Drukmeting en foutopsporing bij warmtepompen: Essentiële tips voor installateurs en gebruikers

Het functioneren van een warmtepomp is sterk afhankelijk van het evenwicht in de drie circuits waaruit het systeem bestaat: het broncircuit, het koudemiddelcircuit en het afgiftesysteem. Mislukt er op één van deze plekken een proces, dan kan dit leiden tot een storing. Bij moderne warmtepompen zijn meestal meerdere sensoren aanwezig die temperatuur, druk en flow controleren. Echter, ook zonder ingebouwde diagnostiek is het mogelijk om fouten op te sporen, zolang men de juiste tools en kennis heeft. Dit artikel richt zich op de rol van drukmetingen, de betekenis van hoge en lage drukfouten, en hoe deze fouten verholpen kunnen worden.


Inleiding

Een warmtepomp is een ingewikkeld thermodynamisch systeem dat warmte uit een bron (zoals lucht, grond of water) opneemt en deze via een compressor en warmtewisselaar afgeeft aan het CV-systeem of het sanitair water. Voor een optimaal functioneren is het belangrijk dat elk circuit voldoende flow heeft. Wordt er onvoldoende warmte opgenomen, of is er geen voldoende warmteafgifte, dan kan dit leiden tot een verkeerd werpende compressor of zelfs schade aan het systeem. In dat geval geeft de warmtepomp meestal een storingscode of melding. Maar hoe herken je deze fouten en wat betekent een drukprobleem in de praktijk?


Drukmetingen bij warmtepompen: Waarom en hoe?

Bij warmtepompen is het meten van druk een essentieel onderdeel van foutopsporing en het onderhouden van efficiëntie. De druk in het koudemiddelcircuit is een maat voor de hoeveelheid warmte die wordt overgedragen. Te hoge of te lage drukwaarden zijn vaak tekenen van een storing.

Waarom druk belangrijk is

In het koudemiddelcircuit werkt de warmtepomp met specifieke drukwaarden om het koudemiddel te verdampen en condenseren. Bij een hoge druk kan het koudemiddel niet volledig condenseren, wat leidt tot oververhitting van de compressor. Bij een te lage druk daarentegen kan het koudemiddel niet volledig verdampen, wat het proces van warmteopname verstoort.

Bij de meeste moderne warmtepompen zijn de drukwaarden afleesbaar via het bedieningspaneel. Dit maakt het mogelijk om snel in te grijpen bij afwijkingen. Echter, bij het handmatig testen van het systeem, is het gebruik van een drukmeter een handig hulpmiddel. In combinatie met een thermometer en een magnetische rotatietester is het mogelijk om snel de oorzaak van het probleem te identificeren.

Hoe druk wordt gemeten

De meeste warmtepompen beschikken over ingebouwde druk- en temperatuursensoren. Deze sensoren geven een continu beeld van de druk in het koudemiddelcircuit. Als het systeem niet goed functioneert, kan men met behulp van een externe drukmeter de drukwaarden verifiëren.

Een handige aanvulling op deze metingen is het meten van de temperatuur in de verschillende punten van het circuit. Dit kan worden gedaan met een thermomete of een infraroodthermometer. Door het temperatuurverschil (delta-T) tussen de aanvoer en retour te meten, kan men afleiden of er voldoende flow is. Een klein temperatuurverschil wijst op een verhoogde kans op verstopping of defecte pomp.


