Beschermende isolatie in zorg- en woningbouw: protocollen, hygiëne en risicobeperking

In de zorgsector en in bepaalde situaties binnen de woningbouw is de toepassing van beschermende isolatie van groot belang voor het voorkomen van de verspreiding van infectieziekten. Beschermende isolatie dient namelijk niet om een patiënt te beschermen tegen besmettelijke ziekteverwekkers, maar om kwetsbare personen – zoals patiënten met een verminderde immuunweerstand – te beschermen tegen inkomende ziekteverwekkers van buitenaf. Dit artikel behandelt de concepten rondom beschermende isolatie, het protocol dat daarmee gepaard gaat en de rol van zorgverleners en woningbouwers bij de uitvoering van dergelijke maatregelen. De focus ligt op relevante richtlijnen, hygienemaatregelen en de toepassing in de praktijk, zowel in ziekenhuizen als in woning- en verpleegomgevingen.

Wat is beschermende isolatie?

Beschermende isolatie is een vorm van isolatie waarbij de aandacht ligt op het voorkomen van de toetreding van ziekteverwekkers naar een patiënt die verhoogd kwetsbaar is, bijvoorbeeld doordat deze een lage weerstand heeft als gevolg van behandelingen zoals chemotherapie of stamceltransplantatie. Dit type isolatie wordt ook wel “omgekeerde isolatie” genoemd, omdat de bescherming uitgaat naar de patiënt in plaats van vanaf de patiënt naar de omgeving.

Volgens de richtlijnen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en de SRI-richtlijnen is beschermende isolatie niet onderdeel van de standaardisoleringsrichtlijnen voor patiënten die infectiegevaar vormen voor anderen. De focus bij beschermende isolatie ligt op het voorkomen van exogene besmetting, dat wil zeggen besmetting die van buiten de lichaamsafweer komt. Dit betekent dat de omgeving waarin de patiënt verkeert, strikt gecontroleerd moet worden.

Toepassing in de zorgsector

In de zorgsector, vooral in ziekenhuizen en verpleegtehuizen, wordt beschermende isolatie toegepast bij patiënten met een verlaagde immuunweerstand. Denk hierbij aan patiënten die een chemotherapie of een stamceltransplantatie hebben ondergaan. Deze patiënten zijn uiterst gevoelig voor infecties en kunnen zelfs door kleine hoeveelheden ziekteverwekkers worden besmet.

Isolatiekamers

Een isolatiekamer is een speciale ruimte die is ingericht met luchtbeheersing om de verspreiding van ziekteverwekkers te beperken. Deze ruimte is voorzien van een sluis, waarin zorgverleners persoonlijke beschermingsmiddelen aantrekken of uittrekken. De luchtbeheersing zorgt ervoor dat de lucht in de kamer wordt gefilterd en dat de druk in de kamer zo is geregeld dat er geen ongewenste luchtstroom optreedt.

De RIVM-richtlijn maakt onderscheid tussen een isolatiekamer en een eenpersoonskamer. Een isolatiekamer is voorzien van specifieke luchtwissel- en drukcontrolemaatregelen, terwijl een eenpersoonskamer deze eigenschappen niet heeft. De keuze voor een van beide ruimten hangt af van de mate van infectierisico en de vereisten van de patiënt.

Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)

Bij de toepassing van beschermende isolatie is het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen van groot belang. Zorgverleners moeten zich voorzien van:

  • Onsteriele handschoenen
  • Een halterschort om hun kleding te beschermen
  • Een isolatieschort voor extra bescherming
  • Een mondneusmasker van type IIR
  • Een FFP2-masker voor bescherming tegen aërosolen

Het juiste aantrekken en afzetten van deze beschermingsmiddelen is essentieel om te voorkomen dat ziekteverwekkers worden verspreid. Foutieve hantering kan leiden tot besmetting van zowel de zorgverlener als de patiënt.

Hygiëneprotocol

Het hygiëneprotocol bij beschermende isolatie is van doorslaggevend belang. Zorgverleners moeten hun handen wassen of desinfecteren voordat en na contact met de patiënt of met oppervlakken in de isolatiekamer. Ook moet het schoonhoudersprotocol strikt worden nageleefd, waarbij oppervlakken regelmatig worden geventileerd en gedesinfecteerd.

Het gebruik van desinfecterende middelen die effectief zijn tegen bacteriën en virussen is hierbij essentieel. Daarnaast is het belangrijk dat zorgverleners weten welke middelen veilig en effectief zijn voor gebruik in de isolatieomgeving.

Toepassing in de woningbouw

Hoewel beschermende isolatie vooral wordt geassocieerd met de zorgsector, kan het ook van toepassing zijn in woningbouwprojecten, met name bij verbouwingen of nieuwbouw waarin zwakke of kwetsbare bewoners betrokken zijn. Denk bijvoorbeeld aan woningprojecten voor ouderen of mensen met chronische ziekten.

Hygiëne in woningbouwprojecten

Tijdens verbouwingen of nieuwbouwprojecten kan de inkomende lucht en stof een risico vormen voor kwetsbare bewoners. Hierbij moet de bouwer of woningbouwer zorg dragen voor een adequate hygiënevorming. Dit kan onder andere inhouden:

  • Het beschermen van interieurs tegen stof en bouwpoeder
  • Het regelmatig reinigen van oppervlakken
  • Het zorgen voor adequate ventilatie
  • Het beperken van het aantal personen die toegang krijgen tot de woning

Bij projecten waarin oudere bewoners of personen met een verlaagde immuunweerstand wonen, is het belangrijk om richtlijnen van zorginstellingen en hygienebeschermingsmaatregelen in acht te nemen. Dit geldt zowel voor tijdelijke bewoning als voor de eindige inrichting van de woning.

