Vertrektemperatuur en efficiëntie van warmtepompen: Een praktische gids voor optimalisatie

Inleiding

Een warmtepomp is een efficiënte oplossing voor ruimteverwarming en tapwaterverwarming in moderne woningen. Het werkt door warmte uit de omgeving (lucht, grond of water) te onttrekken en op te tillen naar een gebruikersvriendelijke temperatuur. De efficiëntie van deze processen wordt vaak uitgedrukt in de COP (Coefficient of Performance) en SCOP (Seasonal Coefficient of Performance). Deze waarden geven inzicht in hoe goed een warmtepomp werkt bij verschillende buitentemperaturen en seizoensgebonden omstandigheden. Het begrijpen van deze parameters is van groot belang bij het bepalen van de vertrektemperatuur van een warmtepomp, een onderwerp dat vaak niet expliciet maar wel cruciaal is voor het optimaliseren van energieverbruik en comfort.

In dit artikel wordt de vertrektemperatuur van een warmtepomp behandeld, met aandacht voor de impact van deze temperatuur op het rendement, het energieverbruik en het comfort. Daarnaast wordt ingegaan op het instellen van de thermostaat, het begrip van de stookgrens en de keuze van de juiste warmtepomp in de context van Nederlandse klimaatomstandigheden. Het doel is om een duidelijk, feitelijke en toepasbare gids te bieden voor eigenaren, installateurs en professionals in de bouwsector.

Wat is de vertrektemperatuur van een warmtepomp?

De vertrektemperatuur van een warmtepomp verwijst naar de temperatuur waarop de verwarmingssystemen worden uitgeschakeld of verlaagd wanneer de woning leeg is of er geen direct comfort is vereist. Deze temperatuur heeft een directe invloed op het energieverbruik van het systeem. Omdat warmtepompen gevoelig reageren op buitentemperaturen, is het van belang om de vertrektemperatuur zo te kiezen dat de warmtepomp efficiënt blijft werken.

Invloed van buitentemperatuur op COP

De COP van een warmtepomp is afhankelijk van de buitentemperatuur. Hoe lager de buitentemperatuur, hoe lager de COP. Dit komt doordat de warmtepomp harder moet werken om het benodigde warmtevermogen te leveren. Bij een buitentemperatuur van -20°C kan de COP aanzienlijk dalen ten opzichte van een temperatuur van 20°C. Daarom is het bij lage vertrektemperaturen van belang om de verwarmingssystemen zo in te stellen dat de warmtepomp niet continu in een inefficiënte modus draait.

De SCOP biedt een betere weergave van het jaarlijks gemiddelde rendement van een warmtepomp, aangezien deze rekening houdt met seizoensgebonden variaties in buitentemperatuur. Bij het kiezen van een vertrektemperatuur is het dus ook handig om rekening te houden met de SCOP-waarde van de warmtepomp, omdat deze beter aangeeft hoe het apparaat zich gedraagt over een hele winterperiode.

Deel- versus vollastwerking

Een warmtepomp kan zowel in deel- als in vollastmodus werken. Bij deellast werkt de warmtepomp efficiënter, aangezien het niet in de hoogste modus draait. Daarom is het aan te raden om de vertrektemperatuur zo te kiezen dat de warmtepomp vaker in deel- dan in vollastmodus werkt. Dit kan bijvoorbeeld bereikt worden door de thermostaat op een iets lagere waarde te zetten bij vertrek of in de nacht, zodat het systeem niet volledig moet aanslaan om de gewenste temperatuur te behouden.

Thermostaatinstellingen voor vloerverwarming en vertrektemperatuur

Voor degenen die vloerverwarming gebruiken, zijn er aanbevolen instellingen voor de thermostaat die het energieverbruik kunnen beperken zonder in te boeten aan comfort. Deze instellingen zijn gebaseerd op het principe dat vloerverwarming langzaam en consistent warmte afgeeft, waardoor het mogelijk is om de temperatuur iets lager te houden dan bij radiatoren.

Ochtendtemperatuur: 20°C

Een comfortabele ochtendtemperatuur van 20°C is voor vloerverwarming voldoende. Het aanraden is om de thermostaat 2 uur voor het opstaan in te stellen, zodat de warmtepomp of cv-ketel op tijd begint met verwarmen. Omdat de vloer goed geïsoleerd is, blijft de warmte goed binnen en kan de verwarming 30 minuten voor vertrek veilig worden uitgeschakeld.

Dagtemperatuur bij afwezigheid: 18°C

Bij afwezigheid gedurende de dag is het aan te raden om de thermostaat op 18°C in te stellen. Dit zorgt voor een balans tussen energiebesparing en comfort. Zelfs bij het werken vanuit huis is het verstandig om de temperatuur niet te verlagen naar niveaus die te weinig comfort bieden. Ongeveer 30 minuten voor vertrek kan de temperatuur verlaagd worden naar 18°C om energie te besparen.

Avondtemperatuur: 20°C

Voor wie overdag buitenshuis werkt, is het aan te raden om de thermostaat 1 à 1,5 uur voor thuiskomst in te stellen op een comfortabele temperatuur van 20°C. Na thuiskomst kan de temperatuur geleidelijk worden verlaagd naar een nachttemperatuur, zodat het systeem efficiënter werkt en het comfort in de avonduren wordt behouden.

