Richtlijnen voor de beëindiging van de isolatie bij een COVID-19-besmetting

De beëindiging van isolatie bij een positief geteste of ziek verklaarde persoon met COVID-19 is een cruciale stap in de herstelproces en beheer van de ziekte. Ondanks de veranderende maatregelen en beleidslijnen die in de loop van de pandemie zijn aangepast, blijft het begrijpen van de wanneer isolatie veilig kan worden beëindigd, belangrijk voor zowel het individu als de samenleving. In dit artikel zullen we de huidige richtlijnen en aanbevelingen onderzoeken, gebaseerd op wetenschappelijke studies en medische adviezen, om te bepalen onder welke voorwaarden een persoon als niet meer besmettelijk kan worden beschouwd.

Bij woningbouw of renovatieprojecten kan het ook nodig zijn om te rekening te houden met isolatie- en hygiënezorg als er iemand in de huishouding ziek wordt. Het is daarom belangrijk dat bouw- en renovatieprofessionals, net als eigenaren, inzicht hebben in de juiste maatregelen. Deze kennis kan bijvoorbeeld van toepassing zijn op bouwplaatsen waar meerdere werknemers tegelijk werken of bij woningprojecten waar meerdere bewoners in hetzelfde gebouw wonen.

In dit artikel bespreken we hoe het besmettelijkheidsverloop van een COVID-19-besmette persoon zich ontwikkelt, welke criteria gebruikt worden om te bepalen wanneer de isolatie kan worden beëindigd, en welke ondersteunende testen of meetmethoden eventueel aan te raden zijn. We bekijken ook de praktische aspecten van het beëindigen van de isolatie, zoals het voorkomen van herbesmetting en het herstel na de ziekte.

Het besmettelijkheidsverloop van SARS-CoV-2

De besmettelijke periode van een persoon met SARS-CoV-2 (het virus dat COVID-19 veroorzaakt) is belangrijk om te begrijpen bij het bepalen van wanneer isolatie veilig kan worden beëindigd. Wetenschappelijke studies tonen aan dat de kans op overdracht van het virus het grootst is in de dagen vlak voor en direct na het begin van de symptomen.

Volgens de gegevens uit de verstrekte bronnen is de besmettelijke periode van een patiënt meestal het hoogst van 2 dagen voor tot 3 dagen na de start van de klachten. Na de vijfde dag na het begin van de symptomen neemt het risico op overdracht sterk af. Hoewel het risico tussen dag 5 en 7 niet volledig bekend is, lijkt het beperkt te zijn. De mediaan voor de duur van de uitscheiding van het virus is 8 dagen na het begin van de klachten, met een interkwartielbereik van 5 tot 11 dagen.

Na 15 dagen is de waarschijnlijkheid dat het virus nog infectieus is, minder dan 5%, wat duidt op een significant verminderde besmettelijkheid.

Criteria voor het beëindigen van de isolatie

De richtlijnen voor het beëindigen van de isolatie worden bepaald op basis van twee belangrijke factoren: de duur van de ziekte en het afwezig zijn van klachten. Deze richtlijnen zijn van toepassing op immuuncompetente personen. Voor personen met een aandoening die hun immuunsysteem compromitteert, kunnen extra maatregelen nodig zijn, zoals PCR-testen.

Algemene richtlijnen

De algemene aanbeveling is dat een persoon met COVID-19 na 5 volledige dagen vanaf de eerste klachten, en mits hij/zij minstens 24 uur klachtenvrij is, de isolatie kan beëindigen. Deze richtlijn is gebaseerd op het verloop van het virus en de waarschijnlijkheid dat het virus niet meer besmettelijk is.

Deze aanbeveling is een pragmatische keuze die ook in het landelijk beleid is ingevoerd. In maart 2023 zijn verplichte test- en isolatieadviezen voor het algemene publiek vervallen. Dit betekent dat het niet langer verplicht is om bij een positief testresultaat of bij klachten in isolatie te gaan. Echter, de besmettelijke periode van SARS-CoV-2 is niet veranderd. Besmette personen kunnen tot 10 dagen na de diagnose besmettelijk zijn, maar het risico op overdracht is na 5 dagen aanzienlijk verminderd.

Immune-compromitteerde patiënten

Voor patiënten die immuun gecompromitteerd zijn, zoals bijvoorbeeld mensen met bepaalde chronische aandoeningen of die onder behandeling zijn met immunosuppressiva, zijn extra maatregelen aan te raden. Bij deze groepen wordt vaak aanbevolen om na 5 dagen ook PCR-testen uit te voeren, met name op nasopharynx- of keelmonsters. Als de Ct-waarde lager is dan 24, kan men overwegen om de isolatie voort te zetten.

