groot belang om zich bewust te zijn van deze eisen en de praktische toepassing ervan. Op deze manier kan het woon- en leefklimaat van omwonenden worden behouden terwijl tegelijkertijd gebruik wordt gemaakt van duurzame verwarmingstechnologieën.

Bronnen

  1. Hekkelman advocaten en notarissen – Warmtepompen en geluidbelasting in het bestemmingsplan
  2. Catch Legal – Warmtepomp plaatsen: goed idee, maar let wel goed op
  3. ALKLIMA – Visie tijdens consultatieronde Bouwbesluit
  4. CoolMark – Rekentool geluid voor buitenunits airconditioners en warmtepompen

Related Posts