Wetgeving riolering en nieuwbouw: Impact op de bouwsector

De bouwsector staat voor een belangrijke uitdaging: de naleving van de wetgeving op het gebied van riolering en afvalwaterafvoer. In het kader van de Omgevingswet, die per 1 januari 2024 in werking treedt, verandert de verplichting tot het opstellen van een verbreden Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP) in een nieuw beleid. Hierbij moet de gemeente haar beleid ten aanzien van de gemeentelijke watertaken vastleggen in de Omgevingsvisie, het Omgevingsplan en het Omgevingsprogramma. Daarbij wordt aangeraden om het vGRP om te dopen tot een “Water- en rioleringsprogramma” (Wrp), dat dieper in gaat op de beleidskeuzes en de dienstverlening die aan de burgers wordt geboden.

In dit artikel bespreken we de invloed van de wetgeving op de nieuwbouw, de toepassing van de watertoets, de keuze van materialen, de aanpak van waterveiligheid, en de verantwoordelijkheden van zowel de gemeente als de particuliere aansluitingen.

Watertoets en aanpassing van het bouwproces

Bij nieuwbouw wordt zowel uitbreiding als renovatie van bestaande gebouwen beschouwd als een situatie die omgevingsvergunning plichtig is. De gemeente en het Hoogheemraadschap hanteren het uitgangspunt dat nieuwbouw situaties onderling afstemmen volgens de systematiek van de watertoets. Dit houdt in dat verschillende factoren worden geanalyseerd, waaronder de vloerpeilen, de waterberging, de riolering, de waterveiligheid en de drinkwaterbesparing.

De gemeente streeft ernaar om bij nieuwbouw een volledig gescheiden inzameling en verwerking van afval- en hemelwater te realiseren, zolang de lokale situatie dit toelaat. Dit houdt in dat het hemelwater op eigen terrein wordt verwerkt, en overtollig water gescheiden wordt aangeleverd bij het vuilwater. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het terugbrengen van het hemelwater in de bodem, het watersysteem of de riolering.

Materialen en keuze voor duurzaamheid

Bij het aanleggen van particuliere rioleringen zijn er specifieke richtlijnen voor het gebruik van materialen. Voor de afvoer van regenwater (H.W.A.) moet bruine pvc-buizen worden gebruikt, terwijl droogweerafvoer (D.W.A.) grijze pvc-buizen vereist. Deze keuze is van belang voor de duurzaamheid en de levensduur van de riolering. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan het gebruik van gerecyclede materialen, mits de levensduur van deze producten bewezen is.

De gemeente zet in op het klimaatadaptief inrichten van straten, zoals het toepassen van grasbetontegels en het aanleggen van wadi’s. Hierbij wordt zo min mogelijk kunststof wegendoek in de grond gebruikt en wordt er zoveel mogelijk vergroend. Waar mogelijk worden kolken van de wegen direct aangesloten op oppervlaktewater, in plaats van het riool.

Verantwoordelijkheden van de gemeente en de particulieren

De gemeente is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van het openbare rioleringssysteem, terwijl particulieren verantwoordelijk zijn voor hun eigen riolering. Volgens de wetgeving moeten particuliere aansluitingen op de riolering worden aangevraagd en beoordeeld op hun geschiktheid. De gemeente kan een last onder dwangsom opleggen voor het opruimen van het materiaal, op basis van de gemeentewet en de omgevingswet.

De rechthebbende is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van het particulier riool, tenzij het onjuist gebruik van het riool de oorzaak is van de problemen. In dat geval lopen de kosten voor rekening van de rechthebbende. Ook dient de rechthebbende ervoor te zorgen dat de door hem gebruikte aansluiting vrij blijft van aanslag en slib.

Investeringen en renovatie

De gemeente plaatst investeringen in de planperiode, waaronder de vervanging en renovatie van vrijverval riolering, gemalen en drukriolering. In tabel 7.2 wordt een overzicht gegeven van de geplande investeringen. In de komende jaren wordt geschat dat circa 500 meter riolering per jaar vervangen of gerelined moet worden. Relining is goedkoper dan vervangen, omdat bij relining de straat niet hoeft te worden opgebroken. Hierdoor is er een besparing mogelijk.

Voor de gemalen zijn de investeringen voor vervanging of renovatie bepaald op basis van de technische levensduur. Voor de drukriolering is het in de praktijk gebruikelijk dat gemiddeld per jaar 25 drukrioleringspompen vervangen moeten worden, twee centrale voedingskasten en gemaalcomputers. Dit wordt ook voor de komende planperiode verwacht.

Opleveringsinspectie en reiniging

Direct na de uitvoering van rioleringswerkzaamheden wordt een opleveringsinspectie uitgevoerd. Hierbij wordt de begintoestand van de riolering vastgelegd. Als uit de opleveringsinspectie blijkt, dat er cruciale gebreken in de riolering aanwezig zijn, dan dienen deze gebreken gerepareerd te worden door de aannemer. Bij bestaande riolering of nieuw aangelegde voorzieningen die in beheer worden overgenomen door de gemeente, wordt eerst een opleveringsinspectie uitgevoerd om de toestand van de riolering vast te leggen.

Reiniging van de riolering is van belang om de afvoercapaciteit te behouden. Ieder jaar bepaalt de gemeente welke riolen gereinigd moeten worden en dit wordt vastgelegd in het operationele plan. Riolen waarvan bekend is dat deze snel vervuilen, worden frequenter gereinigd dan andere riolen.

Conclusie

De wetgeving op het gebied van riolering en nieuwbouw heeft een grote impact op de bouwsector. De gemeente moet zorgen voor een veilige en duurzame afvoer van afvalwater, terwijl particulieren verantwoordelijk zijn voor hun eigen riolering. De keuze van materialen, het aanleggen van waterveiligheid, en het onderhoud van het systeem zijn belangrijke factoren die worden beïnvloed door de wetgeving. Door de juiste maatregelen te nemen, kan de gemeente ervoor zorgen dat de riolering efficiënt en duurzaam functioneert.

Bronnen

  1. Wetgeving riolering en nieuwbouw
  2. Riolering en afvalwaterafvoer
  3. Afvalwater en riolering

Related Posts