Bij patiënten die zijn beademd of een tracheostoma hebben, kan men rekening houden met meerdere monsters zoals sputum of uitzuigsel. Bij hoge Ct-waarden (bijvoorbeeld boven 30) na 14 dagen kan men besluiten om de isolatie te beëindigen.

De rol van Ct-waarden in de bepaling van besmettelijkheid

Een belangrijke parameter in de bepaling van de besmettelijkheid van een patiënt is de Ct-waarde (cycle threshold) van een PCR-test. Deze waarde geeft aan hoeveel cyclusstappen nodig zijn om het virus aan te tonen in een monster. Een lagere Ct-waarde betekent een hogere viruslast en dus een grotere kans op besmettelijkheid. Omgekeerd duidt een hoge Ct-waarde op een lage viruslast en een kleinere kans dat het virus nog kweekbaar is.

Wetenschappelijke studies zoals die van Bullard (2020), La Scola (2020) en Young (2020) tonen aan dat monsters met een hoge Ct-waarde (bijvoorbeeld hoger dan 30) meestal geen kweekbaar virus meer bevatten. Dit is een sterke indicator dat het virus niet meer besmettelijk is.

In de praktijk betekent dit dat een persoon die na 5 dagen klachtenvrij is en een hoge Ct-waarde heeft bij een PCR-test, als niet meer besmettelijk kan worden beschouwd. Dit is een belangrijk criterium bij het bepalen van wanneer de isolatie kan worden beëindigd, vooral in ziekenhuisomgevingen of bij risicopatiënten.

Praktische aspecten van het beëindigen van de isolatie

Naast de medische criteria zijn er ook praktische overwegingen belangrijk bij het beëindigen van de isolatie. Deze omvatten het voorkomen van herbesmetting, het herstel van de patiënt en het naleven van leefregels om zowel zichzelf als anderen te beschermen.

Voorkomen van herbesmetting

Hoewel de kans op besmettelijkheid na 5 dagen aanzienlijk is verminderd, is het belangrijk om voorzichtige maatregelen te nemen om herbesmetting te voorkomen. Dit is vooral van toepassing in huishoudens of werkomgevingen waar meerdere personen wonen of werken. Het gebruik van een mondneuzen of antigeentesten kan hierbij helpen om extra zekerheid te bieden.

Herstel van de patiënt

Het herstel na een COVID-19-besmetting is een belangrijk aspect dat niet mag worden verwaarloosd. Goede voeding en voldoende beweging zijn essentieel om de lichaamssamenstelling en de spiermassa te behouden. Dit is vooral belangrijk voor personen die langer ziek zijn geweest of die ernstigere klachten hebben ervaren.

Leefregels bij het beëindigen van de isolatie

Bij het verlaten van de isolatie is het aan te raden om bepaalde leefregels te volgen. Dit omvat het vermijden van dichtbij elkaar wonen met andere huishoudleden, het gebruik van een mondkapje bij het betreden van openbare ruimtes of het werken in een gemeenschappelijke ruimte, en het volgen van eventueel aanbevolen herhaalde testen of controlebezoeken bij de huisarts.

In een woningbouw- of renovatieproject kan het bijvoorbeeld belangrijk zijn om te weten dat een werknemer of eigenaar in isolatie is en hoe lang het duurt voordat hij of zij weer veilig aanwezig kan zijn op de bouwplaats of in de woning. Hierbij kunnen professionele adviezen en richtlijnen helpen om zowel veiligheid als efficiëntie te waarborgen.

Wetenschappelijke onderbouwing van de richtlijnen

De richtlijnen voor het beëindigen van de isolatie zijn wetenschappelijk onderbouwd en gebaseerd op studies die de besmettelijkheid van SARS-CoV-2 onderzoeken. De volgende studies zijn van betekenis voor de huidige aanbevelingen:

Bullard 2020

In deze retrospectieve cross-sectional studie uit Canada is aangetoond dat monsters met een RT-PCR Ct-waarde ≥ 24 en ≥ 8 dagen symptomen geen kweekbaar virus meer bevatten. Dit suggereert dat een hoge Ct-waarde een sterke indicator is voor het feit dat het virus niet meer besmettelijk is.

La Scola 2020

Deze studie, uitgevoerd in Frankrijk, toont aan dat er een duidelijke correlatie is tussen Ct-waarden en de mogelijkheid om het virus te kweken. Monsters met Ct-waarden tussen 13 en 17 leidden allemaal tot een positieve kweek, terwijl het percentage positieve kweken geleidelijk afnam bij hogere Ct-waarden. Bij Ct-waarden boven 34 werd geen enkele positieve kweek meer gevonden.