Communicatie en begeleiding

Zowel in de zorgsector als in de woningbouw is communicatie essentieel bij de uitvoering van beschermende isolatiemaatregelen. Zorgverleners en bouwers moeten kwetsbare personen en hun omgeving goed informeren over de doelen van de maatregelen en hoe deze worden uitgevoerd. Daarnaast is psychosociale ondersteuning belangrijk om te voorkomen dat isolatie leidt tot stress of gevoelens van eenzaamheid.

Protocollen en richtlijnen

De uitvoering van beschermende isolatie wordt geregeld door diverse richtlijnen, waaronder:

  • SRI-richtlijnen: deze richtlijnen zijn ontwikkeld door het Samenwerkingsverband Richtlijnen Infectiepreventie en zijn gericht op de voorkoming van infectieverspreiding in zorginstellingen.
  • LCI-richtlijnen (RIVM): landelijke richtlijnen voor het omgaan met infectieziekten.
  • WIP-richtlijn Beschermende isolatie [ZKH]: deze richtlijn bevat specifieke instructies voor de toepassing van beschermende isolatie in zorg- en ziekenhuisomgevingen.

Hoewel deze richtlijnen de basis vormen van het hygiëne- en isolatiebeleid, is het belangrijk om rekening te houden met de specifieke situatie van de patiënt of woning. In sommige gevallen kan het noodzakelijk zijn om afwijkende maatregelen of aanpassingen toe te passen, afhankelijk van de mate van kwetsbaarheid.

Rol van de zorgverlener en woningbouwer

De rol van de zorgverlener of woningbouwer bij beschermende isolatie is veelzijdig. Daarnaast is het belangrijk dat zowel zorgverleners als woningbouwers goed zijn opgeleid in het toepassen van isolatiemaatregelen en hygieneprotocol.

Competenties

De volgende competenties zijn essentieel bij het uitvoeren van beschermende isolatiemaatregelen:

  • Het correct toepassen van isolatiemaatregelen volgens het protocol van de instelling of bouwproject
  • Het herkennen van de passende vorm van isolatie bij verschillende infecties of woningprojecten
  • Het informeren en begeleiden van patiënten of woningbewoners bij isolatiemaatregelen
  • Het zorgen voor comfort en psychosociale ondersteuning
  • Het nemen van passende maatregelen in de thuissituatie of woning

Opleiding en training

Zowel zorgverleners als woningbouwers moeten goed worden opgeleid in het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen, het afzetten en aantrekken ervan, en het naleven van hygieneprotocol. Opleidingen zoals die van het ZorgnetwerkenAMR-digitale leerplatform en SRI-richtlijnen zijn hierin van groot belang. Deze cursussen geven niet alleen praktische kennis, maar ook inzicht in de theoretische achtergrond van infectiepreventie en isolatie.

Risicobeheersing en preventie

Bij beschermende isolatie ligt de nadruk op het voorkomen van het binnentreden van ziekteverwekkers. Dit betekent dat zowel de zorgverleners als de woningbouwers een actieve rol moeten spelen in het beheersen van infectierisico’s.

Preventie in de praktijk

In de praktijk betekent dit:

  • Het regelmatig reinigen en desinfecteren van oppervlakken
  • Het voorkomen van verontreiniging van de lucht
  • Het beperken van het aantal personen in de isolatiekamer of woning
  • Het gebruik van geschikte schoonmaakmiddelen en apparatuur
  • Het zorgen voor voldoende ventilatie en luchtfiltering

Communicatie met de patiënt of woningbewoner

Het is belangrijk om de patiënt of woningbewoner goed te informeren over de doelen en werking van de isolatiemaatregelen. Deze communicatie moet duidelijk, begripvol en gericht zijn op het behoud van de mentale en fysieke gezondheid van de persoon.

Conclusie

Beschermende isolatie is een essentieel onderdeel van het infectiepreventiebeleid in zowel de zorgsector als in de woningbouw. Het is van groot belang om de toepassing van deze maatregelen goed te begrijpen, te leren en in de praktijk te implementeren. Zorgverleners, woningbouwers en bewoners moeten samenwerken om ziekteverspreiding te voorkomen en de gezondheid van kwetsbare personen te waarborgen.

De richtlijnen en protocollen die zijn opgesteld door autoriteiten zoals het RIVM en het Samenwerkingsverband Richtlijnen Infectiepreventie vormen de basis voor het omgaan met beschermende isolatie. Het naleven van deze richtlijnen is niet alleen belangrijk voor de gezondheid van de patiënt, maar ook voor de veiligheid van zorgverleners en woningbouwers.

Door een goed begrip van de protocollen, een sterke focus op hygiëne en een duidelijke communicatie kan beschermende isolatie effectief en betrouwbaar worden toegepast, waardoor ziekteverspreiding wordt beperkt en het welzijn van kwetsbare personen wordt gewaarborgd.

Bronnen

  1. Omgang met isolatiemaatregelen
  2. WIP-richtlijn Beschermende isolatie [ZKH]
  3. Isolatierichtlijnen op Richtlijnendatabase.nl
  4. SRI-richtlijnen: isolatie Module 2.1

Gerelateerde berichten