Temperatuur tijdens vakantie: 12°C

Tijdens vakantie of langdurige afwezigheid is een vertrektemperatuur van 12°C voor vloerverwarming voldoende. Dit voorkomt het risico op bevroren leidingen en zorgt voor energiebesparing. Het nadeel is dat de woning bij thuiskomst enkele uren nodig heeft om op temperatuur te komen, maar dit is meestal aanvaardbaar.

De stookgrens en de invloed op vertrektemperatuur

De stookgrens is een technische parameter die aangeeft bij welke maximale buitentemperatuur een cv-ketel of warmtepomp aanslaat. Bij buitentemperaturen boven deze grens wordt de verwarming uitgeschakeld, omdat het systeem voldoende warmte uit de omgeving kan halen. Het correct instellen van de stookgrens is van groot belang voor de efficiëntie van het verwarmingssysteem.

Wat is de stookgrens?

De stookgrens ligt meestal tussen 12°C en 16°C, afhankelijk van de bouwconstructie en het isolatie-niveau van de woning. Bij een hogere isolatie is een lagere stookgrens mogelijk, omdat de woning minder warmte verliest naar de buitenlucht. Het is aan te raden om de stookgrens jaarlijks te controleren, met name in de voor- en najaar, om ervoor te zorgen dat de ketel of warmtepomp correct werkt.

Impact op vertrektemperatuur

De stookgrens heeft een directe invloed op de vertrektemperatuur. Als de stookgrens te hoog is ingesteld, kan de warmtepomp of cv-ketel te vaak aanslaan, wat leidt tot verhoogd energieverbruik. Aan de andere kant, een te lage stookgrens kan leiden tot onvoldoende verwarming in koude weersomstandigheden. Het is daarom belangrijk om deze parameter nauwkeurig af te stemmen op de specifieke situatie van de woning.

Kiezen van de juiste warmtepomp

Het kiezen van de juiste warmtepomp is een essentieel onderdeel van een efficiënt verwarmingssysteem. Het rendement van een warmtepomp hangt niet alleen af van de buitentemperatuur, maar ook van de technische specificaties van het apparaat zelf. Een warmtepomp die goed werkt bij de meest voorkomende buitentemperatuur in Nederland (meestal tussen 7°C en 15°C) is meestal efficiënter dan een apparaat dat alleen goed presteert bij extreem lage temperaturen.

Deel- en vollastprestaties

Het is belangrijk om rekening te houden met zowel de deellast- als de vollastprestaties van een warmtepomp. Een warmtepomp die goed werkt bij deelbelasting is vaak efficiënter in de meeste situaties, omdat het vaker in deze modus draait. Een warmtepomp die alleen beter presteert bij vollast kan in de praktijk minder efficiënt zijn, omdat het vaak niet in die modus draait.

Integrated value versus peak load value

De integrated value is een betere indicator van het daadwerkelijke rendement van een warmtepomp in de praktijk, omdat deze rekening houdt met factoren zoals het ontdooien van het buitendeel. De peak load value geeft alleen de maximale capaciteit van de warmtepomp weer, zonder rekening te houden met omstandigheden zoals ontdooicycli. Het is aan te raden om bij de aankoop van een warmtepomp rekening te houden met de integrated value, omdat deze een eerlijker beeld geeft van de werkelijke efficiëntie.

Hybride systemen

In gevallen waarin de warmtepomp in extremen koude omstandigheden niet voldoende warmte kan leveren, kan overgegaan worden op een hybride systeem. Dit betekent dat een elektrische back-up wordt gebruikt in zeldzame gevallen waarin de warmtepomp niet voldoende warmte kan leveren. Hoewel het elektriciteitsverbruik in deze gevallen tijdelijk hoger is, is het energieverbruik de rest van het jaar doorgaans lager, waardoor het systeem als geheel efficiënter kan zijn.

Conclusie

De vertrektemperatuur van een warmtepomp speelt een cruciale rol in de efficiëntie van het verwarmingssysteem. Het kiezen van een optimale vertrektemperatuur helpt om energie te besparen zonder in te boeten aan comfort. Door rekening te houden met factoren zoals de buitentemperatuur, de stookgrens en de eigenschappen van de warmtepomp zelf, kan een woning efficiënter en duurzamer worden verwarmd.

Het instellen van de thermostaat op de juiste waarden, het controleren van de stookgrens en het kiezen van een warmtepomp die goed werkt bij de meest voorkomende buitentemperatuur zijn belangrijke stappen in deze richting. Bovendien is het aan te raden om rekening te houden met zowel deel- als vollastprestaties van de warmtepomp, en eventueel een hybride systeem in overweging te nemen bij extreme kou.

Een goed ingestelde warmtepomp draagt niet alleen bij aan een lagere energierekening, maar ook aan een duurzamere woning en een comfortabel leefmilieu.

Bronnen

  1. Klimaatexpert: COP, SCOP en rendement van warmtepompen
  2. Loxone: Thermostaat instellen voor vloerverwarming
  3. Stimular: Juiste instelling van de stookgrens
  4. Viessmann: Technologie en vermogens van warmtepompen

Related Posts