Hoge druk in het koudecircuit: Oorzaken en oplossingen

Een hoge druk in het koudecircuit is meestal een teken dat er onvoldoende warmte kan worden afgestaan aan het afgiftesysteem. Hierdoor blijft het koudemiddel langer in de condenser, wat leidt tot een stijging van de druk. De meest voorkomende oorzaken zijn:

  • Defecte CV-pomp: De CV-pomp zorgt voor de circulatie van het warmtevoerwater. Als deze niet functioneert, kan er geen warmte worden afgegeven.
  • Verstopte leidingen of filters: Verstopingen in het afgiftesysteem beperken de flow en leiden tot drukopbouw.
  • Dichte kranen of afsluitkleppen: Als de kranen niet volledig open zijn, kan het water niet vrij vloeien.
  • Lucht in het systeem: Lucht in de leidingen belemmert de circulatie en kan leiden tot storingen.
  • Problemen met de warmtewisselaar: Als de wisselaar verstopt zit of niet efficiënt werkt, kan het systeem niet voldoende warmte afgeven.

Hoe herken je een hoge drukstoornis?

  • De warmtepomp geeft een storingscode (zoals HPC of H1).
  • Het afgiftesysteem verwarmt langzaam of niet.
  • De compressor blijft langer draaien dan normaal.
  • Het koudemiddelcircuit raakt oververhit.

Oplossingen voor hoge druk

  1. Controleer de CV-pomp: Gebruik een magnetische rotatietester om te checken of de pomp actief is.
  2. Controleer op verstoppingen: Controleer de filters en leidingen op verstopingen. Als nodig, schoon of vervang deze.
  3. Controleer kranen en afsluitkleppen: Zorg dat alle kranen en kleppen volledig open staan.
  4. Ontlucht het systeem: Als er lucht in het systeem zit, voer een ontluchtprocedure uit.
  5. Controleer de warmtewisselaar: Controleer of de wisselaar verstopt is. Als de onderkant warm is en de bovenkant koud, is er sprake van een verstopping.
  6. Controleer de koptemperatuur van de compressor: Als deze richting de 100 °C gaat, kan dat wijzen op te weinig koelmiddel in het systeem. Dit is een taak voor een geaccrediteerde installateur.

Lage druk in het koudecircuit: Oorzaken en oplossingen

Lage druk in het koudecircuit wijst vaak op een probleem met het broncircuit, waar warmte wordt opgenomen. Als er onvoldoende flow is in dit circuit, kan er geen warmte worden onttrokken aan de bron (zoals lucht of grondwater), wat leidt tot een drukdaling.

Meest voorkomende oorzaken

  • Defecte bronpomp of ventilator: Als de bronpomp of ventilator niet functioneert, kan er geen voldoende flow worden gecreëerd.
  • Verstopte PWW-verdamper: Een verstopte verdamper belemmert de warmteopname.
  • Lucht in het broncircuit: Lucht belemmert de circulatie en kan leiden tot het invriezen van de verdamper.
  • Niet-gevulde of onjuist gecontroleerde glycoltoevoeging: Glycol wordt vaak toegevoegd om vorstschade te voorkomen. Een onjuiste concentratie kan leiden tot een verlaagde beveiligingstemperatuur.

Hoe herken je lage drukstoornissen?

  • De warmtepomp geeft een storingscode (zoals LPC of L1).
  • De verdamper vriest gedeeltelijk of volledig.
  • De retourtemperatuur van het broncircuit is te laag.
  • De compressor start vaak kort na elkaar of werkt niet optimaal.

Oplossingen voor lage druk

  1. Controleer de bronpomp en ventilator: Controleer of deze actief zijn en draaien.
  2. Controleer de PWW-verdamper: Als de onderkant warm blijft en de bovenkant koud wordt, is er sprake van een verstopping. Controleer op slijtage of afzetting.
  3. Controleer op lucht in het circuit: Voer een ontluchtprocedure uit.
  4. Controleer de glycolconcentratie: Gebruik een refractometer om de beveiligingstemperatuur te bepalen. Bij onvoldoende glycoltoevoeging dient deze aan te worden vult.
  5. Controleer de delta-T in het broncircuit: Een te klein temperatuurverschil wijst op een verlaagde flow.

Bivalentie en drukproblemen: Waarom het fout kan gaan

Een bivalent systeem is een systeem waarin een warmtepomp wordt aangevuld met een andere warmtebron, zoals een HR cv-ketel. In theorie lijkt dit een logische aanvulling, maar in de praktijk kunnen er problemen ontstaan als de warmtebron niet op de juiste manier wordt ingezet.

