Isolatie van woningen speelt een steeds belangrijkere rol in de verduurzaming van het woningbouwbestand in Nederland. In de context van klimaatdoelen en energiebesparing worden steeds strengere eisen gesteld aan de isolatie van woningen. Tegelijkertijd worden subsidies aangeboden om woningeigenaren te ondersteunen bij het isoleren van hun woning. Deze subsidies worden onder andere geregeld via de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE), een regeling van het Rijksvastgoedbedrijf (RVO).
Deze artikel geeft een overzicht van de huidige regels en subsidies voor isolatiemaatregelen, met een focus op de voorwaarden, de beschikbare subsidiebedragen, en de specifieke vereisten voor verschillende isolatievormen. Verder wordt ingegaan op de standaarden en streefwaarden voor woningisolatie, evenals op de rol van biobased isolatiematerialen en de invloed van deze regels op monumentale woningen.
Algemene voorwaarden voor isolatie en subsidieaanvraag
Voor een woningeigenaar is het belangrijk om zich bewust te zijn van de algemene voorwaarden die gelden voor isolatiemaatregelen en subsidieaanvragen. Deze voorwaarden zijn van toepassing op alle isolatievormen en zijn bedoeld om ervoor te zorgen dat de isolatie effectief wordt uitgevoerd en dat de subsidies aan de juiste kant worden toegekend.
1. Isolatie moet eerst gebeuren, daarna subsidieaanvraag
Een van de belangrijkste voorwaarden is dat de isolatie eerst moet worden uitgevoerd voordat een subsidieaanvraag kan worden ingediend. De woningeigenaar mag pas subsidie aanvragen binnen 24 maanden na de uitvoering van de isolatiemaatregel. Dit betekent dat de werkzaamheden eerst worden uitgevoerd en daarna pas de financiering wordt aangevraagd.
2. Alleen het huidige woningoppervlak is relevant
De subsidies zijn alleen geldig voor het huidige oppervlak van de woning. Indien er sprake is van een aanbouw, nieuwe verdieping, nieuwe dakkapel of een garage die wordt meegenomen in de woning, dan ontvangt de eigenaar geen subsidie voor deze uitbreiding. Ook bij het afbreken en opnieuw opbouwen van een deel van de woning is subsidie niet toegestaan.
3. Professionele uitvoering is verplicht
De isolatie moet worden uitgevoerd door een bouw(installatie)bedrijf. Eigenaars mogen de isolatie niet zelf uitvoeren. Dit geldt voor alle isolatievormen, inclusief spouwmuurisolatie, gevelisolatie, dakisolatie, vloerisolatie, bodemisolatie en zoldervloerisolatie.
4. Bewijs van uitvoering: Foto’s en documentatie
Tijdens de werkzaamheden moet de woningeigenaar minstens één foto maken die duidelijk toont dat de isolatie wordt uitgevoerd op het eigen adres. Deze foto’s dienen als bewijs dat de maatregel daadwerkelijk is uitgevoerd. Daarnaast is het nodig om documentatie zoals een factuur met meldcode en het aantal m² van de isolatie bij de subsidieaanvraag in te dienen.
5. Subsidie mag slechts één keer worden aangevraagd per isolatievorm
Per soort isolatie (bijvoorbeeld spouwmuur-, gevel- of vloerisolatie) mag een woningeigenaar subsidies slechts één keer aanvragen. Indien eerder een maatregel is uitgevoerd, kan er geen tweede aanvraag worden gedaan voor dezelfde isolatievorm.
Subsidiebedragen per isolatievorm
De subsidies worden berekend op basis van het aantal vierkante meters dat geïsoleerd wordt en het type maatregel dat wordt uitgevoerd. Bij het combineren van meerdere maatregelen, bijvoorbeeld spouwmuurisolatie met HR glas of dakisolatie, is het subsidiebedrag hoger.
