Het aandeel van warmtepompen in de Nederlandse woningbouw in 2025

De overstap naar duurzame verwarmingssystemen is in volle gang in Nederland. In het kader van het klimaatbeleid en de streef naar CO2-neutrale woningen, heeft de overheid subsidieprogramma’s zoals de ISDE (Investeringssubsidie Duurzame Energie) ingevoerd om de overgang naar warmtepompen te stimuleren. Het aandeel van warmtepompen in de woningbouw, zowel in bestaande als nieuwe woningen, is daarom een cruciale maatstaf voor de duurzame energietransitie. In dit artikel wordt ingegaan op de huidige positie van warmtepompen in Nederlandse woningen, met aandacht voor regionale verschillen, de groei van de markt en de rol van hybride systemen.


Inleiding

In 2025 is het aandeel van warmtepompen in de woningbouw nog steeds relatief beperkt, maar de groeicurves zijn duidelijk. Uit recente onderzoeken blijkt dat bijna 4,5% van alle woningen in Nederland een gesubsidieerde warmtepomp heeft. Deze cijfers vertonen echter grote variatie op lokaal niveau. Gemeenten als Tubbergen (16,2%) en Schagen (15,3%) liggen ver voorop, terwijl steden zoals Amsterdam (1,3%) en Rotterdam (1,1%) nog steeds relatief weinig warmtepompen gebruiken. De overheid streeft naar een gasvrij woningbouwbestand en stimuleert dus actief de toepassing van warmtepompen. In dit artikel wordt gekeken naar de huidige situatie van warmtepompen in de woningbouw, de trends, de rol van subsidies en de toekomstige kansen en uitdagingen.


Aandeel warmtepompen in de Nederlandse woningbouw

De huidige marktpenetratie van warmtepompen in de woningbouw is in 2025 ongeveer 4,5%. Dit betekent dat ruim 375.000 woningen op dit moment zijn uitgerust met een warmtepomp. Het CBS en andere bronnen tonen aan dat de toepassing van warmtepompen in de woningbouw sterk varieert per regio.

Regionale verschillen

De regio’s waar het aandeel warmtepompen het hoogst is, liggen vooral in het noordwesten van Nederland. In Tubbergen (Overijssel) heeft 16,2% van de woningen een warmtepomp, gevolgd door Schagen (Noord-Holland) met 15,3%. Deze cijfers zijn aanzienlijk hoger dan het landelijk gemiddelde van 4,5%. In gemeenten in Friesland en Drenthe is ook een hoger aandeel te vinden. Zo heeft bijvoorbeeld Blaricum 27,5% van de woningen met een warmtepomp, wat het tot koploper maakt in dit spectrum.

Aan de andere kant zijn er ook gemeenten waar het aandeel warmtepompen zeer laag is. In Rotterdam, Zwijndrecht en Dordrecht ligt het aandeel onder de 3%, waardoor deze steden als relatief achterblijvers worden beschouwd. Deze verschillen kunnen te maken hebben met regionale beleidskeuzes, bewustwording van duurzaamheid en de beschikbaarheid van subsidies.

Invloed van subsidies

De ISDE-subsidie is een belangrijke factor in de aanschaf van warmtepompen. Sinds 2016 hebben ruim 376.000 woningeigenaren gebruikgemaakt van deze regeling. De subsidies zijn echter niet gelijk verdeeld. De provincie Noord-Brabant is het subsidiekampioen, met bijna 65.000 subsidieaanvragen, gevolgd door Gelderland (bijna 51.000) en Zuid-Holland (bijna 50.000). Op gemeenteniveau is Amsterdam het koploper in het aantal subsidieaanvragen, met 6.397, gevolgd door Groningen en Eindhoven.

De noordelijke provincies tonen een hoger relatief aandeel van warmtepompsubsidieaanvragen. In Drenthe heeft 7,6% van de woningen een warmtepomp, terwijl het percentage in Friesland op 6,9% ligt en in Groningen op 6,8%. In Zuid-Holland daarentegen is het percentage woningen met een warmtepomp 2,8%, wat lager is dan in de noordelijke regio’s. Deze gegevens duiden op een regionale spreiding die niet alleen door subsidies wordt beïnvloed, maar ook door andere factoren zoals klimaat, bouwjaar en isolatieniveau van de woningen.


Groei van de warmtepompmarkt

De markt voor warmtepompen is in de afgelopen jaren sterk gegroeid. In 2024 is het aantal aanvragen voor warmtepompen zelfs records, wat aantoont dat het steeds populairder wordt onder woningeigenaren. Dit is ook te zien in de cijfers van het CBS, dat de afzet van warmtepompen bijhoudt.

In 2024 zijn er 375.330 warmtepompen van buitenlucht aangeschaft, vergeleken met 427.946 in 2023. Hoewel het aantal in 2024 iets lager is dan in 2023, is het aandeel hybride warmtepompen sterk toegenomen. In 2024 was 42% van de verkochte buitenlucht-waterwarmtepompen hybride, wat gelijk is aan het percentage in 2023. Hybride warmtepompen zijn systemen die samenwerken met een aardgasketel en worden vaak gebruikt in minder goed geïsoleerde woningen, wat de investeringskosten kan verlagen.

Tijdreeksanalyse

Om de groei van de warmtepompmarkt beter te begrijpen, is het nuttig om naar de tijdreeksen te kijken. Vanaf 2014 tot 2024 zijn de vermogenscijfers van warmtepompen gestegen. In 2014 was het vermogen van buitenlucht-luchtwarmtepompen 7.260 kW, terwijl dit in 2024 op 5.459 kW staat. Voor buitenlucht-waterwarmtepompen is er een iets andere trend: het vermogen was in 2014 10.224 kW en in 2024 7.352 kW. Deze cijfers duiden op een verandering in het type warmtepompen dat wordt gebruikt, met een duidelijke toename van hybride systemen.


