Wetgeving rond riolering in Vlaanderen: Belangrijke vereisten en impact op stedelijke ontwikkeling

De wetgeving rond riolering in Vlaanderen heeft in de afgelopen jaren aanzienlijke veranderingen ondergaan, met als doel het beheer van afvalwater en hemelwater te verbeteren en te versterken. De Vlaamse overheid heeft in het kader van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) een nieuw artikel 4.3.9 opgenomen, dat betrekking heeft op het beheer van afvalwater en hemelwater in stedelijke projecten. Deze wettelijke maatregel is van cruciaal belang voor ontwikkelaars, bouwondernemers en particulieren die te maken hebben met riolering en afvoer van afvalwater. In dit artikel wordt nader ingegaan op de kernpunten van deze wetgeving, de impact op het ontwerp van gebouwen en de noodzaak van een juiste afvoer van water.

Belangrijke vereisten voor riolering in Vlaanderen

De inwerkingtreding van artikel 4.3.9 VCRO op 1 januari 2025 heeft tot gevolg dat er een decretaal beoordelingselement is toegevoegd aan de wetgeving. Dit betekent dat de vergunningsaanvraag van een project kan worden geweigerd als niet aan de vereisten wordt voldaan. De belangrijkste vereisten zijn:

  1. Afvoer van afvalwater: De aanvrager moet aantonen dat het afvalwater op de juiste manier wordt afgevoerd. Dit kan via een aansluiting op een gescheiden openbaar rioleringsstelsel. Indien dit niet mogelijk is, moet er een alternatief worden voorzien, zoals een IBA (Individuele Behandeling van Afvalwater), dat voldoet aan de geldende wetgeving en technische voorschriften.

  2. Beheer van hemelwater: De wetgeving legt een sterke nadruk op het voorkomen van rechtstekelijke lozing van hemelwater in de riolering. Het is daarom essentieel dat er afdoende maatregelen zijn voorzien, zoals buffering, infiltratie of vertraagde lozing. In bepaalde gebieden met een verhoogd overstromings- of verzadigingsrisico kan een (water)technische studie nodig zijn om de gekozen oplossing te motiveren.

  3. Beoordeling van projecten: Projecten in of nabij overstromingsgevoelige gebieden worden strenger beoordeeld. Mogelijke beschermingsmaatregelen of compensaties moeten worden voorzien. Daarnaast moet het effect van de aanvraag op de omgeving worden geëvalueerd.

Toepassing op het ontwerp van gebouwen

De wetgeving heeft ook gevolgen voor het ontwerp van gebouwen, vooral bij het aanvragen van vergunningen. De nieuwe vereisten maken het belangrijk om rekening te houden met het beheer van afvalwater en hemelwater in een vroeg stadium van het project. Dit betekent dat ontwerpers en bouwondernemers moeten zorgen voor een juiste afvoer van afvalwater en het beheren van hemelwater.

Bij het aanvragen van een verkavelingsvergunning moeten de nieuwe loten worden aangesloten op een openbare riolering. Indien dat niet mogelijk is, moet de aanvrager zelf zorgen voor een collectieve of individuele waterzuiveringsinstallatie. Voor kleine projecten, zoals een enkelvoudige bouwkavel, kan ook de aanleg van een septische put volstaan. De gemeente moet daarbij de juiste situatie opvragen en de aanvraag op basis daarvan beoordelen.

Invloed van de wetgeving op het gebruik van IBA’s

De wettelijke vereisten hebben ook gevolgen voor de toepassing van IBA’s (Individuele Behandeling van Afvalwater) in het buitengebied. Per 1 januari 2008 zijn er nieuwe wettelijke regelingen van kracht voor lozingen in het buitengebied. Deze regelingen zijn vertaald naar afspraken die aangeven hoe om te gaan met bestaande en nieuwe ongerioleerde huishoudelijke lozingen.

Nieuwe lozingen moeten direct voldoen aan de nieuwe eisen, terwijl bestaande lozingen nog tot 2027 de tijd krijgen om hier aan te voldoen. De eisen houden in dat iedere ongerioleerde lozing moet worden voorzien van een zuiveringsvoorziening, minimaal een verbeterde septic tank (IBA klasse 1) conform de eisen van de Regeling lozing afvalwater huishoudens. Dit betekent dat voor 2027 alle kleine septic tanks vervangen moeten zijn door een nieuwe voorziening.

Beheer en onderhoud van rioleringssystemen

De wetgeving heeft ook gevolgen voor het beheer en onderhoud van rioleringssystemen. De gemeente Hulst heeft een riolrechtverordening opgesteld, waarin de hoogte van de rioolheffing wordt vastgesteld. Deze heffing is gebaseerd op het drinkwaterverbruik. Voor panden waar geen watermeter aanwezig is, wordt de heffing gebaseerd op het aangesloten verhard oppervlak.

In het gebied van het waterschap zijn er diverse maatregelen om het rioleringssysteem in stand te houden. Onderhoud (reinigen en repareren) van de voorzieningen is essentieel om het functioneren van het rioleringssysteem te garanderen. Het onderhoud van zowel de vrijverval riolering als de overige objecten wordt uitgevoerd volgens een op hoofdlijnen vastgesteld onderhoudsschema. Dit schema is in overleg met de waterbeheerder en de zuiveringsbeheerder opgesteld.

Conclusie

De wetgeving rond riolering in Vlaanderen heeft betrekking op het beheer van afvalwater en hemelwater in stedelijke projecten. De nieuwe vereisten, zoals de inwerkingtreding van artikel 4.3.9 VCRO, hebben tot gevolg dat er een decretaal beoordelingselement is toegevoegd aan de wetgeving. Dit betekent dat de vergunningsaanvraag van een project kan worden geweigerd als niet aan de vereisten wordt voldaan. De wetgeving heeft ook invloed op het ontwerp van gebouwen, het gebruik van IBA’s en het beheer en onderhoud van rioleringssystemen. Het is daarom belangrijk dat ontwerpers, bouwondernemers en particulieren rekening houden met de nieuwe vereisten en voldoen aan de wettelijke eisen.

Bronnen

  1. De Vlaamse overheid en de rioleringstoets
  2. Reglement voor het waterschap Zeeuws-Vlaanderen
  3. Wetgeving voor riolering in het buitengebied
  4. Rioolaansluitingen in het buitengebied

Related Posts