De volgende tabel geeft een overzicht van de subsidiebedragen per isolatievorm in 2025, zowel voor één maatregel als voor meerdere maatregelen:
| Type isolatie | 1 maatregel (€ per m²) | 2+ maatregelen (€ per m²) |
|---|---|---|
| Spouwmuurisolatie | 5,25 | 10,50 |
| Vloerisolatie | 5,50 | 11 |
| Dakisolatie | 16,25 | 32,50 |
| Gevelisolatie | 20,25 | 40,50 |
| Bodemisolatie | 3 | 6 |
| Zoldervloerisolatie | 4 | 8 |
Daarnaast zijn er extra subsidiebedragen beschikbaar voor biobased (natuurlijke) isolatiematerialen. Deze subsidies zijn bovenop het standaardbedrag te verrekenen, zowel bij één als bij meerdere maatregelen.
| Type isolatie | Extra subsidie voor biobased (€ per m²) |
|---|---|
| Spouwmuurisolatie | 1,50 |
| Vloerisolatie | 2 |
| Zoldervloerisolatie | 1,50 |
| Gevelisolatie | 6 |
| Dakisolatie | 5 |
| Bodemisolatie | 1 |
Een voorbeeld: bij een vloerisolatie van 30 m² met een biobased materiaal ontvangt de woningeigenaar €5,50 + €2 = €7,50 per m². Dit betekent dat de totale subsidie €225 bedraagt.
Specifieke voorwaarden per isolatievorm
Naast de algemene voorwaarden zijn er ook specifieke eisen die gelden per isolatievorm. Deze eisen zijn afhankelijk van de bouwkundige situatie en de vereisten voor isolatiewaarden.
Spouwmuurisolatie
Spouwmuurisolatie is een van de meest voorkomende maatregelen om de warmte-isolatie van een woning te verbeteren. Bij deze maatregel wordt isolatiemateriaal in de spouwmuren van een woning aangebracht. De isolatie dient voldoende dik te zijn om aan de isolatiewaarde te voldoen. Bij bestaande isolatie mag dit niet worden meegerekend.
Gevelisolatie
Gevelisolatie omvat de isolatie van de buitenmuren van een woning. Deze maatregel is doorgaans duurder dan spouwmuurisolatie, maar biedt een hogere isolatiegraad. De subsidiebedragen zijn aanzienlijk hoger, vooral bij meerdere maatregelen. Ook bij gevelisolatie geldt dat het isolatiemateriaal professioneel moet worden aangebracht.
Dakisolatie
Dakisolatie is essentieel om warmteverlies via het dak te voorkomen. De subsidiebedragen voor dakisolatie zijn relatief hoog, aangezien het dak vaak een van de grootste bronnen van warmteverlies is. Bij dakisolatie moet rekening worden gehouden met de eventuele aanwezigheid van een zolder of vlieringvloer.
Vloerisolatie
Vloerisolatie kan worden uitgevoerd op zowel de boven- als de benedenvloer. In sommige gevallen is vloerisolatie een alternatief voor gevelisolatie of spouwmuurisolatie. Bij vloerisolatie is het belangrijk om de vloerconstructie goed te analyseren om te voorkomen dat er problemen met vocht of doorbuiging ontstaan.
Bodem- en zoldervloerisolatie
Bodemisolatie is gericht op het isoleren van de ondergrond onder de woning. Deze maatregel is doorgaans goedkoper dan gevel- of dakisolatie, maar biedt een relatief kleine bijdrage aan de totale isolatiegraad. Zoldervloerisolatie richt zich op het isoleren van het plafond van de zolder. Deze maatregel is ook goedkoper dan gevel- of dakisolatie.
Biobased isolatiematerialen
In 2025 zijn er extra subsidies beschikbaar voor woningeigenaren die kiezen voor biobased (natuurlijke) isolatiematerialen. Deze materialen zijn duurzamer en hebben vaak een lagere CO₂-voetafdruk dan conventionele isolatiematerialen. De subsidies zijn aangevuld met extra bedragen per vierkante meter, afhankelijk van de isolatievorm.
De RVO heeft een meldcodelijst opgesteld met biobased isolatiematerialen die in aanmerking komen voor extra subsidies. Deze lijst bevat materialen zoals hennep, katoen, cellulose, glasvezel en andere duurzame isolatieproducten.
Het gebruik van biobased isolatiematerialen is een goede keuze voor woningeigenaren die niet alleen energiebesparing nastreven, maar ook duurzaamheid in de bouwsector willen bevorderen. De extra subsidies maken het aantrekkelijker om deze materialen te gebruiken in isolatiemaatregelen.
