Veilig werken bij grondwerk, putten en sleuven in de bouw: risico’s, maatregelen en praktijkrichtlijnen

Het uitvoeren van grondwerk, putten en sleuven is een essentiële activiteit in de bouwsector en speelt een cruciale rol in projecten zoals funderingen, leidinglegging of kelderaanleg. Toch is het een van de meest risicovolle werkzaamheden in de bouw. De risico’s lopen u uit inkalving van taluds tot bezwijking van grondkerende constructies en mogelijke blootstelling aan gevaarlijke stoffen in verontreinigde grond. In dit artikel worden de belangrijkste veiligheidsmaatregelen en aanbevelingen uitgebreid toegelicht, op basis van de meest actuele richtlijnen en ervaringen uit de branche.


Risico’s bij grondwerk, putten en sleuven

Bij het uitvoeren van grondwerk, putten en sleuven zijn verschillende gevaarlijke situaties mogelijk. De meest voorkomende risico’s zijn:

  • Inkalving van taluds en bezwijken van grondkerende constructies, die directe gevaren vormen voor werknemers die in of bij de ontgraving verkeren.
  • Verontreiniging van de grond met schadelijke of explosieve stoffen, vooral in de nabijheid van industriële terreinen of bij lekkages van gassen.
  • Verkeersveiligheid en veiligheid van de omgeving, aangezien putten en sleuven vaak op of langs openbare wegen liggen.
  • Instabiliteit van de bodem door regen, vorst, dooi of trillingen veroorzaakt door machines of zwaar verkeer.
  • Toegang en evacuatie, aangezien putten en sleuven als besloten ruimtes kunnen worden beschouwd, waarbij extra veiligheidsmaatregelen vereist zijn.

In de praktijk zijn er al dodelijke ongevallen geweest als gevolg van deze risico’s. Zoals uit bronnen blijkt, is beklemming één van de voornaamste oorzaken van dodelijke ongevallen bij grondwerk. Daarom is het van groot belang om alle veiligheidsmaatregelen strikt na te leven.


Voorbereiding en risico-inventarisatie

Voordat met het graven van een put of sleuf kan worden begonnen, dient een grondige voorbereiding te plaatsvinden. De volgende stappen zijn van essentieel belang:

1. Kabels en leidingen opsporen

Voor elk graafproject moet eerst worden nagegaan of er kabels, leidingen of andere ondergrondse installaties in de buurt liggen. Dit gebeurt via het Kabels- en Leidingen Informatie Centrum (KLIC). Daarnaast is het belangrijk om te controleren of er industriële transportleidingen in de buurt zijn, aangezien deze eventueel schadelijke of explosieve stoffen kunnen bevatten.

2. Proefsleuven graven

Het uitvoeren van een proefsleuf is aan te raden, vooral in onbekende of mogelijks verontreinigde grond. Dit geeft inzicht in de stabiliteit van de bodem en kan mogelijke problemen vroegtijdig signaleren.

3. Verontreinigde grond controleren

Wanneer er sprake is van verontreinigde grond, zijn er extra maatregelen nodig. In dat geval dient men zich te houden aan de richtlijnen van CROW 132. Een schone grondverklaring is verplicht voorafgaand aan de werkzaamheden, zodat duidelijk is of de grond gevaarlijke stoffen bevat.


Veiligheidsmaatregelen bij grondwerk

1. Taludstabiliteit en grondkerende constructies

Bij het graven van een put of sleuf dient rekening te worden gehouden met de diepte, de bodemstructuur en het grondwaterpeil. Volgens de richtlijnen:

  • Bij een diepte van meer dan 1 meter moeten er maatregelen genomen worden. Dit kan bestaan uit het toepassen van bekistingen, stempelingen of damwanden, of het werken onder een veilig talud.
  • Taluds mogen niet steiler zijn dan de normen toelaten. Tabel 1 uit bron 1 geeft een overzicht van de maximale hellingen afhankelijk van de diepte.

2. Toegang en evacuatie

Putten en sleuven moeten voorzien zijn van veilige toegangen en uitgangen. Dit kan bijvoorbeeld bestaan uit ladders, die op elk einde van de sleuf geplaatst moeten worden. Ook moeten vluchtwegen duidelijk zijn aangegeven, zodat in noodgevallen snel evacuatie mogelijk is.

3. Afzettingen en verlichting

  • Afzettingen dient men aan te brengen om personen en voertuigen buiten de werkzone te houden.
  • Verlichting is verplicht in geval van slechte zichtbaarheid, bijvoorbeeld in de avond of bij slecht weer.
  • Bij werkzaamheden op of langs openbare wegen moet rekening worden gehouden met verkeersbebording volgens de wettelijke regels.