Warmtepompen in nieuwe woningen

Het aandeel van warmtepompen in nieuwe woningen is in de afgelopen jaren toegenomen, aangedreven door regelgeving en subsidiebeleid. In 2024 zijn er 2.017.981 woningen in Nederland, waarvan 3.504 zijn uitgerust met een warmtepomp. Het aandeel is hier dus 0,17%. Dit percentage is laag, maar er is sprake van een duidelijke groei. In 2023 was het aandeel 0,18% (3.071 warmtepompen op 1.666.800 woningen), en in 2022 was het 0,10% (1.655 warmtepompen op 1.263.598 woningen).

De toename van het aandeel in nieuwe woningen is mede te danken aan het feit dat vanaf 2024 warmtepompen minimaal energielabel A++ moeten hebben om subsidie te ontvangen. Dit heeft geleid tot het aanschaffen van efficiëntere en duurzamere systemen. Daarnaast heeft het bouwbedrijf steeds meer aandacht besteed aan duurzame oplossingen, wat heeft geleid tot meer toepassing van warmtepompen in nieuwbouw.


Hybride warmtepompen

Een belangrijke ontwikkeling in de warmtepompmarkt is de opkomst van hybride warmtepompen. Deze systemen combineren een warmtepomp met een aardgasketel en worden vaak gebruikt in woningen die minder goed geïsoleerd zijn. Hybride warmtepompen zijn efficiënter dan traditionele aardgasketels en kunnen helpen bij de overstap naar gasvrije verwarming, zonder dat de woning volledig gerenoveerd hoeft te worden.

In 2024 was 42% van de verkochte buitenlucht-waterwarmtepompen hybride, wat aantoont dat dit type systemen steeds populairder wordt. Het voordelen van hybride warmtepompen zijn vooral zichtbaar in minder goed geïsoleerde woningen, waar de investeringskosten lager zijn dan bij het volledig aardgasvrij maken van de woning.


Uitdagingen in de overgang naar warmtepompen

De overgang naar warmtepompen is niet zonder uitdagingen. Eén van de grootste obstakels is de hoge investering die nodig is voor het aanschaffen en installeren van een warmtepomp. Voor een gemiddelde woning ligt de kosten tussen €8.000 en €15.000, afhankelijk van het type warmtepomp en de bouwstatus van de woning. Ondanks de subsidies is deze investering voor veel woningeigenaren nog steeds aanzienlijk.

Daarnaast is er ook sprake van een tekort aan vakmensen die warmtepompen installeren en onderhouden. Dit leidt tot langere wachttijden en een langzaamere uitrol van warmtepompen. Ook is het belangrijk dat woningen voldoende geïsoleerd zijn om warmtepompen efficiënt te laten werken. In minder goed geïsoleerde woningen is het energieverbruik van een warmtepomp hoger, wat het rendement vermindert.


Toekomstige trends en beleidsmaatregelen

De toekomst van warmtepompen in de woningbouw hangt sterk af van beleidsmaatregelen en technologische ontwikkelingen. In 2025 zijn er al enkele maatregelen genomen om de overgang naar warmtepompen te versnellen. Zo is de ISDE-subsidie verlengd tot 2026 en zijn er extra steunregelingen voor woningen die moeilijk te renoveren zijn.

Daarnaast wordt er hard gewerkt aan de beschikbaarheid van vakkrachten. De overheid investeert in opleidingen en subsidies voor bedrijven die extra mensen opleiden voor de warmtepompinstallatie. Dit is een essentieel onderdeel van de energietransitie, omdat het tekort aan vakmensen het tempo van de overgang beïnvloedt.

Op technologisch vlak zijn er ook nieuwe ontwikkelingen. Nieuwe generaties van warmtepompen worden ontwikkeld die efficiënter werken en minder onderhoud vereisen. Deze ontwikkelingen zullen het aandeel van warmtepompen in de woningbouw verder stoten.


Conclusie

Het aandeel van warmtepompen in de Nederlandse woningbouw is in 2025 nog steeds beperkt, maar de groeicurves zijn duidelijk. Momenteel heeft 4,5% van de woningen een warmtepomp, met grote variaties per regio. De noordelijke provincies en gemeenten zoals Tubbergen en Blaricum zijn in de voorsprong, terwijl steden zoals Amsterdam en Rotterdam relatief weinig warmtepompen gebruiken. De ISDE-subsidie speelt een belangrijke rol in de uitrol van warmtepompen en heeft geleid tot een stijgende marktpenetratie.

De groei van de warmtepompmarkt is in de afgelopen jaren aanzienlijk geweest, met name door de opkomst van hybride systemen. Deze systemen zijn efficiënter en geschikt voor minder goed geïsoleerde woningen, wat de overgang naar gasvrije verwarming versnelt. De overgang is echter niet zonder uitdagingen, zoals de hoge investeringen en het tekort aan vakkrachten. De toekomstige trends en beleidsmaatregelen zullen van groot belang zijn voor de verdere uitrol van warmtepompen in de woningbouw.


Bronnen

  1. Independer.nl - Warmtepompen in Nederland
  2. CBS - Statistiek warmtepompen
  3. HomeQgo - Warmtepompmonitor
  4. CBS - Hernieuwbare energie in Nederland 2024

Related Posts