Extra subsidie voor ventilatie
Bij het combineren van isolatiemaatregelen met een ventilatiesysteem is er in 2026 een extra subsidie beschikbaar. Deze subsidie bedraagt maximaal €400 en is bedoeld om de kosten van een efficiënt ventilatiesysteem te ondersteunen. De combinatie van isolatie en ventilatie is essentieel om ervoor te zorgen dat de luchtkwaliteit in de woning blijft voldoen aan de gezondheidsnormen.
Standaarden en streefwaarden voor woningisolatie
De standaarden en streefwaarden voor woningisolatie zijn opgesteld door een commissie die bestaat uit vertegenwoordigers van betrokken partijen, zoals de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Bouwend Nederland, Techniek Nederland en de Woonbond. De standaarden zijn ontstaan uit het Klimaatakkoord en zijn bedoeld om woningen te voorzien van voldoende isolatie zodat ze aardgasvrij kunnen worden.
De standaard is een advies en geeft aan wanneer een woning goed genoeg is geïsoleerd om met duurzame warmtebronnen zoals warmtepompen of warmtenetten te worden verwarmd. De standaard is toekomstvast, wat betekent dat woningen later niet opnieuw hoeven te worden geïsoleerd om voorbereid te zijn op aardgasvrij verwarmen.
Een goed geïsoleerde woning verliest minder warmte via buitenmuren, vloer, dak, ramen en deuren. Hierdoor kan de woning worden verwarmd met lage temperatuurbronnen, wat resulteert in lagere energiekosten en een lagere CO₂-uitstoot.
Isolatie in monumentale woningen
Monumentale woningen zijn jarenlang een uitdaging geweest bij isolatie, omdat de oorspronkelijke bouwtechnieken en materialen vaak niet eenvoudig te vervangen zijn. In 2026 zijn de regels voor isolatie in monumentale woningen aangepast, waardoor het makkelijker is voor eigenaars om subsidies aan te vragen.
De ISDE regeling biedt subsidies voor isolatiemaatregelen in monumentale woningen, mits aan de eisen voor historisch en esthetisch behoud is voldaan. Daarnaast zijn de regels voor glasisolatie versoepeld, wat het mogelijk maakt om oudere woningen te isoleren zonder dat het glas volledig moet voldoen aan de Ug-eisen.
De extra subsidies en versoepelde regels maken het mogelijk voor monumentale woningeigenaren om hun woning te verduurzamen, terwijl het historische karakter behouden blijft.
Financiële ondersteuning via leningen
Naast subsidies zijn er ook leningen beschikbaar om isolatiemaatregelen te financieren. Deze leningen worden aangeboden door banken en andere financiële instellingen en zijn vaak gunstiger dan reguliere hypotheekleningen. De leningen zijn bedoeld om de initiele investeringen te dekken, terwijl de subsidies en energiebesparing de terugverdientijd verkorten.
Woningeigenaren kunnen keuzes maken tussen verschillende leningen, afhankelijk van hun financiële situatie en de grootte van de investering. De beschikbaarheid van subsidies en leningen maakt het mogelijk om isolatiemaatregelen te ondernemen zonder directe druk op het budget.
Conclusie
De regels en subsidies voor isolatie van woningen zijn in 2026 verder uitgewerkt en aangepast om woningeigenaren te ondersteunen bij de verduurzaming van hun woning. De ISDE regeling biedt subsidies voor verschillende isolatievormen, inclusief extra bedragen voor biobased materialen en ventilatie. De voorwaarden zijn duidelijk en streng, met nadruk op professionele uitvoering en bewijs van uitvoering.
De standaarden en streefwaarden voor woningisolatie zijn toekomstvast en gericht op het realiseren van aardgasvrij verwarmen. Monumentale woningen krijgen extra ondersteuning via versoepelde regels en subsidies, wat het mogelijk maakt om historische woningen te verduurzamen zonder het karakter te verliezen.
De beschikbaarheid van subsidies en leningen maakt het mogelijk voor woningeigenaren om investeringen in isolatie te doen op een financieel verantwoorde manier. De combinatie van energiebesparing, duurzaamheid en subsidies maakt isolatie een aantrekkelijke optie voor eigenaars die hun woning willen verbeteren.