Geluidnormen voor warmtepompen en buitenunits volgens artikel 3.8 Bouwbesluit 2012

De toepassing van warmtepompen is in Nederland een belangrijke stap in de energietransitie. Ze vormen een duurzame alternatief voor conventionele verwarmingsinstallaties en worden steeds vaker ingezet in zowel nieuwbouw als renovatieprojecten. Toch blijft het gebruik van warmtepompen niet zonder technische en juridische kaders. Een belangrijk aspect hierbij is de geluidshinder die deze installaties kunnen veroorzaken, met name wanneer de buitenunit van de warmtepomp dicht bij woningen geplaatst wordt.

Het Bouwbesluit 2012, in combinatie met het Activiteitenbesluit, stelt duidelijke eisen met betrekking tot de geluidsproductie van buitenunits van warmtepompen. Deze regels zijn van toepassing op zowel nieuwbouwprojecten als bouwactiviteiten in bestaande woonomgevingen. Deze artikelen, en in het bijzonder artikel 3.8 lid 2, bepalen het maximaal toegestane geluidniveau op de perceelgrens tussen een perceel met een warmtepomp en een perceel met een woonfunctie. De norm is uitgebreid en verduidelijkt gemaakt in de praktijk door jurisprudentie van de Raad van State, onderzoek van akoestische instanties, en aanvullende rekentools zoals die van het Ministerie van Binnenlandse Zaken.

In dit artikel bespreken we de inhoud van artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit 2012, de praktische implementatie van deze norm in het kader van het opstellen van bestemmingsplannen, de juridische betekenis van cumulatieve geluidshinder, en de rol van de omgevingsvergunning bij het plaatsen van buitenunits. We geven ook een overzicht van de beschikbare rekentools en richtlijnen voor installateurs en woningeigenaren.


Wat bepaalt artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit 2012?

Artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit 2012 stelt een duidelijke norm op voor het geluidsniveau dat mag worden gegenereerd door buitenunits van warmtepompen. Deze norm geldt sinds 1 april 2021 en bepaalt dat de geluidshinder op de perceelgrens met een perceel dat een woonfunctie heeft, maximaal 40 dB(A) mag bedragen. Deze norm geldt voor zowel nieuwbouw als bestaande woningen, wat betekent dat de regel niet alleen van toepassing is op nieuwe projecten, maar ook bij renovaties of aansluitingen van warmtepompen in bestaande woningen.

De norm houdt echter alleen rekening met de geluidshinder van één enkele warmtepomp. Het betreft dus een unieke geluidsbuurt, waarbij de impact van meerdere warmtepompen niet wordt meegenomen. Dit heeft gevolgen voor de juridische toepassing van deze norm, zoals blijkt uit jurisprudentie en praktische ervaringen in de bouwsector.


Praktische uitdagingen bij het toepassen van de norm

Hoewel artikel 3.8 lid 2 een duidelijke technische norm bepaalt, blijkt in de praktijk dat het toepassen van deze norm niet zonder complicaties verloopt. Vooral in dicht bebouwde omgevingen, zoals smalle rijtjeswoningen of appartementengebouwen, ontstaan uitdagingen bij het bepalen van de juiste locatie voor de buitenunit.

Een van de voornaamste problemen is dat de afstand tot de perceelgrens vaak klein is, waardoor het moeilijk is om de norm van 40 dB(A) te halen. Dit betekent dat er vaak akoestische berekeningen nodig zijn om te bepalen waar de buitenunit geplaatst kan worden zonder de wettelijke normen te overtreden. Ook dient te worden gekeken naar de cumulatieve geluidsproductie in gebouwen met meerdere warmtepompen.

In een dergelijke situatie is het akoestisch onderzoek verplicht. Dit geldt bijvoorbeeld in bestemmingsplanwijzigingen of in gevallen waarbij het bestemmingsplan wordt afgeweken om warmtepompen toe te staan. De Raad van State heeft in een uitspraak van 4 augustus 2021 benadrukt dat een verwijzing naar artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit alleen voldoende is wanneer sprake is van één warmtepomp. Bij meerdere warmtepompen moet de cumulatieve geluidsbelasting worden beoordeeld.


Cumulatieve geluidshinder en bestemmingsplannen

In woningbouwprojecten met meerdere woningen is het toepassen van de norm van 40 dB(A) op de perceelgrens niet altijd voldoende. In dergelijke gevallen moet ook rekening worden gehouden met de cumulatieve geluidshinder die ontstaat door meerdere warmtepompen in hetzelfde gebouw of op hetzelfde perceel.

De Raad van State benadrukt in een uitspraak dat een verwijzing naar artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit niet voldoende is als het gaat om meerdere warmtepompen. In dit geval moet de cumulatieve geluidsbelasting worden bepaald en moet worden onderzocht of deze leidt tot een aanvaardbaar woon- en leefklimaat voor de omwonenden.

Voorbeeldsituaties waarbij de cumulatieve geluidsbelasting een rol speelt:

  • Appartementengebouwen met meerdere warmtepompen per appartement
  • Nieuwbouwprojecten waarbij meerdere woningen in een rij zijn gebouwd
  • Reconstructieprojecten in bestaande bebouwde zones

In dergelijke gevallen is het akoestisch onderzoek verplicht, en kunnen er geluidsvoorschriften worden opgenomen in de omgevingsvergunning.


Bouwvergunning en omgevingsvergunning voor warmtepompen

Een veel gestelde vraag bij de installatie van warmtepompen is of een bouwvergunning of omgevingsvergunning nodig is. In artikel 2 van bijlage II van het Activiteitenbesluit zijn bepaalde bouwactiviteiten zonder vergunning geregeld. Deze bevat bijvoorbeeld een bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan in het achtererfgebied, mits aan bepaalde eisen wordt voldaan.