Waarom het fout kan gaan

Een warmtepomp functioneert optimaal bij lage afgiftetemperaturen. Als de ketel echter wordt ingezet om het water op te warmen tot een hogere temperatuur (bijvoorbeeld van 40 naar 90 graden), kan dit leiden tot een stijging van de druk in het circuit. De warmtepomp verwacht op zijn retour een temperatuur van bijvoorbeeld 35 graden, maar krijgt nu een retourtemperatuur van 90 graden. Dit leidt tot een drukverschil dat de compressor kan schaden en tot een storingsmelding kan resulteren.

Oplossing

Om dit te voorkomen, dient het keteldeel ook op lage temperatuur te functioneren. Dit betekent dat de ketelthermostaat laag moet staan, en dat het gehele afgiftesysteem op lage temperatuur moet functioneren. Bij een correct uitgevoerde bivalentie is er geen probleem, maar bij een verkeerde combinatie van hoge- en lage temperatuur kan het systeem niet optimaal functioneren.


Flowproblemen: De basis van alle stoorfenomenen

Flow is een essentieel onderdeel van het functioneren van een warmtepomp. Zowel in het broncircuit als in het afgiftesysteem dient er voldoende circulatie te zijn. Wordt de flow belemmerd, dan kan dat leiden tot stoorfenomenen.

Waarom flow belangrijk is

Flow zorgt ervoor dat er voldoende warmte kan worden opgenomen en afgegeven. Bij een te lage flow kan het koudemiddel niet voldoende warmte opnemen of afstaan, wat leidt tot een verlaagde efficiëntie en eventueel storingen.

Hoe flow wordt gemeten

Flow kan indirect worden gemeten via het temperatuurverschil (delta-T) tussen de aanvoer en de retour. Een groter delta-T wijst op een grotere flow. Een klein delta-T wijst op een verlaagde flow. Deze meting is meestal mogelijk via de bedieningsunit van de warmtepomp.


Onderhoud en preventie van drukproblemen

Ondanks het feit dat moderne warmtepompen uitgerust zijn met sensoren en automatische foutmeldingen, is regelmatig onderhoud essentieel om problemen te voorkomen. Hieronder een aantal tips:

  1. Regelmatig filters schoonmaken of vervangen: Filters kunnen verstopt raken, wat de flow vermindert.
  2. Schoonmaak van de verdamper en condenser: Afzettingen op deze componenten kunnen de efficiëntie verlagen.
  3. Controleren van glycolconcentratie: Gebruik een refractometer om de beveiligingstemperatuur te bepalen.
  4. Controle op lucht in het systeem: Onregelmatig ontluchten voorkomt storingen.
  5. Controle van pompactiviteit: Controleer regelmatig of de CV- en bronpomp functioneren.

Conclusie

Drukmetingen en foutopsporing bij warmtepompen zijn essentiële onderdelen van het functioneren en onderhouden van deze systemen. Een correct functionerend systeem vereist voldoende flow in alle drie circuits: bron, koudemiddel en afgifte. Wordt de flow belemmerd, dan kan dit leiden tot hoge of lage drukstoornissen, die op hun beurt schade kunnen veroorzaken aan de compressor of het afgiftesysteem.

Het gebruik van een drukmeter, in combinatie met temperatuurmetingen en visuele inspecties, maakt het mogelijk om problemen snel te herkennen en te verhelpen. Bij complexere situaties of bij het bijvullen van koudemiddel is het raadzaam om hulp in te roepen van een geaccrediteerde installateur. Met het juiste onderhoud en een goed begrip van het systeem kan een warmtepomp jarenlang efficiënt functioneren.


Bronnen

  1. Warmtepomp-installatie tips
  2. Storingen bij warmtepompen

Related Posts