Young 2020

In deze studie uit Singapore is onderzocht hoe de viruslast en de aanwezigheid van antistoffen samenhangen met de besmettelijkheid. Het bleek dat een viruslast boven 7 log10 RNA-kopieën per ml en de aanwezigheid van IgG- en neutraliserende antistoffen sterke voorspellers zijn voor het afwezig zijn van kweekbaar virus.

Deze studies onderbouwen het gebruik van Ct-waarden en klachten als criteria voor het beëindigen van de isolatie. Ze tonen aan dat deze parameters een betrouwbare indicator zijn voor de besmettelijkheid van een patiënt.

Beperkingen en open vragen

Hoewel de huidige richtlijnen op wetenschappelijke studies zijn gebaseerd, zijn er nog enkele beperkingen en open vragen. Deze omvatten:

  1. Variatie tussen individuen: De besmettelijkheid en het herstelvarieert tussen individuen. Sommige personen kunnen langer besmettelijk zijn dan de 5-dagen-richtlijn, terwijl anderen al vroeger als niet meer besmettelijk kunnen worden beschouwd.

  2. Ongewapende varianten: De huidige richtlijnen zijn gebaseerd op studies uit de vroege fase van de pandemie. Het is mogelijk dat nieuwe varianten van het virus andere besmettelijke perioden hebben. Echter, er zijn geen duidelijke aanwijzingen in de bronnen dat dit het geval is.

  3. Lange-COVID: Sommige personen ervaren lange-COVID, waarbij klachten aanhouden na de besmettelijke periode. Deze klachten kunnen zich blijven manifesteren, ook als de patiënt niet meer besmettelijk is. Dit betekent dat het beëindigen van de isolatie niet automatisch betekent dat de persoon volledig hersteld is.

  4. Immuun-compromitteerde patiënten: Voor deze groepen zijn de huidige richtlijnen minder duidelijk. Er is meer onderzoek nodig om te bepalen hoe de besmettelijkheid bij deze personen zich ontwikkelt en welke criteria het beste zijn voor het beëindigen van de isolatie.

  5. Verandering in beleid: Aangezien de test- en isolatieadviezen voor het algemene publiek zijn vervallen, is er minder uniformiteit in het naleven van richtlijnen. Dit kan leiden tot verschillende praktijken en risico’s, vooral in omgevingen waar meerdere personen wonen of werken.

Conclusie

Het beëindigen van de isolatie bij een COVID-19-besmetting is een belangrijk moment in het herstelproces en de beheersing van de ziekte. Op basis van huidige richtlijnen en wetenschappelijke studies is de aanbevolen duur van de isolatie 5 dagen na het begin van de klachten, mits de persoon minstens 24 uur klachtenvrij is. Voor immuun-compromitteerde personen zijn extra maatregelen aan te raden, zoals PCR-testen en het overwegen van een langere isolatieperiode.

Ct-waarden spelen een cruciale rol in de bepaling van de besmettelijkheid. Een hoge Ct-waarde duidt op een lage viruslast en een kleinere kans dat het virus nog kweekbaar is. Wetenschappelijke studies zoals die van Bullard, La Scola en Young onderbouwen deze conclusies en tonen aan dat deze parameters betrouwbaar zijn.

In praktische situaties, zoals bij renovatieprojecten of in woningbouw, is het belangrijk om zowel medische richtlijnen als praktische leefregels in acht te nemen. Dit helpt om zowel de veiligheid van de patiënt als die van anderen te waarborgen. Het is ook belangrijk om te beseffen dat het beëindigen van de isolatie niet automatisch betekent dat de persoon volledig hersteld is. De herstelproces kan langer duren, vooral bij personen met ernstige klachten of lange-COVID.

Ten slotte is het belangrijk om rekening te houden met de beperkingen en open vragen rondom de huidige richtlijnen. Nieuwe studies en beleidsveranderingen kunnen leiden tot aanpassingen in de aanbevelingen. Het is daarom verstandig om regelmatig te controleren of er nieuwe richtlijnen zijn uitgevaardigd, vooral in professionele omgevingen waar veiligheid en efficiëntie belangrijk zijn.

Bronnen

  1. Richtlijnen database: Infectiepreventie - Niet meer besmettelijk na COVID-19
  2. Wanneer kun je stoppen met het isoleren van COVID?
  3. RIVM: Richtlijnen voor COVID-19

Gerelateerde berichten