Daikin Warmtepomp: Instellingen en Optimalisatie voor Energetisch Efficiënt Verwarmen en Tapwater

Inleiding

De inzet van warmtepompen zoals de Daikin Altherma LWP (Lucht-Water Warmtepomp) is een belangrijke stap in de richting van energiezuinige en duurzame woningbouw. Toch blijkt uit ervaringen van gebruikers dat de werkelijke prestaties van dergelijke systemen vaak aanzienlijk kunnen afwijken van de theoretische rendementen. In deze artikel geef ik een overzicht van de kritische punten die zijn aangetroffen bij een Daikin warmtepompinstallatie, met een focus op de instellingen die van invloed zijn op het rendement, het energieverbruik en de efficiëntie van het systeem.

Deze informatie is gebaseerd op een uitgebreide casus beschreven in de blog van een particulier gebruiker. De casus toont aan dat zelfs bij een goed uitgevoerde installatie, instellingen zoals de aanvoerwatertemperatuur, de dT-waarde en de regeling van de warmtepomp essentieel zijn voor het optimaliseren van het rendement.

De rol van instellingen in het rendement van een Daikin warmtepomp

Een warmtepomp zoals de Daikin Altherma EHBX08C3V + ERLQ006CV3 maakt gebruik van de omgevingstemperatuur om warmte op te wekken. Het rendement van deze warmtepomp wordt uitgedrukt in de COP (Coefficient of Performance), wat aangeeft hoeveel warmte er per kWh elektriciteit wordt geleverd. Hoe lager de benodigde uitgangstemperatuur van het warmtetransportmiddel (in dit geval water), hoe hoger de COP.

Voor een zo energiezuinig mogelijke werking zijn er een aantal instellingen die cruciaal zijn:

  • CV-bedrijf instellen op weersafhankelijke regeling
  • Zo laag mogelijke aanvoerwatertemperaturen
  • Regeling instellen op "langzaam" met een dT van 5K

In de casus blijkt dat de dT-waarde voor verwarmen oorspronkelijk op 10K was ingesteld, terwijl het voor koelen op 5K stond. Door het aanpassen van deze instelling naar 5K is het rendement iets verbeterd, maar het bleef nog steeds beneden verwachting. Dit duidt op een complexe interactie tussen de warmtepomp, de regeling, en het warmtetransportsysteem.

Weersafhankelijke regeling

Een weersafhankelijke regeling past het energieverbruik van de warmtepomp automatisch aan de buitentemperatuur aan. Dit zorgt ervoor dat de warmtepomp niet constant op vol vermogen draait, wat energieverspilling met zich meebrengt. In de casus werd aanbevolen om de regeling op dit type in te stellen, wat betekent dat de warmtepomp efficiënter werkt in variabele weersomstandigheden.

Aanvoerwatertemperatuur

De aanvoerwatertemperatuur bepaalt de hoeveelheid warmte die de warmtepomp moet leveren. Een lage aanvoerwatertemperatuur zorgt voor een hoger rendement, omdat de warmtepomp minder hard moet werken. De casus duidt aan dat het instellen op zo laag mogelijke temperaturen essentieel is voor het optimaliseren van de COP.

dT-waarde en regelingssnelheid

De dT-waarde geeft de temperatuurverschil aan tussen het afgiftepunt en de retourtemperatuur. Een kleinere dT-waarde (zoals 5K in plaats van 10K) betekent dat de warmtepomp minder ver moet gaan met de temperatuur, wat het rendement verhoogt. In de casus werd aanbevolen om op "langzaam" te instellen met een dT van 5K, wat een significante invloed kan hebben op de efficiëntie van het systeem.

Probeerfouten en communicatieproblemen

Hoewel de warmtepomp op technische vlak goed geïnstalleerd was, bleek het werkelijke rendement te dalen onder verwachting. Dit leidde tot een langdurig proces van meettaken en communicatie tussen de gebruiker, de installateur en Daikin. De gebruiker heeft zelf uitgebreide metingen uitgevoerd met gekalibreerde kWh-meters en warmtemeters, en heeft de resultaten gedeeld met Daikin om de oorzaken van het lage rendement te achterhalen.