4. Veiligheid van machines en materialen

Machines en materialen moeten op veilige afstand van de rand van de sleuf of put worden opgesteld. Het is verboden om machines of materialen op of in de directe buurt van de rand te plaatsen, omdat dit de stabiliteit van de grond kan compromitteren.


Instortingsgevaar en maatregelen

Er zijn diverse factoren die het instortingsgevaar kunnen verhogen. Deze zijn:

  • Grondwaterpeil: Een hoog waterpeil of regen kan de grond instabiel maken.
  • Bovenbelasting: Het plaatsen van zware materialen of machines op de rand van een sleuf kan de druk verhogen.
  • Gelaagde of niet-homogene grond: Deze structuur kan leiden tot onverwachte instabiliteit.
  • Trillingen: Onderstempelingen of damwanden kunnen ondergraven door trillingen van machines of zwaar verkeer.

De maatregelen die genomen moeten worden om dit te voorkomen zijn:

  • Vrijhouden van stroken van minstens 50 cm langs de randen van de sleuf voor opslag van grond of materialen.
  • Stempelingen, bekistingen of damwanden toepassen bij diepte groter dan 1 m.
  • Controle op de taluds en grondkerende constructies uitvoeren dagelijks en na slecht weer. Eventuele beschadigingen moeten direct worden hersteld.

Werken in besloten ruimten

Wanneer het werken in een put of sleuf als werken in een besloten ruimte wordt beschouwd, zijn er extra maatregelen nodig. Dit kan het geval zijn wanneer:

  • De ruimte niet voldoende luchtcirculatie kent.
  • Gassen of dampen aanwezig zijn die zwaarder zijn dan lucht.
  • De toegang en evacuatie beperkt zijn.

In dergelijke gevallen dient men zich te houden aan de richtlijnen van CROW 132, inclusief het uitvoeren van luchttests en het voorzien van ademhalingsbescherming.


Werken in verontreinigde grond

Als de grond verontreinigd is, zijn er specifieke maatregelen nodig. Dit omvat:

  • Het nemen van beschermingsmaatregelen voor de gezondheid van werknemers.
  • Het voorzien van veilige toegangen en ventilatie.
  • Het volgen van de richtlijnen van CROW 132.

Wanneer verontreinigde grond aanwezig is, mag roken of het gebruik van open vuur zoals lasbranders alleen plaatsvinden als het duidelijk is dat de werkzone gasvrij is.


Veiligheidsvoorzieningen bij nat grondverzet

Bij het graven onder water of bij nat grondverzet, zijn er extra maatregelen nodig:

  • Reddingsmiddelen dient men in de buurt van de werkzaamheden aan te brengen.
  • Waterverzadigde grond vereist extra stabiliteitsmaatregelen.
  • Bekistingen of damwanden zijn verplicht om instabiliteit te voorkomen.

Samenwerking met ingenieurs en deskundigen

In complexe projecten, zoals diepteputten of in onstabiele grond, is het aan te raden om samen te werken met ingenieursbureaus of constructeurs. Deze deskundigen kunnen helpen bij het ontwerp van veilige grondkerende constructies en het uitvoeren van stabiliteitsberekeningen. Dit is vooral belangrijk bij grotere projecten of in risicorijke omgevingen.


Training en procedures

Werknemers die betrokken zijn bij grondwerk, putten en sleuven, moeten voldoende getraind zijn in veiligheidsmaatregelen. Het is aan te raden om regelmatig toolboxes of trainingssessies te organiseren. Deze sessies kunnen helpen bij het versterken van veiligheidsbewustzijn en het voorkomen van ongelukken.

Voorbeelden van dergelijke trainingen zijn:

  • Het herkennen van risico’s bij grondwerk.
  • Het toepassen van veiligheidsmaatregelen.
  • Het uitvoeren van nooddiensten en evacuatieprotocollen.

Conclusie

Het werken bij grondwerk, putten en sleuven is essentieel in de bouwsector, maar het bevat ook aanzienlijke risico’s. Het belangrijkste is om alle veiligheidsmaatregelen strikt na te leven, inclusief het voorkomen van instortingen, het controleren van verontreinigde grond en het zorgen voor veilige toegangen en evacuatie. De richtlijnen van CROW, KLIC en andere brancheorganisaties moeten als richtsnoer dienen.

Zowel werknemers als projectleiders spelen een rol in het waarborgen van veiligheid. Door voorbereiding, samenwerking met deskundigen en het uitvoeren van trainingen kan het risico op ongelukken aanzienlijk worden verlaagd. Het is de verantwoordelijkheid van iedereen om ervoor te zorgen dat grondwerk veilig en efficiënt wordt uitgevoerd.


Bronnen

  1. Grondwerk, putten en sleuven
  2. Werken in putten en sleuven – Toolbox
  3. 6-01 Werken in besloten ruimten
  4. Zorgvuldig graafproces: Grondwerk, putten en sleuven
  5. Werken in putten en sleuven

Related Posts