Bijvoorbeeld, een buiteneenheid van een warmtepomp kan worden geplaatst in het achtererfgebied, mits deze niet hoger is dan 1 meter en aan andere eisen voldoet. In dergelijke gevallen is geen omgevingsvergunning nodig.

Toch geldt dat in sommige gevallen wel een vergunning vereist is, bijvoorbeeld wanneer het bestemmingsplan niet toelaat dat een warmtepomp op een bepaalde locatie geplaatst wordt. In dat geval is er een afwijkingsvergunning nodig, die toelaat dat het bestemmingsplan wordt afgeweken. Ook in dit geval geldt dat de geluidsbelasting moet worden beoordeeld als onderdeel van de toets aan de goede ruimtelijke ordening.


Rekenhulpmiddelen voor geluidsbelasting

Om te bepalen of een warmtepomp voldoet aan de geluidsvoorschriften van artikel 3.8 lid 2, is het handig om gebruik te maken van een rekentool. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken heeft in samenwerking met diverse organisaties een dergelijke tool ontwikkeld. Deze tool maakt gebruik van akoestische berekeningen om een schatting te geven van de geluidsproductie van een warmtepomp of airco-buiteneenheid.

De tool is gericht op zowel grondgebonden situaties als buitenunits bij appartementengebouwen. Voor grondgebonden situaties zijn drie verschillende scenario’s opgenomen, terwijl er vijf scenario’s zijn voor appartementenbouw. De tool stelt gebruikers in staat om vooraf te bepalen of ze voldoen aan de gestelde geluidsvoorschriften, zodat eventuele wijzigingen in de bouwplannen op tijd gedaan kunnen worden.

Deze rekentool is een waardevolle bijdrage aan de juridische en technische toepassing van de geluidsvoorschriften. Het helpt zowel installateurs, woningeigenaren en gemeenten om te voorkomen dat de geluidsbelasting van een warmtepomp de wettelijke normen overschrijdt.


Juridische toepassing en rechtspraak

De Raad van State heeft in verschillende uitspraken ingevoegd dat het toepassen van artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit niet zonder akoestisch onderzoek mogelijk is. In een uitspraak van 24 maart 2021 werd benadrukt dat een verwijzing naar deze norm niet voldoende is wanneer het gaat om geluidsbelasting op de gevel van appartementen. In dergelijke gevallen moet worden onderzocht of er aanvaardbare geluidsbelasting heerst, ook al is er geen perceelgrens aanwezig.

In een uitspraak van 2 september 2020 werd een schoolgebouw geëvalueerd met drie warmtepompen op het dak. De Raad van State oordeelde dat de geluidsbelasting van deze warmtepompen ruimschoots onder de toelaatbare waarden lag, zodat geen cumulatieve geluidsbelasting aan de orde was. Deze uitspraak benadrukt dat het akoestisch onderzoek essentieel is bij het toepassen van artikel 3.8 lid 2.


Geluidsvoorschriften en de goede ruimtelijke ordening

Bij de uitspraak op een afwijkingsvergunning is het noodzakelijk dat de geluidsvoorschriften worden opgenomen. Deze voorschriften dienen in het belang van de goede ruimtelijke ordening te zijn. In de praktijk zullen dergelijke voorschriften meestal voldoen aan deze eisen, aangezien het doel is om geluidsoverlast te beperken.

De kruimelgevallenlijst is een instrument dat in sommige gevallen wordt gebruikt om een afwijkingsvergunning te verlenen. Hoewel dit proces eenvoudiger is dan een volledige voorbereidingsprocedure, blijft het noodzakelijk om aandacht te besteden aan de geluidsbelasting. In dit geval kan het bevoegd gezag aansluiten bij de norm van artikel 3.8 lid 2 van het Bouwbesluit.


Samenvatting

De toepassing van warmtepompen in de Nederlandse woningbouw brengt met zich mee dat er aandacht moet worden besteed aan geluidsbelasting. Het Bouwbesluit 2012, en in het bijzonder artikel 3.8 lid 2, bepaalt een maximaal geluidsniveau van 40 dB(A) op de perceelgrens met een woonfunctie. Deze norm geldt zowel voor nieuwbouw als bestaande woningen.

In de praktijk blijkt echter dat het toepassen van deze norm niet zonder complicaties verloopt. In dicht bebouwde omgevingen kan het moeilijk zijn om aan deze norm te voldoen. Daarom is akoestisch onderzoek verplicht, met name bij meerdere warmtepompen of bij afwijkingsvergunningen.

De Raad van State heeft benadrukt dat een verwijzing naar artikel 3.8 lid 2 alleen voldoende is bij één warmtepomp. Bij meerdere warmtepompen moet de cumulatieve geluidsbelasting worden beoordeeld. Ook moet worden onderzocht of er sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat, bijvoorbeeld op de gevel van appartementen.

Voor installateurs en woningeigenaren is het handig om gebruik te maken van rekentools zoals die van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Deze tools helpen om vooraf te bepalen of een warmtepomp voldoet aan de geluidsvoorschriften.

In het kader van bestemmingsplannen en afwijkingsvergunningen is het belangrijk om rekening te houden met de goede ruimtelijke ordening. Geluidsvoorschriften kunnen worden opgenomen in de vergunning, mits ze in het belang zijn van een aanvaardbaar woon- en leefmilieu.


Bronnen

  1. Hekkelman Advocaten en Notarissen – Warmtepompen en geluidbelasting in het bestemmingsplan
  2. CoolMark – Rekentool geluid voor buitenunits airconditioners en warmtepompen

Related Posts