Vergunningvrije bouwactiviteiten en de regels rondom riolering

In de hedendaagse bouwpraktijk zijn er specifieke regels voor vergunningvrije bouwactiviteiten en de aanleg van riolering. Deze regels zijn van belang voor zowel bouwbedrijven als particulieren die een verbouwing of nieuwbouw uitvoeren. In dit artikel worden de regels van toepassing op vergunningvrije bouwactiviteiten, de vereisten voor het aanleggen van riolering, en de uitzonderingen op deze regels uitgebreid toegelicht.

Vergunningvrije bouwactiviteiten

Volgens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) zijn er bepaalde bouwactiviteiten die vergunningvrij zijn. Dit betekent dat deze activiteiten geen omgevingsvergunning nodig hebben. De regels zijn echter niet overal hetzelfde, en er zijn verschillende uitzonderingen.

Voor bouwactiviteiten die betrekking hebben op monumenten, beschermde stads- of dorpsgezichten en archeologisch erfgoed gelden uitzonderingen. Dit betekent dat deze activiteiten wel een vergunning nodig hebben. Daarnaast is er ook een verschil tussen technische bouwactiviteiten en omgevingsplanactiviteiten. Bij technische bouwactiviteiten is er een vergunningplicht, terwijl bij omgevingsplanactiviteiten de vergunningplicht afhangt van het omgevingsplan.

Een technische bouwactiviteit is vergunningvrij als deze is uitgezonderd van de vergunningplicht in artikel 2.27, Bbl, of niet is genoemd in de artikelen 2.25 en 2.26, Bbl. Voor bouwwerken in gevolgklasse 1 geldt een meldingsplicht. Dit betekent dat er bijvoorbeeld een melding moet worden ingediend voor bepaalde bouwactiviteiten.

Aanleggen van riolering en de regels rondom

Bij de aanleg van riolering zijn er verschillende regels van toepassing. De gemeente regelt de riolaansluiting tot aan de perceelgrens van het terrein, of laat dit doen door een aannemer. Op het eigen terrein moet de eigenaar zelf zorgen voor de aanleg van de riolering. Voor het buitengebied gelden andere regels. Neem in dat geval contact op met de gemeente waarin het bedrijf of de woning zich bevindt.

Bij de aanleg van een riolering zijn er verschillende stelsels. Binnen de bebouwde kom zijn twee soorten aansluitingen: gecombineerde stelsels en gescheiden stelsels. Bij een gecombineerd stelsel gaat al het afvalwater via één riool, terwijl bij een gescheiden stelsel het afvalwater en het hemelwater via twee afzonderlijke riolen worden afgevoerd. Binnen de bebouwde kom heeft men een gescheiden stelsel nodig als men een aansluiting wil voor het apart afvoeren van het vuile water en het afvoeren van regenwater. Bij nieuwbouw verplichten veel gemeenten dat hemelwater en vuilwater apart worden afgevoerd. Ook al ligt er een gecombineerd stelsel.

Aansluitvergunning en vereisten

Voor het aanleggen van een riolering is een aansluitvergunning nodig. Deze vergunning wordt verleend door het college van burgemeester en wethouders. De aanvraag van een aansluitvergunning wordt schriftelijk, met behulp van een daartoe bestemd formulier, bij het college ingediend door de rechthebbende van het aan te sluiten perceel. Gelijktijdig dient de rechthebbende een verzoek in tot aanleg van de perceelsaansluiting.

De aansluitvergunning bevat verschillende voorwaarden. De aansluiting moet voldoen aan de vereisten van het omgevingsplan. Daarnaast moet de aansluiting voldoen aan de technische eisen. Hierbij wordt ook gekeken naar de locatie van het perceel, de aard en hoeveelheid van de af te voeren vloeistoffen, en of er huishoudelijk afvalwater of hemelwater zal worden afgevoerd. Daarnaast is er ook sprake van voorwaarden rondom de locatie van het aansluitpunt.

Uitzonderingen en vergunningvrije activiteiten

Er zijn ook uitzonderingen op de regels voor vergunningvrije bouwactiviteiten. Volgens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) zijn er bepaalde bouwactiviteiten die vergunningvrij zijn. Dit geldt voor activiteiten die niet zijn opgenomen in de artikelen 2.25 en 2.26, Bbl. Ook zijn er bepaalde activiteiten die vergunningvrij zijn, mits ze voldoen aan de regels van het omgevingsplan.

De voorzieningenrechter heeft in een recente zaak bepaald dat voor de aanleg van ondergrondse leidingstelsels, zoals elektriciteitsverbindingen, geen vergunningplicht geldt. Dit geldt ook voor elektriciteitsverbindingen. Dit betekent dat voor deze activiteit geen omgevingsvergunning in de zin van artikel 2.1 lid 1, onder a of c is vereist.

Conclusie

De regels rondom vergunningvrije bouwactiviteiten en de aanleg van riolering zijn belangrijk voor zowel bouwbedrijven als particulieren. Het is belangrijk om te weten welke activiteiten vergunningvrij zijn en welke activiteiten een vergunning nodig hebben. Daarnaast zijn er ook bepaalde uitzonderingen op de regels. De aansluitvergunning is van groot belang bij de aanleg van een riolering. Het is belangrijk om te weten welke voorwaarden hierbij horen, zodat de aansluiting voldoet aan de eisen van de gemeente en het omgevingsplan.

Bronnen

  1. Vergunningvrij bouwen - IPLO
  2. Vragen over vergunningvrij bouwen - Omgevingsweb
  3. Regelgeving aansluiten op riolering - Riolon
  4. Verordening rioolaansluiting - Lokale regelgeving
  5. Antarctica - Wikipedia
  6. Geen vergunningplicht bij aanleg ondergrondse elektriciteitsverbindingen - Pelsrijcken
  7. Antarctisch Verdrag - Wikipedia
  8. Rioolaansluiting aanvragen - DCMR

Related Posts