Een van de belangrijkste conclusies uit de analyse van Daikin was dat de warmtepomp vaak korte aan/uit-cycli doorloopt, wat het rendement negatief beïnvloedt. Dit kan veroorzaakt worden door bijvoorbeeld lucht in het systeem of een ongeschikt instelbaar vermogen voor tapwaterverwarming.

De rol van de naregeling

In de casus speelde de naregeling van Siemens een cruciale rol. De gebruiker ontdekte dat de klepstanden en ruimtetemperaturen logboeken werden bijgehouden, wat leidde tot de conclusie dat de naregeling mogelijk verantwoordelijk was voor de korte aan/uit-cycli. Daarom werd aanbevolen om deze regeling verder te analyseren bij Siemens.

Communicatie met de leverancier

Een ander probleem bleek te zijn dat de communicatie tussen de gebruiker en Daikin niet altijd efficiënt verliep. De gebruiker moest zelf actief worden om de meetresultaten te delen en de installateur in gebreke te stellen. Uiteindelijk leidde dit tot een uitgebreide meetsessie met gekalibreerde apparatuur en een verbeterde analyse.

Technische onderhoudsadviezen

Naast instellingen zijn ook onderhoudsmaatregelen essentieel voor het behoud van het rendement van een warmtepomp. In de casus werden een aantal aanbevolen onderhoudsmaatregelen genoemd:

  • Plaatsing van de buitenunit: De buitenunit werd aanbevolen op een hoogte van 20 cm boven de grond te plaatsen om sneeuwproblemen te voorkomen.
  • Reiniging van de verdamper: De dunne metalen plaatjes in de verdamper van de buitenunit moeten regelmatig gereinigd worden. Dit kan gedaan worden met een huis-tuin-en-keuken stofzuiger of een compressor. Kromme plaatjes kunnen gerepareerd worden met een verdamperkam.
  • Magnetische vuilafscheider: Een magnetische vuilafscheider voor de binnenunit werd geïnstalleerd om het systeem schoon te houden en te voorkomen dat vuil of andere deeltjes het systeem beïnvloeden.

Nieuwe generatie warmtepompen

De gebruiker werd uitgenodigd voor een event waarbij de nieuwste generatie Daikin warmtepompen werd gepresenteerd. Deze apparaten tonen verbeteringen in rendement, vooral voor tapwaterverwarming, en zijn standaard uitgerust met benodigdheden zoals een magnetische vuilafscheider. Daarnaast is de organisatie van Daikin sterk geprofessionaliseerd, wat betekent dat veel van de problemen die in de casus zijn aangetroffen, bij nieuwe installaties niet meer voorkomen.

Conclusie

De casus van de Daikin Altherma warmtepomp toont aan dat het optimaliseren van het rendement van een warmtepomp niet alleen afhankelijk is van de kwaliteit van de installatie, maar ook van de juiste instellingen en regelingen. Het instellen van een weersafhankelijke regeling, het gebruik van lage aanvoerwatertemperaturen en het aanpassen van de dT-waarde naar 5K zijn essentieel voor het behalen van een zo energiezuinig mogelijke werking.

Daarnaast is het belangrijk om rekening te houden met technische details zoals de hoogte van de buitenunit, de reiniging van de verdamper, en het gebruik van een magnetische vuilafscheider. Deze maatregelen helpen om het rendement van de warmtepomp te behouden en mogelijke problemen te voorkomen.

Hoewel de casus een aantal uitdagingen opleverde, leidde het uiteindelijk tot een beter begrip van het systeem en verbeterde samenwerking met Daikin. De gebruiker benadrukt dat de nieuwere generaties van warmtepompen verbeteringen bieden en dat het professioneelere beleid van Daikin het gebruik van warmtepompen gemakkelijker en efficiënter maakt.

Bronnen

  1. vdstoel.nl

Related Posts